Nijhuizum. Frieslands kleine kerk

Albert Reinstra, Hidde Feenstra

    Dit boek is niet via onze winkelmand te bestellen. U kunt het bestellen door hieronder uw gegevens in te vullen. Wij nemen contact met u op!

    Net ten oosten van Workum ligt verscholen in het landschap de ‘boerebuorren Nijhúzum’. In dit eeuwenoude dorpje dat omringd is door water en landerijen staat Frieslands kleinste kerk. In het Godshuis uit 1721, omringd door het oude kerkhof, lijkt de tijd te hebben stilgestaan. Het eenvoudige en intieme interieur zonder elektriciteit, verwarming of stromend water is bijzonder sfeervol en puur. Toch blijkt uit bouwhistorisch onderzoek in deze publicatie dat ook dit kerkinterieur geheimen kent, en meer ontwikkelingen heeft doorgemaakt dan bij de eerste aanblik gedacht. Onder de voorwaarde dat het een plaats van bezinning zou blijven werd het gebouw bij het opheffen van de kerkgemeente halverwege de jaren zeventig van de twintigste eeuw overgedragen aan Stichting de Nijhúzumer Tsjerke. Hoe er na ruim 700 jaar een einde kwam aan het kerkelijk leven van een kleine dorpsgemeenschap, en welke pastoors en predikanten, kosters en klokkenluiders, voorzangers, boeren en arbeiders er in de loop der tijd hun steentje bijdroegen en hun geloof beleden, wordt beschreven in dit boek.

    Dr. Hidde Feenstra is freelance historicus met specialisatie (cultuur-)geschiedenis van Noord-Nederland en Noordwest-Duitsland.

    Drs. Albert Reinstra, afkomstig uit Oudega (SWF), is als bouwhistoricus en specialist kerkelijke bouwkunst werkzaam bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed te Amersfoort.

    Gerelateerde boeken

    • Geertje Lycklama à Nijeholt (1938-2014)

      Geertje Lycklama à Nijeholt (1938-2014)

      Feministisch stratege
      Johanneke Liemburg
       29,90
    • Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe

      In 1921 stond Zuidoost-Drenthe letterlijk en figuurlijk in brand. De dramatische gebeurtenissen van dat jaar, de aanloop en de onderliggende oorzaken worden in Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe 1860-1921 op indringende wijze beschreven.

      Turfwinning was decennialang de belangrijkste bedrijfstak in Zuidoost-Drenthe. Toen in 1921 de turfwinning in het gebied instortte ontstond een sociale ramp: werkloosheid, armoede en honger. De veenarbeiders kwamen hiertegen massaal in opstand.

      Deze crisis kwam echter niet uit de lucht vallen. Al vijftig jaar eerder waren er tekenen dat de turfwinning zijn langste tijd gehad had, doordat turf steeds meer door steenkool werd vervangen. De teruglopende rentabiliteit werd op de veenarbeiders afgewenteld, onder meer door het verlagen van hun lonen. In dezelfde periode kreeg het socialisme voet aan de grond en werden er vakbonden opgericht. Deze ontwikkelingen zetten de arbeidsverhoudingen verder op scherp. Juist in deze periode raakten in andere gebieden de turfvoorraden uitgeput en verschoof de turfwinning naar Zuidoost-Drenthe. Gesteund door hun vakbonden kwamen de veenarbeiders in opstand. Maar ook binnen de vakbewegingen was rivaliteit. Anders dan in de rest van Nederland speelde in Zuidoost-Drenthe binnen de vakbewegingen vooral de botsing tussen de revolutionaire socialisten en sociaaldemocraten. Het overgeleverde beeld van arme, ongeschoolde en opstandige veenarbeiders is sterk bepaald door deze laatste fase van de vervening.

      Dit boek beschrijft de sociale en economische aspecten van de veenwinning, de opkomst en rivaliteit binnen de vakbewegingen en de aanloop naar de massale arbeidersopstand van 1921 in Zuidoost-Drenthe.

       39,95
    • Van Neanderthaler tot Rendierjager

      Van Neanderthaler tot Rendierjager

      Marcel Niekus, Yuri van Koeveringe
       17,50

      Van Neanderthaler tot Rendierjager

      ‘Van neanderthaler tot rendierjager’ is het eerste deel in een toegankelijk en rijk geïllustreerde reeks over de archeologie van Drenthe. Meer dan 115.000 jaar geleden liet een neanderthaler zijn vuurstenen werktuig achter in wat wij nu Drenthe noemen. Voor zover we weten was hij of zij de allereerste mens in deze contreien. In de daaropvolgende 85.000 jaar zou deze nu uitgestorven menssoort met tussenpozen in Drenthe verblijven. Van hun aanwezigheid zijn echter niet veel sporen achtergebleven. Alleen hun stenen werktuigen herinneren ons aan deze lang vervlogen tijden. Archeologen kunnen echter veel afleiden aan deze oeroude artefacten. Waar zijn ze voor gebruikt? Hoe zijn ze gemaakt en wat vertellen ze ons over het leven van de neanderthaler in Drenthe?

      Zo’n 40.000 jaar geleden stierf de neanderthaler uit en bleef de nieuwkomer Homo sapiens alleen achter. Omdat het noorden van Europa gevangen was in de ijskoude greep van de ijstijd leefden onze verre voorouders in eerste instantie alleen in meer zuidelijkere regio’s. Maar toen de temperatuur steeg, trokken ook deze jagers op den duur naar Drenthe. Omdat zij voornamelijk leefden van de jacht op rendieren, noemen wij hen ‘rendierjagers’. In een tijd van zeer snelle klimaatwisselingen aan het einde van de laatste ijstijd volgden verschillende rendierjagersculturen elkaar snel op. Ook van deze mensen zijn de meeste sporen volledig verdwenen, maar dankzij resten van hun kampementen, haardplaatsen en wederom stenen werktuigen vangen we een glimp op van hun dagelijks leven.

      In ’Van neanderthaler tot rendierjager’ vertellen wij het verhaal van deze prehistorische mensen die leefden in wat archeologen de Oude Steentijd noemen. In een voor ons onherkenbaar Drenthe, volkomen afhankelijk van het klimaat en van wat de natuur hen bood, hadden zij allen hun eigen manier om hier een bestaan op te bouwen. Maar of dit altijd even succesvol was….

      De reeks ‘Archeologie in Drenthe’ is een samenwerking van Stichting Het Drentse Landschap, Het Hunebedcentrum, Stichting Stone en Uitgeverij Koninklijke Van Gorcum.

       17,50