Rewilding
€ 24,90
Een groeiende groep mensen houdt zich bezig met rewilding. Dit is een vernieuwende vorm van natuurherstel, waarbij ecologen zich bezighouden met het herstel van de verloren gegane interacties tussen dieren, planten en natuurlijke verstoringen, die de essentie vormen van bloeiende ecosystemen. In Rewilding beschrijven de twee belangrijkste wetenschappers op dit gebied, Paul Jepson en Cain Blythe, op een toegankelijke manier de ecologische en historische achtergronden, geïllustreerd door prachtige natuurhistorische beelden, gecombineerd met infographics en stroomdiagrammen.
Ze beantwoorden tevens vragen over de rol van megafauna bij rewilding, beschrijven vier belangrijke projecten op dit gebied, waaronder die van de Oostvaarderplassen, geven aan hoe belangrijk het is om het publiek te betrekken en hoe dat kan en staan ze stil bij ethische aspecten van rewilding. Tenslotte doen ze tien voorspellingen voor een gerewilde planeet, waarin plaats is voor mens, en soorten als wilde paarden en runderen, wolven en bevers.
De auteurs
Paul Jepson is projectleider Natuurherstel bij Ecosulis Ltd en was tot voor kort directeur van de Masters-opleiding van Oxford University in biodiversiteit, natuurbehoud en natuurbeheer. Hij heeft veel gepubliceerd over rewilding-beleid
en actiefilosofie, en is lid van de raad van toezicht van Rewilding Europe.
Cain Blythe is algemeen directeur van Ecosulis Ltd en is gespecialiseerd in het herstel van habitats, met name door de toepassing van natuurlijke regeneratietechnieken, natuurherstel en het gebruik van technologie bij natuurbehoud. Momenteel draagt hij bij aan een aantal monitoringproeven met betrekking tot de reïntroductie van bevers in Engeland en Wales
Gerelateerde boeken
-
-
Vogels van de Friese Waddenkust
De Friese Waddenkust is niet alleen een schitterend gebied, maar ook een cruciale schakel in het leven van veel soorten wad- en watervogels, die er broeden, ruien, opvetten en overwinteren in alle seizoenen van het jaar.
In ‘Vogels van de Friese Waddenkust’ wordt van bijna 200 soorten de ontwikkelingen van de afgelopen 50 jaar in beeld gebracht. Het laat de gevolgen zien van klimaatveranderingen en een breed scala aan nieuwe ontwikkelingen langs de kust, zoals dijkversterking, buitendijkse fietspaden en een nieuwe plek voor verbeterde afvaart naar Ameland.
Dit boek is een onmisbare informatiebron voor natuurliefhebbers en vogelaars, en alle inwoners en bezoekers van Noord-Nederland.
De auteurs werken en wonen in Friesland en zijn alle gepassioneerde vogelaars.
-
Mijn grauwe ganzen
Iedereen kent de grauwe gans. In enkele decennia is hij uitgegroeid van een zeldzame tot een massaal voorkomende vogel. Hij is geliefd en verguisd, en regelmatig onderwerp van verhitte debatten tussen natuurbeschermers en boeren. Wat maakt deze vogel bijzonder?
Berend Voslamber deed veertig jaar onderzoek naar grauwe ganzen en kent deze vogel als geen ander. In Mijn grauwe ganzen beschrijft hij het hele leven van de vogel, van ei tot volwassen dier. Hij toont aan hoe succesvol de grauwe gans als broedvogel was (bijvoorbeeld in de Ooijpolder) en hoe in de loop van de tijd de biotoop veranderde, zoals tijdens hun verblijf in de Dollard. Veel informatie geeft de auteur aan de hand van opmerkelijke individuen.
Naast de vogels komen ook de ontwikkelingen in zijn onderzoek en de mensen die de auteur tijdens zijn werk ontmoette aan bod. Daarbij gaat hij met name diepgaand in op het tellen en het ringen van de vogels en wat dat oplevert aan kennis.Berend Voslamber is in Nederland dé deskundige op het gebied van grauwe ganzen. Hij werkte ruim twintig jaar als bioloog bij Sovon – vogelonderzoek Nederland en werd al op jonge leeftijd geboeid door het fenomeen gans.
-
Rentmeester van nature
Dankzij natuurbeschermers van het eerste uur zijn de belangrijkste natuurgebieden in Nederland behouden gebleven. Naast mensen als Heimans en Thijsse speelde ook Van Tienhoven, een van de eerste voorzitters van de Vereniging Natuurmonumenten, een cruciale rol. In Rentmeester van nature beschrijft Frank Saris hoe de ontplooiing van deze nieuwe rijke parallel liep met belangrijke ontwikkelingen binnen de natuurbescherming enerzijds en het (aristocratisch) al dan niet zelf verworven landgoederenbezit anderzijds.
De natuurbeschermingselite koos onder leiding van Van Tienhoven lange tijd voor een weg via de hoogste gezagsdragers, ten voordele van het eigen grootgrondbezit. De Tweede Wereldoorlog vormde voor hem een hoogtepunt en succesverhaal van deze neocorporatistische praktijk van ‘polderen van bovenaf’. De gevolgde strategie veranderde in de bezettingstijd niet wezenlijk; de machtspositie van de gesprekspartners wel, en daarmee de uitkomst. Van Tienhoven zat midden in de oorlog op het toppunt van zijn invloed en macht, iets dat hijzelf steeds nastreefde en dat hij met steun en in de geest van de bezetter sneller vorm kon geven.Frank J.A. Saris (1952) is natuurbeschermer, vogelonderzoeker en natuurontwikkelaar en werkte bij zelfstandige onderzoeksorganisaties. In 2018 verscheen zijn biografie Natuurbescherming als hartstocht, over Victor Westhoff (natuurbeschermer periode 1945-2000).