Hildegard Von Bingen
€ 27,90
De Duitse abdis Hildegard von Bingen (1098-1179) was in haar tijd een bijzondere persoonlijkheid. Door haar kennis en wijsheid trok ze vooraanstaande geestelijken en edellieden aan die haar om raad kwamen vragen. Ze liet vele geschriften na, waarin ze haar ideeën en visioenen neerschreef over muziek, theologie, mineralogie, kosmologie, filosofie, taalkunde, ethiek en natuurlijk ook kruidengeneeskunde en gezondheidsleer. Ze pleitte voor een holistische aanpak en een leven in harmonie met de natuur en met de medemensen. Want alles stond met alles in verbinding. Daarin was ze haar tijd ver vooruit.
Dit boek spitst zich vooral toe op haar natuurwetenschappelijke visie, in het bijzonder op de kruidenkennis. Haar kruidenadviezen worden vergeleken met een keur van andere historische kruidenboeken, zoals die van Dodoens of Lobelius – en met de hedendaagse kennis over dit onderwerp. Ze doorstaan niet altijd meer de toets van de wetenschap, maar veel van wat ze schreef wordt nog steeds toegepast in de homeopathie.
•••••••••••••••••••
Marcel De Cleene is plantenfysioloog en emeritus aan de Universiteit Gent. Bij uitgeverij Sterck & De Vreese verschenen
van zijn hand veelgeprezen boeken als De Historia Naturalis. De geschiedenis van de kruidengeneeskunde in de Lage Landen; De Naturalis Historia. Vergeten toepassingen van planten en Compendium van rituele planten in Europa.
Gerelateerde boeken
-
Poolse strijders over de Hondsrug
De bevrijding van Noordoost-Nederland door de 1e Poolse Pantserdivisie€ 25,00Poolse strijders over de Hondsrug
In Poolse strijders over de Hondsrug werpt auteur Harold de Jong een licht op een vaak onderbelicht aspect van de Tweede Wereldoorlog: de heldhaftige inzet van de 1e Poolse Pantserdivisie onder leiding van Generaal Maczek, en hun cruciale rol bij de bevrijding van Noordoost Nederland.
Harold de Jong schetst in dit boek een gedetailleerd beeld van de moed, vastberadenheid en opoffering van deze Poolse strijders, terwijl ze vastberaden oprukken over de uitgestrekte Hondsrug. Dit historische verhaal wordt verweven met nieuw kaartmateriaal, gedetailleerde beschrijvingen en nauwkeurig onderzoek en vormt het een nieuw naslagwerk over de strijd die de Poolse strijders in het noorden van Nederland hebben gevoerd.
Poolse strijders over de Hondsrug is een eerbetoon aan de dappere mannen en vrouwen die hun leven waagden in de strijd tegen de onderdrukkers. Het onthult de intense strijd, de ontberingen en de triomfen van de Poolse soldaten terwijl ze vechten voor vrijheid en gerechtigheid in een verwoest Europa. Het vertelt ook het verhaal van kamp Oberlangen, een krijgsgevangenenkamp net over de Nederlandse grens, waar 1.728 Poolse vrouwen wachten op hun bevrijding.
Poolse strijders over de Hondsrug gaat verder dan het beschrijven van een historisch evenement; het is een meeslepend verhaal van menselijke veerkracht, opoffering en doorzettingsvermogen. Het herinnert ons aan de immense offers die zijn gebracht om de vrijheid te herwinnen en eert degenen die hun leven hebben gewaagd voor onze vrijheid.
-
-
Leestekens in het Holtingerveld
Het Holtingerveld kent een rijke geschiedenis met veel verhalen, een geschiedenis die het verdient om gekend te worden. Al in de oude steentijd, zo’n 14.000 jaar geleden, leefden er mensen in het Holtingerveld. Zij sloegen er hun kamp op om op rendieren te jagen. Later, ongeveer 3000 jaar voor Christus, bouwde het Trechterbekervolk de twee hunebedden – robuuste grafmonumenten – aan de voet van de Havelterberg.
In de eeuwen daarna begroef men hun doden in graf- en brandheuvels, die je her en der in het gebied kunt terugvinden. In de middeleeuwen veranderde het landschap van een bosrijk parklandschap naar een open, groots heideveld. In de 19e eeuw was het een woest en ledig gebied, waar runderen en schaapskuddes uit de omringende dorpen graasden. In de Tweede Wereldoorlog veranderde het gezicht van het gebied nog eens. Het dorp Darp werd ontruimd vanwege de aanleg van een groot vliegveld van de Duitse bezetter. Een gedeelte van het oude landschap verdween als sneeuw voor de zon om plaats te maken voor hangars, rolbanen en vliegstrips. In de laatste fase van de oorlog is het gebied intensief gebombardeerd.
Na de oorlog trad de rust weer in. Grote ontginningen zoals in veel andere Drentse gebieden traden in het Holtingerveld maar beperkt op waardoor het karakter van het gebied grotendeels in stand bleef. Tegenwoordig trekt het Holtingerveld vele duizenden bezoekers die er genieten van het afwisselende landschap, de rust en de prachtige uitzichten van de Havelterberg.
In het boek Leestekens in het Holtingerveld maken we in acht hoofdstukken een reis door de tijd door middel van ‘leestekens’ – een soort wegwijzers – in het landschap. Het kan een paal of een steen zijn, soms met een duidelijke aanwijzing. Ze zijn zichtbaar, maar soms ook verborgen. Je moet er oog voor hebben en er naar op zoek gaan.Ieder leesteken in het boek heeft een eigen verhaal met sprekende afbeeldingen en illustraties. Ze gaan over rendierjagers, hunebedbouwers en schaapherders, maar ook over een landschap dat getekend is door menselijke bemoeienis. Over het graven van turf, het begrazen van de heide en de aanleg van het Duitse vliegveld. Over een landschap in herinnering dat ook in deze tijd steeds meer onder druk komt te staan.
Het boek is niet alleen een venster naar het verleden, maar ook naar het heden en nodigt uit om op expeditie te gaan op zoek naar het verborgen ‘goud’ in het landschap, te voet of met de fiets.
-
Rottumeroorlog
Op een kleine stukje natuurgebied met een oppervlakte van 2.5 km2 verwachtte men eind jaren 30 van de vorige eeuw weinig dreiging van de op handen zijnde oorlog. Maar omdat Rottumeroog vlak bij het Duitse eiland Borkum ligt, was al in april 1939 de Nederlandse marine gestationeerd op het eiland en voegden in september 1939 een aantal mannen van de infanterie zich bij deze groep. Op 10 mei 1940 was dan toch zover: vanuit het eiland Borkum werd Rottumeroog met een aantal bewapende boten ingelijfd door de Duitse bezetters. Zonder geweld werd het eiland overgegeven en de 30 Nederlandse militairen zonder problemen krijgsgevangen gemaakt en via Borkum naar een kamp in Wilhelmshaven, en later Lückenwalde overgebracht.
Er werd door de Duitsers een zware luchtafweerbatterij gebouwd, ondersteund door zoeklichten en een luisterapparaat. Voor de ongeveer 100 Duitse soldaten werden barakken gebouwd op het eiland. De verveling was dodelijk en de barakken werden bedreigd door overstromingen. Na enkele maanden verhuisde men het geheel naar Schiermonnikoog en werden er verder naar het oosten toe andere stellingen gebouwd. Door de continue afkalving van het eiland moesten keer op keer de stellingen steeds verder naar het oosten verhuisd worden. Bovendien spoelden op het eiland regelmatig oorlogsslachtoffers aan en kwamen er veel vliegtuigen in de omgeving terecht.
Waarom werd er door de Duitsers zoveel moeite gedaan om de verdediging op Rottumeroog in stand te houden en hoe zag die verdediging er precies uit? Hoe was het dagelijkse leven van de soldaten en hoe werd er omgegaan met de aangespoelde lijken en welke vliegtuigen crashten er? Hoe verging het met de eilandvoogd Toxopeus en zijn familie? Door intensief onderzoek en gebruik te maken van uniek bronnenmateriaal wist auteur Ties Groenewold de geheimen van Rottumeroog te ontrafelen.
Het rijk geïllustreerde boek belicht de geschiedenis van Rottumeroog van zowel de Nederlandse als Duitse zijde, zowel militair als civiel. Het boek is voorzien van uniek beeldmateriaal o.a. afkomstig uit persoonlijke fotoalbums van de Duitse soldaten en is daarnaast voorzien van uniek kaartmateriaal. Het verhaal wordt geschreven vanuit betrouwbare bronnen, zoals Duitse oorlogsrapporten en het journaal van de toenmalige eilandvoogd Jan Toxopeus en is interessant voor een breed publiek.
Ties Groenewold (1992) uit Middelstum, thans woonachtig in Delfzijl, is werkzaam als hovenier. De uren buiten werktijd worden besteed aan de Tweede Wereldoorlog. Ties is eigenaar van het Oorlogsmuseum Middelstum waar hij allerhande zaken uit de oorlog tentoonstelt, vooral gericht op Noord-Nederland en Ostfriesland. Verder verricht hij onderzoek naar de oorlog in de provincie Groningen en de Eems-Dollard regio en publiceert hierover in tijdschriften van verschillende verenigingen. In 2019 verscheen zijn eerste boek Flugwache Warffum.