Expeditie Spitsbergen

Ooggetuigenverslag van de klimaatverandering

 22,90

Zijn we te laat? Deze vraag drong zich op aan journalist en schrijver Frank von Hebel tijdens zijn reis naar Spitsbergen. Hij nam deel aan de SEES-expeditie (Scientific Expedition Edgeøya Svalbard) op het expeditieschip Ortelius. Onder leiding van het Arctisch Centrum van de Rijksuniversiteit Groningen onderzochten vijftig wetenschappers de gevolgen van klimaatverandering voor de wereld van gletsjers, toendra’s en ijsberen.

Spitsbergen is het snelst opwarmende gebied ter wereld. Het kwik stijgt er elke tien jaar gemiddeld met een graad Celcius. Von Hebel zag met eigen ogen hoe de beschaving zich meer en meer opdringt aan het ooit ongerepte landschap dat in 1596 werd ontdekt door Willem Barentsz. De gletsjers trekken zich met schrikbarende snelheid terug, de permafrost slinkt zienderogen en jaarlijks haalt men 20.000 kilo afval van de stranden. Zelfs de Wereldzadenbank kwam door smeltwater even blank te staan. Maar ook onze eigen geschiedenis dreigt door de opwarming van de aarde letterlijk en figuurlijk weg te spoelen. Expeditie Spitsbergen neemt de lezer mee in de bijzondere wereld van deze archipel en maakt duidelijk dat klimaatverandering een veelkoppig monster zal zijn.

Verschijningsvorm:
Paperback
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Uitgeverij Noordboek
Aantal pagina's:
200
Druk:
1
ISBN:
9789464711677
Gewicht:
426 gram
Afmeting:
228x150x16 mm
Uitgiftedatum:
21-11-2024
Bekijk meer informatie over de auteur(s) van deze titel:

Gerelateerde boeken

  • Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied

    Aart Jan Langbroek, Gerrit Smit, Hendrik van der Ham
     25,00

    Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied

    In 2014 is de werkgroep Oldambt van het IVN gestart met het project ‘Kolken in het Dollardgebied’. Het doel was om de kolken in kaart te brengen en waar mogelijk de aanwezige natuur te inventariseren. Kolken zijn ontstaan als gevolg van dijkdoorbraken. Doordat het water zich met grote kracht door de opening perste, ontstond door het kolkende water een diep gat. De doorbraak is vervolgens hersteld door om de kolk heen een nooddijk aan te leggen, waardoor de kolk binnendijks kwam te liggen.

    Door de eeuwen heen zijn kolken door de boeren en de lokale bevolking gebruikt als drinkplaats voor vee, stortplaats van afval en als vis-, zwem-, en schaatswater. In de loop van de tijd zijn ondiepe kolken verland of kolken zijn gedempt door de beschikbaarheid van grotere en sterke graafmachines. In het gebied rond de Westerwoldse Aa zijn in de jaren 60 van de vorige eeuw de meeste kolken gedempt. Een klein aantal kolken is als landschapselement bewaard gebleven. Bij de ruilverkavelingen van de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werden de kolken in het Oldambt in de meeste gevallen in het kader van het toen verplichte landschapsplan als kleine perceeltjes toegewezen aan Staatsbosbeheer. Daarop werd vaak een stukje bos aangeplant. De reden van deze bosaanplant is het idee dat natuur zonder bos geen natuur kon zijn en dat een landschapselement van verre herkenbaar moest zijn. Kolken zijn tegenwoordig kleine natuurgebiedjes, die als een archipel in het voornamelijk agrarische landschap van het Oldambt liggen.

    De zoektocht van de werkgroep naar bestaande en voormalige kolken is begonnen met een kaart van de bodemkundige Ir. De Smet, die rond 1960 uitvoerig de bodemeigenschappen en bodemgesteldheid van het Oldambtgebied heeft beschreven en in kaart gebracht. Op een van zijn kaarten heeft hij met rode lijnen de tracés van de bestaande, voormalige en vermoedelijke dijken aangegeven, die gedurende eeuwen in dit gebied aanwezig zijn of waren. Met blauwe stippen heeft hij de plaatsen gemarkeerd van bestaande, voormalige en vermoedelijke kolken. In totaal heeft hij 90 locaties gemarkeerd en daarvan heeft de werkgroep er ruim 30 teruggevonden, die aanwezig of herkenbaar waren. In deze kolken hebben vrijwilligers van IVN, KNNV en Club Oldambster Groen geïnventariseerd wat de toestand per kolk is, welke organismen er zich bevinden en welke natuurwaarden aanwezig zijn. Naast deze natuurinventarisaties heeft het project ook de doelstelling de cultuurhistorische waarden per kolk te inventariseren. Ze onderzoeken de geschiedenis van elke kolk, verzamelen er verhalen over en proberen er achter te komen, wat er met en rondom elke kolk in de loop der eeuwen is gebeurd. Naast het veldwerk is ook veel tijd doorgebracht in meerdere archieven.

     25,00
  • Hier ligt de zee

    Over taal, kunst, landschap en Friese identiteit
    Bert Looper
     19,90

    Hier ligt de zee

    Hier ligt de zee is in twintig essays het verslag van een levenslange zoektocht naar de verhouding tussen taal, landschap, kunst, herinnering en identiteit. Tegen de achtergrond van de spanning in Europa tussen moderne staatsverbanden en regio’s met een eigen geschiedenis, neemt Bert Looper de lezer mee naar een gebied dat zich al eeuwenlang de identiteitsvraag stelt.

    Wat betekent Friese identiteit, welk perspectief biedt het, schept het ruimte of werkt het juist beklemmend?
    Aan de hand van aspecten van de Friese taal, literatuur en kunst, en observaties over het Friese collectieve geheugen, biedt Looper stof tot nadenken over regionale eigenheid in een wereld van voortdurende schaalvergroting.

    Bert Looper studeerde middeleeuwse geschiedenis in Groningen en volgde de Rijks Archiefschool in Den Haag. Hij is sinds 2007 directeur van Tresoar, Fries historisch en letterkundig centrum. Hij publiceerde over archivistiek, stadshistorie, Hanze, twintigste-eeuws design en Friese geschiedenis.

     19,90
  • Fauna and Flora of the Sonian forest

    Bart Muys, Hans Baeté, Toni Llobet
     17,50

    Fauna and Flora of the Sonian forest

    The Sonian Forest has been recognised as part of the Unesco World Heritage site ‘Ancient and Primeval Beech Forests’. An attractive title for a forest that has never been under agriculture and was already mentioned in charters dating back to the 12th century. For centuries it was a major source of wood and game. Despite land sales followed by large-scale deforestation in the 1830’s, this wooded area on the outskirts of Brussels sill covers more than 5,000 ha. 

    This nature guide ‘Fauna and flora of the Sonian Forest’ invites you to discover the most beautiful peri-urban forest of Europe. For beginners it’s an ideal start to get to know species in their environment. For naturalists it’s a key to discovering lesser known groups of plants, fungi and animals. The guide contains 9 enticing dioramas of habitats and more than 700 lifelike illustrations of species by the famous nature illustrator Toni Llobet, enriched with expert text by field ecologist Hans Baeté under scientific supervision of Prof. Bart Muys (KU Leuven) 

    ‘Fauna and flora of the Sonian Forest’is the first episode in a new series of field guides visiting major nature areas in the Benelux. What sets these field guides apart is their compact but exhaustive exploration of plants, fungi, birds, insects, mammals, etc for a specific region. So hikers can explore an area with only one guide at hand. 

     17,50
  • De Scharrelaar

    Vogeltijdschrift voor lezers
    Jonathan Franzen, Marcel Haenen, Marja Vuijsje
     16,90

    De Scharrelaar

    De Scharrelaar viert een jubileum en dat laten we niet ongemerkt voorbijgaan! Deze zomer verschijnt de tiende editie van hét literaire tijdschrift voor vogelaars, met daarin een belangwekkende beschouwing over de kunst van het natuurschrijven, geschreven door de internationaal bejubelde Amerikaanse schrijver Jonathan Franzen. NRC-journalist Marcel Haenen schrijft over zijn warme liefde voor pinguïns, redacteur Jean-Pierre Geelen laat zijn licht schijnen op de lepelaars in Artis en Marja Vuijsje ziet een aalscholver die een paling verschalkt. Het is een greep uit de inhoud van De scharrelaar, met nog meer verhalen van de fine fleur van de Nederlandse natuurschrijvers zoals Marijn O’Hanlon, Kester Freriks, Stefan Brijs en de rubrieken van Saskia van Loenen en Alexander Reeuwijk.

     16,90