Oudolf Hummelo
€ 29,95
De tuin en voormalige kwekerij van Piet en Anja Oudolf in het Gelderse Hummelo waren een begrip, en haast een bedevaartsoord, voor de vele internationale bewonderaars van de tuin- en landschapsarchitect. De combinatie van kwekerij en tuin vormde de basis van de ongeëvenaarde plantenkennis van Oudolf en van zijn vermogen tot experimenteren en vernieuwen. Kennis en ervaring die hij toepast in zijn wereldberoemde projecten, zoals de High Line in New York, en het ‘Oudolf Field’ bij de kunstgalerie van
Hauser & Wirth in Somerset.
Dit boek beschrijft de veranderende kijk op beplanting van tuinen en openbare ruimtes gedurende de afgelopen vijfendertig jaar, aan de hand van de tuin en voormalige kwekerij die Piet Oudolf samen met zijn vrouw Anja heeft aangelegd. Het geeft ook een goed beeld van Oudolfs weg naar wereldfaam. Deze nieuwe editie is uitgebreid met recente projecten in Engeland, Amerika, Duitsland en Nederland.
Noel Kingsbury is journalist en tuinontwerper. Hij geeft regelmatig lezingen en workshops en breekt in zijn werk een lans voor een natuurlijke en duurzame benadering van tuinontwerpen en beplanten, Hij heeft meer dan vijfentwintig boeken op zijn naam staan, waaronder vijf samen met Piet Oudolf.
Gerelateerde boeken
-
De Naturalis Historia
Welke plantensoorten dienden om bier te brouwen, leer te looien, inkt, touwen en kleren te fabriceren, papier te maken, om ongedierte te verjagen, vlekken te verwijderen of te gebruiken als tabak-, thee- en -koffiesurrogaat, poetsmiddel, stalstrooisel? Alle planten die in de velden, in bossen en weiden groeiden dienden wel ergens voor en onze voorouders wisten precies waarvoor ze deze planten met sprookjesachtige namen als grote wederik, vlasbekje, koningskaars, wilde bertram, zilverschoon en rapunzelklokje voor konden gebruiken.
Dit boek, gebaseerd op bronnen van ca. 2000 jaar geleden tot en met de twintigste eeuw, brengt de vergeten toepassingen van zo’n 250 plantensoorten opnieuw voor het voetlicht.
Em. prof. dr. Marcel De Cleene is plantenfysioloog. Hij was werkzaam aan de UGent. Bij uitgeverij Sterck & De Vreese verscheen eerder het veelgeprezen boek De historia naturalis. De geschiedenis van de kruidengeneeskunde. -
Fauna en Flora van het Zoniënwoud
Het zoniënwoud is erkend als Unesco Werelderfgoed ‘Oude en ongerepte beukenbossen’. Een mooie titel voor een bos dat al in Latijnse oorkonden uit de 12de eeuw vermeld wordt. Het uitgestrekte bos was door de eeuwen heen het favoriete jachtterrein van hertogen en vorsten. Ondanks een grondverkoop gevolgd door een grootschalige ontbossing in de jaren na 1830 is het bosgebied in de Brusselse rand nog steeds meer dan 5.000 ha groot.
De natuurgids Fauna en Flora van het Zoniënwoud nodigt uit tot ontdekking in het mooiste stadsbos van Europa. Voor beginners de ideale start om planten en dieren uit hun omgeving te leren kennen, voor natuurkenners de sleutel tot het ontdekken van nieuwe plant- en diergroepen. De gidsen zijn geïllustreerd met prachtige diarama’s van de leefgebieden en honderden levensechte illustraties van de soorten door de bekende Catalaanse natuurillustrator Toni Llobet, aangevuld met deskundige tekst door veldecoloog Hans Baeté onder de wetenschappelijke leiding van Prof. Bart Muys van de KU Leuven.
De natuurgids Fauna en flora van het Zoniënwoud is de eerste uitgave in een nieuwe reeks schitterende veldgidsen voor belangrijke natuurgebieden in de Benelux. Uniek voor deze veldgidsen is dat ze een natuurgebied exhaustief belichten: zowel planten, zwammen, vogels, insecten, zoogdieren enz. komen aan bod. Zo kan de wandelaar met één gids in de hand zijn ontdekkingstocht door het gebied starten.
-
Mijn -Mieren- Hoop
Kijk naar de bosmieren! Achilles Cools heeft een hoge mierenterp in zijn tuin en probeert binnen te dringen in dat superorganisme: een mierenvolk dat functioneert als één brein met een collectief bewustzijn. Op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten en indrukwekkende voorbeelden introduceert hij de lezer in de wereld van de mier. Je leeft mee tussen prinsessen en koninginnen, hofdames, de oermoeder, dauwmeisjes, kuddewachters en poppen die kunnen zingen. Al ver voor wij de landbouw ontdekten, hielden ze al vee. Ze houden bruidsvluchten, praten met geurcodes, kennen een SOS alarm, en vragen wachtwoorden. Hun succesverhaal steunt op een oerdegelijke sociale organisatie. Dan vraag je je toch wel af: hoe is het om een bosmierenvolk te zijn?