Ontwerp je eigen ecologische siertuin
€ 39,90
Wil je een tuin aanleggen als wijkplaats voor honderden soorten insecten, vlinders en aangepaste wilde planten die hen elk jaar opnieuw voedsel en een onderkomen verschaffen? Klinkt goed. Maar hoe begin je eraan?
Herman Dierickx neemt je bij de hand om een ecologische tuin te ontwerpen, aan te leggen en te beheren. De nadruk ligt op doorlevende wilde plantensoorten. Meer dan ooit krijgt ‘water’ de nodige aandacht omdat het een steeds crucialer element wordt in deze tijden van klimaatverandering. Ook de opbouw van een gezonde bodem – het zogenaamde bodemgeheugen – waar planten en mycorrhizae zo harmonieus mogelijk met elkaar samenleven, en het belang van bladluizen, mieren, mollen, wilde bijen, wespen en nog veel ander fraais passeren de revue.
Plantenlijsten met aandacht voor bloeibogen, ontwerpideeën en vele andere praktische tips maken van dit boek een standaardwerk voor iedereen die zijn tuin wil omvormen tot een hotspot van biodiversiteit.
Herman Dierickx is journalist, ecoloog, biodiversiteitsadviseur, docent, wandelgids, natuurfotograaf, mede-coördinator van het natuurgebied Bos van Aa in Zemst.
Gerelateerde boeken
-
De scharrelaar – 2022/1
Een nieuwe lente, een nieuwe Scharrelaar! De lente-editie van De scharrelaar staat weer boordevol met gedichten, verhalen en beschouwingen over vogels in binnen- en buitenland.
Een kleine greep uit de rijke inhoud van deze voorjaarseditie van ‘De scharrelaar’: dit bruisende lentenummer opent met een indrukwekkend stuk van natuurjournalist Caspar Janssen, over de eerste geelgors die hij zag. Veertien jaar geleden was dat, en hij is het nooit meer vergeten. Verder leverden de dichters Benno Barnard en Kees ’t Hart lange en minder lange vogelverzen, beschrijft Nienke Beintema het bewogen zeearendenjaar 2021 en componeerde roofvogelaar Rob Bijlsma een requiem voor het boerenland. De illustraties zijn van Octavie Wolters, ze maakte zes verstilde houtsneden in zwart-wit.
-
-
-
Knooppunt Waddenzee
Miljoenen wad- en watervogels trekken ieder jaar heen en weer tussen hun broedgebieden in Groenland, Scandinavië, West-Europa of Siberië, en hun wintergronden in Europa en Afrika. Als je alle routes van die trekvogels op de wereldbol tekent, zie je halverwege die kaart een druk knooppunt: de Waddenzee!
In het project Metawad hebben onderzoekers van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee en de Rijksuniversiteit Groningen vijf compleet verschillende trekvogels van de Waddenzee onderzocht: de kanoet, de drieteenstrandloper, de rosse grutto, de rotgans en de lepelaar. Ze bekeken de vogels niet als ‘bewoners’ van die Waddenzee, maar als gebruikers van een veel groter systeem waar het wad een belangrijk onderdeel van is: het ‘metawad’.
Knooppunt Waddenzee biedt een kleurrijk pallet van portretten van de wetenschappers, die ploeterend met palen en hekwerk achterop hun ets over de kwelder trekken, of uren achtereen in weer en wind – of juist bakkend onder de Afrikaanse zon – naar vogels met kleurringen aan hun pootjes staan te zoeken. Het biedt ook portretten van de vijf onderzochte vogelsoorten. Wat weten we van deze dieren? En vooral: hoe kunnen overheden of natuurbeheerders hun voordeel doen met deze wetenschap?