Je hond eet je niet op
€ 16,90
In het dagelijks leven bezorgen allerlei dieren – honden, katten, zwaluwen, vlinders – ons diepe emoties die uitstijgen boven het menselijke. Dat beseffen we pas goed als ons geliefde huisdier overlijdt. En huisdieren, die eet je niet op.
Waarom eten we andere dieren wel op? Hoe geconditioneerd, hoe menselijk zijn we eigenlijk? En is menselijk wel het goede woord als je ziet wat we elkaar aandoen? Niet de dieren, maar de mensen lijken soms wel machines.
Juist dieren kunnen mensen hun ziel teruggeven, is de hoopgevende boodschap van Je hond eet je niet op. In dertien brieven aan haar Chinese hond schrijft Petra Quaedvlieg op lichtvoetige toon over wat er gebeurt als je je openstelt voor de verwondering, het plezier en het geluk dat dieren kunnen geven.
Gerelateerde boeken
-
Lentz
‘Wij menen dat er geen politieman, geen V-Mann, zelfs geen provocateur is geweest die de Nederlandse zaak zo een onmetelijke schade heeft berokkend als de schepper van het persoonsbewijs, Lentz,’ schreef historicus Loe de Jong. Lentz was hoofd van de Rijksinspectie voor de Bevolkingsregisters en de bedenker van het beruchte persoonsbewijs. Met zijn perfect geordende bevolkingsadministratie was hij de Duitse bezetter erg van dienst.
Lentz verdedigde zich na de oorlog, net als Eichmann, door te zeggen dat hij deed wat hem werd opgedragen, zonder veel eigen inbreng. Zijn kwaad zou daarmee in de terminologie van Hannah Arendt ‘banaal’ zijn. Dit boek, gebaseerd op nieuw en uitgebreid onderzoek in weinig geraadpleegde archieven, prikt de mythe van het banale kwaad definitief door. Lentz liet zijn dataverzameling bewust uitgroeien tot een instrument van het kwaad en verrijkte zich en passant.
Het verhaal van een Nederlandse Eichmann.
Jurriën Rood is filosoof en filmmaker. Zijn praktisch-filosofische boek Wat is er mis met gezag? haalde de shortlist van de Socratesprijs; zijn tweede boek De kwestie Pegida bereikte de longlist. Ook schreef hij Filosofie van de jamsessie.
-
De brilslang, de boktor en de andere dieren
Is er al een opvolger voor Toon Tellegen? Jazeker: Jan Bouwstra. In 100 korte fabels maken we kennis de dieren in het bos. En dieren zijn precies als mensen. Ze denken na over hun leven en praten over wat hen bezighoudt: liefde, schoonheid, macht, vriendschap, tijd, taal, identiteit en nog veel meer. De fabels van Jan Bouwstra kenmerken zich door milde humor. Ze hebben de vorm van kleine, lichtvoetige filosofische dialogen. Veel dierenpersonages keren regelmatig terug: de brilslang en de uil, de neushoorn en de olifant, de krekel en de egel, de muis en de kikker, de mol, de padden, de boktor, de eekhoorn, de ekster en de merel en vele anderen. En ze hebben zo hun eigen kijk op het leven. Met vrolijke illustraties van Angela van der Meulen.
-
-