De renga-meester
€ 29,90
De haiku’s van de Japanse dichter Matsuo Bashō (1644-1694) zijn wereldberoemd. Veel minder bekend is dat ze oorspronkelijk meestal onderdeel waren van zogenoemde renga, oftewel kettingverzen. Een renga werd al improviserend samengesteld door een groep van vaak jonge dichters, die onder leiding stond van een renga meester die zelf ook meedichtte. In één sessie maakten de meester en zijn leerlingen 36 coupletten van afwisselend drie en twee regels.
Dit boek bevat de eerste integrale vertaling van de zeventien renga die onder leiding van Bashō tot stand zijn gekomen en zijn overgeleverd; hij heeft er ongetwijfeld meer gemaakt. We zien de meester aan het werk met zijn leerlingen, lezen zijn eigen haiku in de context waarvoor ze bedoeld zijn, en maken kennis met de Japanse cultuur van het groepsdichten. Elk couplet treffen we eerst in het Japans, vervolgens in een woordelijke weergave met toelichting, en daarna in een fraaie vertaling van de hand van Wim Boot en Henk Akkermans.
Wim Boot is emeritus-hoogleraar Taal en Cultuur van Japan (Universiteit Leiden). Henk Akkermans heeft onder andere Japans gestudeerd in Leiden en is thans hoogleraar aan Tilburg University. Eerder publiceerden zij Een regenjasje voor het aapje, een integrale vertaling van Bashō’s Sarumino.
Gerelateerde boeken
-
De keunst as útwei
Wat makke dat Simke Kloosterman keas foar in bestean as skriuwster, en dan ek noch yn it Frysk? Wat feroarsake de mankelike toan, dy’t ek yn it wurk fan har heit Jan Ritskes werom te finen is? En hokker rol spile har ferloving en lettere freonskip mei Douwe Kalma? Philippus Breuker besiket yn dizze biografy har langsten en lotgefallen yn libben en wurk te ûntriedseljen.
Simke hat mei har keunst in útwei út de ellinde fan har jonge jierren fûn, mar sykte en twivel oan de wearde fan dy keunst hawwe har letter it betreklike fan har stribjen fiele litten. Dochs is de Fryske literatuer net sûnder har te tinken. Mannich boek fan har hat noch altyd syn leafhawwers.Philippus Breuker (1939) publisearret oer skiednis, taal en literatuer fan Fryslân. Earder ferskynde fan syn hân De Gouden Iuw yn Boazum en Fryslân yn de Gouden Iuw.
-
Aan de wandel
Het was via de pen van J.J. Voskuil dat Maarten en Nicolien begin jaren zestig de literatuur binnenwandelden. In het Amsterdamse universum van de schrijver was het op dat moment 1947. Tot in het jaar 1989 waren zij te volgen in de romans Bij nader inzien en Het Bureau. Drieëndertig jaar later wandelen Maarten en Nicolien steeds. Nu in de verlengde tijd die hen door Wim Huijser is gegeven. Waar Maarten en Nicolien precies wonen en hoe oud ze zijn is niet meer zo duidelijk. De vraag is of ze inmiddels niet Voskuils verbeelding zijn ontgroeid. Hoewel ze zich in veel zaken nog zeer principieel opstellen, dwingt ‘de vooruitgang’ steeds vaker tot water bij de wijn. Wel reizen ze nog uitsluitend per openbaar vervoer en zijn ze geabonneerd op De Groene Amsterdammer. Ook beschikken ze over een laptop en één smartphone. Maar die maken het leven er niet heel veel makkelijker op.
Wim Huijser (1960) schrijft op het snijvlak van geschiedenis, literatuur en landschap. Hij is auteur, samensteller en bloemlezer van ruim zestig titels en daarbij biograaf van schrijver-dichter C. Buddingh’. Wandelen is voor hem een vanzelfsprekende manier om zijn onderwerpen te verkennen. Met routemaker Rob Wolfs maakte hij een zestal wandelgidsen. In 2021 stelde hij uit het oeuvre van J.J. Voskuil de bloemlezing Had je nog willen wandelen? samen. Aan de wandel is zijn fictie-debuut.
-