Landgoed De Braak
€ 17,50
Vlakbij de stad Groningen, op de provinciegrens met Drenthe, ligt het landgoed De Braak. In de zeventiende eeuw stichtte de Groningse elite een buiten, gelokt door het aantrekkelijke landschap zo dicht bij de stad. Eerst waren het de welgestelde burgers die hier hun buitenverblijf hadden, later zou De Braak een geliefd wandeloord worden voor de Stadjers.
In 1827 kocht ondernemer Abraham Hesselink het landgoed en hij gaf de bekende tuinarchitect Lucas Pieters Roodbaard (1782-1851) de opdracht om de strakke lanen te transformeren naar een landschappelijke aanleg met schitterende waterpartijen. De erven Hesselink hebben in 1888 De Braak verkocht aan de bekende Groningse industrieel Jan Evert Scholten. Hij transformeerde De Braak in enkele jaren tot een aantrekkelijk en succesvol openbaar wandelpark , voorzien van de nodige attracties.
In 1920 kocht het jonge Natuurmonumenten de Braak, waarmee het voor deze vereniging de eerste aankoop van een compleet landgoed was. De publieksfunctie van dit wandelpark werd daarmee voor de stad en de streek voor de verdere toekomst gegarandeerd. In de afgelopen honderd jaar zocht Natuurmonumenten naar een evenwicht tussen het aantrekkelijke wandelpark en hoge natuur- en cultuurwaarden. Het verhaal van de eigenaren en het beheer op het oude landgoed van de afgelopen tweehonderd jaar is nog altijd beleefbaar voor de wandelaars uit Groningen en Drenthe en ver daarbuiten.
Gerelateerde boeken
-
Oudolf Hummelo
De tuin en voormalige kwekerij van Piet en Anja Oudolf in het Gelderse Hummelo waren een begrip, en haast een bedevaartsoord, voor de vele internationale bewonderaars van de tuin- en landschapsarchitect. De combinatie van kwekerij en tuin vormde de basis van de ongeëvenaarde plantenkennis van Oudolf en van zijn vermogen tot experimenteren en vernieuwen. Kennis en ervaring die hij toepast in zijn wereldberoemde projecten, zoals de High Line in New York, en het ‘Oudolf Field’ bij de kunstgalerie van
Hauser & Wirth in Somerset.
Dit boek beschrijft de veranderende kijk op beplanting van tuinen en openbare ruimtes gedurende de afgelopen vijfendertig jaar, aan de hand van de tuin en voormalige kwekerij die Piet Oudolf samen met zijn vrouw Anja heeft aangelegd. Het geeft ook een goed beeld van Oudolfs weg naar wereldfaam. Deze nieuwe editie is uitgebreid met recente projecten in Engeland, Amerika, Duitsland en Nederland.Noel Kingsbury is journalist en tuinontwerper. Hij geeft regelmatig lezingen en workshops en breekt in zijn werk een lans voor een natuurlijke en duurzame benadering van tuinontwerpen en beplanten, Hij heeft meer dan vijfentwintig boeken op zijn naam staan, waaronder vijf samen met Piet Oudolf.
-
Prinsentuin Leeuwarden
In de monumentale stadskern van Leeuwarden ligt de Prinsentuin, een van de groene parels die de Friese hoofdstad rijk is. Halverwege de zeventiende eeuw werd de tuin als lusthof aangelegd door Stadhouder Willem Frederik van Nassau. Deze lusthof kennen we nu als de Prinsentuin en bevat een schat aan bijzondere verhalen uit verschillende perioden in de geschiedenis van de stad.
Nadat in 1819 koning Willem I de hoftuin teruggaf aan de bewoners van de stad, schreef het stadsbestuur een opdracht uit tot herinrichting. Deze opdracht hield verband met de ontmanteling van het bolwerk. Daarmee was Leeuwarden een van de eerste steden in Nederland die een openbaar stadswandelpark op de vestingwerken liet aanleggen. Stadsarchitect Gerrit van der Wielen (1767-1858) en ‘architect van buitengoederen’ Lucas Pieters Roodbaard (1782-1851) werkten circa vijfentwintig jaar aan de transformatie van de stad. Naast de Prinsentuin ontwierp Roodbaard een aaneengesloten groenstructuur op het bolwerk, waarin de wandeling centraal stond. Zijn collectie ontwerptekeningen geeft een prachtige inzage in de gefaseerde aanleg vanaf 1821 tot ongeveer 1846.
Nu, tweehonderd jaar nadat werd aangevangen met de omvorming van de Prinsentuin tot openbaar stadswandelpark, heeft het monumentale groen een nieuwe betekenis gekregen. Het park herbergt het verhaal van het verleden, maar het vraagt tegelijkertijd om een toekomstbestendige visie. -
-
Tomaat
‘Tomaat. Zelfgekweekt smaakt beter’ brengt een ode aan de zuiderse vrucht die al jaren een vaste plaats heeft in onze eetcultuur. Tomaten zijn onmisbare ingrediënten in pastaschotels, tapenades of pizza’s. Maar heb je ooit een zelfgekweekte tomaat geproefd, zongerijpt op een warm balkon, in een kas of in volle grond? Wat een smaakexplosie, wat een sensatie! Als er al een vrucht is die zoveel beter smaakt als je deze zelf kan telen, dan is het wel de tomaat.
Maar hoe begin je eraan? Van het zaaien in het voorjaar, via het uitplanten tot de oogst in de zomer: Angelo geeft alle tips en tricks mee die hij als doorgewinterde moestuinier verzamelde. Hij selecteerde vijftig oude en nieuwe variëteiten met bijzonder veel smaak. Dertig heerlijke gerechten, makkelijk te bereiden en bijzonder origineel, vormen het sluitstuk van dit boek: de tuin op tafel in de praktijk.Angelo Dorny is tuinspecialist en groenjournalist. Hij enthousiasmeert duizenden mensen via zijn boeken en sociale media. Hij teelt al ruim twintig jaar tomaten.