Handboek trekvogels
€ 39,90
Elke lente en herfst vliegen miljoenen vogels tijdens de trek over ons heen. Meestal onherkenbaar aan het vliegbeeld, maar dankzij hun roepjes en andere geluiden kunnen we de soorten toch identificeren! In het Handboek
trekvogels beschrijven de auteurs nauwkeurig de ‘trekgeluiden’ en maken zij het dankzij sonogrammen mogelijk om de roep van Europese trekkende vogels op naam te brengen en beter te onthouden.
Speciale aandacht is er voor de nachtelijke trek van 130 soorten. Die kan dankzij de nieuwste opnameapparatuur vanuit huis in kaart worden gebracht. Dit boek bevat veel tips om jezelf van de juiste apparatuur te voorzien en meer dan 500 sonogrammen om deze soorten extra goed te leren kennen.
• 450 soorten, waarvan 130 nachtelijke trekvogels
• Downloadbare geluiden om thuis of op je smartphone naar te luisteren
• Honderden foto’s en sonogrammen
• Veel tips voor een goede uitrusting
• Tips om eenvoudig je eigen apparatuur te bouwen
• Met extra informatie over gedrag, trektijd en hotspots voor trekvogels
Stanislas Wroza is hoofd van het Nationaal Natuurhistorisch Museum, Parijs. Hij werkt al jaren aan de popularisering van de bioakoestiek van vogels.
Julien Rochefort registreert al meer dan twintig jaar de geluiden van vogels. Hij bestudeert in het bijzonder de geluiden van kruisbekken.
Aangepaste specificatiesleutel pagina 372-373: https://noordboek.nl/wp-content/uploads/2024/04/372-373-HANDBOEK_TREKVOGELS-NB.pdf
Gerelateerde boeken
-
Knooppunt Waddenzee
Miljoenen wad- en watervogels trekken ieder jaar heen en weer tussen hun broedgebieden in Groenland, Scandinavië, West-Europa of Siberië, en hun wintergronden in Europa en Afrika. Als je alle routes van die trekvogels op de wereldbol tekent, zie je halverwege die kaart een druk knooppunt: de Waddenzee!
In het project Metawad hebben onderzoekers van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee en de Rijksuniversiteit Groningen vijf compleet verschillende trekvogels van de Waddenzee onderzocht: de kanoet, de drieteenstrandloper, de rosse grutto, de rotgans en de lepelaar. Ze bekeken de vogels niet als ‘bewoners’ van die Waddenzee, maar als gebruikers van een veel groter systeem waar het wad een belangrijk onderdeel van is: het ‘metawad’.
Knooppunt Waddenzee biedt een kleurrijk pallet van portretten van de wetenschappers, die ploeterend met palen en hekwerk achterop hun ets over de kwelder trekken, of uren achtereen in weer en wind – of juist bakkend onder de Afrikaanse zon – naar vogels met kleurringen aan hun pootjes staan te zoeken. Het biedt ook portretten van de vijf onderzochte vogelsoorten. Wat weten we van deze dieren? En vooral: hoe kunnen overheden of natuurbeheerders hun voordeel doen met deze wetenschap?
-
-
-