Kloostermoppen
€ 35,00
In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.
In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.
Gerelateerde boeken
-
-
Buigen onder de storm
Philip Mechanicus (Amsterdam 1889 – Auschwitz-Birkenau 1944) was voor de oorlog een beroemd journalist, wiens carrière na de Duitse inval eindigde met zijn verwijdering van het Algemeen Handelsblad. Toch zou hij zijn grootste prestatie pas daarna leveren, tijdens zijn anderhalfjarig verblijf in Durchgangslager Westerbork. Daar schreef hij onder zware omstandigheden, in schoolschriftjes, het dagboek In depot, een van de meest indrukwekkende egodocumenten uit de Tweede Wereldoorlog.
‘Ik heb het gevoel alsof ik als officieel reporter een schipbreuk versla,’ omschreef hij zelf zijn gedwongen internering in dit voorportaal van de hel. Na Westerbork werd Mechanicus via Bergen-Belsen naar Auschwitz-Birkenau gedeporteerd, waar hij in oktober 1944 werd doodgeschoten.Mechanicus’ leven weerspiegelt de bewogen geschiedenis van zijn tijd. Hij was afkomstig uit de arme jodenbuurt van Amsterdam en ontwikkelde zich door zelfstudie tot journalist. Via Het Volk en twee bladen in Nederlands-Indië kwam hij in 1920 bij het Algemeen Handelsblad terecht. Hij was een pionier in het verslaan van de ontwikkelingen in de Sovjet-Unie en in Palestina. Zijn scherpe analyses van het opkomende nazisme geven een wrange dimensie aan zijn eigen lot.
In Buigen onder de storm beschrijft journalist Koert Broersma op basis van diepgaand onderzoek en gesprekken met tientallen getuigen het bijzondere leven van Philip Mechanicus. Deze uitgebreide en geheel herziene uitgave bevat tal van nieuwe, recente onderzoeksresultaten en niet eerder gepubliceerde dagboek- en brieffragmenten.
Koert Broersma (1955) heeft diverse boeken over uiteenlopende onderwerpen geschreven. In 2016 publiceerde hij een interviewbundel over de Drentse bluesband Cuby & the Blizzards (Somebody will know someday), dat een jaar later de Publieksprijs van de Drentse Historische Vereniging won. Als vrijwillig onderzoeksmedewerker was hij enkele jaren verbonden aan Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Deze uitgave over Philip Mechanicus, maar ook het onderzoek dat hij samen met collega Gerard Rossing naar de beroemde Westerbork-film verrichtte (Kamp Westerbork gefilmd, 1997), zijn hiervan het gevolg.
‘Je weet wel zo’n beetje wat zich in kamp Westerbork heeft afgespeeld. Denk je. Juist daarom is het zo schokkend dat je in dit boek elke keer weer wordt verrast door nieuwe feiten. Bijzonder is ook de ontdekking van nooit gepubliceerde dagboekgegevens. Alleen al het opvullen van deze omissie geeft deze indrukwekkende heruitgave een heel bijzondere lading.’ Frits Barend
-
Geschonden wereld
Midden in de Tweede Wereldoorlog schrijft historicus Johan Huizinga zijn laatste werk, een boek met een veelzeggende titel: De geschonden wereld. Door de opkomst van de massacultuur, het fascisme, en zeker het nazisme, ligt de beschaving onder vuur. De beschaving is niet alleen in de praktijk teloorgegaan, ook als idee ligt ze onder vuur. Huizinga vraagt zich af of het tij te keren is. Herstel van de beschaving is mogelijk, stelt hij, als we afstand nemen van massacultuur en materialisme. Zo scheppen we ruimte voor het individu en de geest.
Helaas weer actueel
Johan Huizinga (1872-1945) was Nederlands invloedrijkste historicus van de twintigste eeuw. Hij publiceerde onder meer het wereldberoemde Herfsttij der Middeleeuwen en het filosofisch getinte Homo Ludens.
-
Zo, ben jij er ook nog?
Eerst wordt haar vader in het holst van de nacht weggevoerd. Nauwelijks een jaar later pakken de Duitsers haar moeder en een mysterieuze onderduiker op. De tienjarige Roos blijft in 1942 alleen achter met haar twee zusjes in hun ouderlijk huis in Rotterdam. Ze probeert zo goed en zo kwaad als het kan het dagelijks leven voort te zetten in de platgebombardeerde stad. In de hongerwinter van 1944 zoekt ze met haar zusjes een uitweg om te overleven.
Roos (Derks) Bazuijnen vertelt haar verhaal in dit boek. De auteurs zochten uit wat er met de ouders van Roos gebeurde en schetsen een beeld van het prille verzet in de Tweede Wereldoorlog. Zo, ben jij er ook nog? is een portret van een intellectueel communistisch gezin dat geschonden uit de oorlog komt. Het is daarmee een aangrijpend egodocument over hoe een kind in oorlogstijd overleeft.