Terpen- en Wierdenland

Erik Betten

 25,00

De geschiedenis van het Noord-Nederlandse kustgebied – het land van de terpen en wierden – kent maar twee echte hoofdrolspelers: de mens en het water. De rode draad van dit boek is de interactie tussen die twee, vanaf 2500 jaar geleden toen de eerste bewoners op deze plek aankwamen tot nu, met een vooruitblik op de terp van de toekomst. Hoe hebben de bewoners van het kleigebied al die tijd geprofiteerd van, gewerkt met, en soms geleden onder het water?
Erik Betten (historicus, journalist, schrijver) beschrijft in Terpen- en Wierdenland de dynamische ontwikkeling van tweeduizend jaar terpenland, steeds met het huidige landschap als gids. Aan de orde komen onder andere de vorming van het kustlandschap na de laatste ijstijd, de bloei van de Noordzeecultuur, en de bebouwing en het dagelijks leven op de terpen. r

Verschijningsvorm:
Paperback
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Uitgeverij Noordboek
Aantal pagina's:
200
Druk:
1
Uitgiftedatum:
05-10-2018
Gewicht:
799 gram
Afmeting:
267x218x20 mm
ISBN:
9789056154721

Gerelateerde boeken

  • Kijk mij!

    Kijk mij!

    Geborduurde boekbanden 1585-1670
    Marike van Roon
     35,00
  • Landschapsbiografie Drents-Friese grensstreek

    Ontdek de fascinerende geschiedenis en adembenemende schoonheid van de Drents-Friese Grensstreek met deze uitgebreide landschapsbiografie. Verken de prachtige natuurreservaten van het Drents-Friese Wold, het Dwingelderveld en het Holtingerveld, en laat je meevoeren door de verhalen die deze landschappen te vertellen hebben.

    De Drents-Friese Grensstreek is een gebied doordrenkt van geschiedenis, gevormd door eeuwen van menselijke activiteit en de wisselwerking met de natuur. Deze landschapsbiografie neemt je mee op een reis door de tijd, van de vroege nederzettingen en het ontstaan van de agrarische cultuur tot de moderne natuurbeschermingsinspanningen.
    In het Drents-Friese Wold ontdek je een uitgestrekt bosgebied dat zich uitstrekt over de provinciegrenzen heen. Hier ervaar je de serene rust van de natuur, terwijl je wandelt over kronkelende paden en langs schilderachtige vennetjes. Leer over de invloed van de mens op dit gebied, van de ontginningen in de Middeleeuwen tot de huidige inspanningen om de biodiversiteit te behouden.

    Het Dwingelderveld, een nationaal park en het grootste aaneengesloten natte heidegebied van West-Europa, biedt een spectaculaire weergave van de oeroude Drentse landschappen. Wandel over de uitgestrekte heidevelden, bewonder de zeldzame planten en dieren die hier gedijen en ontdek de sporen van menselijke bewoning die teruggaan tot de prehistorie.

    Het Holtingerveld, gelegen aan de zuidelijke rand van het Drents-Friese Wold, verrast met zijn unieke combinatie van bossen, heide en stuifzand. Hier vind je een rijkdom aan archeologische overblijfselen, waaronder hunebedden en grafheuvels, die getuigen van de langdurige menselijke aanwezigheid in dit gebied.

    Deze landschapsbiografie neemt je mee op ontdekkingsreis door de Drents-Friese Grensstreek en biedt diepgaande inzichten in de geologische processen, ecologische systemen en historische ontwikkelingen die dit gebied hebben gevormd. Aan de hand van levendige beschrijvingen, prachtige foto’s en boeiende verhalen wordt de rijke geschiedenis van deze regio tot leven gebracht.

    De Landschapsbiografie Drents-Friese Grensstreek is een wetenschappelijk verantwoord, toegankelijk geschreven verhaal over de ontstaansgeschiedenis, kwaliteiten en toekomstmogelijkheden van het landschap in deze regio. De biografie is rijk geïllustreerd met landschapsfoto’s, kaarten en landschapsreconstructies die de verschillende levensfasen van deze streek weerspiegelen.

     30,00
  • Kloostermoppen

    Kloostermoppen

    Middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen
    Edward Houting, Hans Vrijer
     35,00

    Kloostermoppen

    In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.

    In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.

     35,00
  • Lege plekken

    Lege plekken

    Groningen en zijn Joodse stadjers in en na de oorlog
    Stefan van der Poel
     25,00

    Lege plekken

    Van de grote Joodse gemeenschap die Groningen kende, keerde na de oorlog vrijwel niemand terug. De voormalige Joodse buurt in en rond de Folkingestraat was uitgestorven, de synagoge bood veel meer ruimte dan de kleine gemeenschap kon vullen en benadrukte zo de afwezigheid van velen. De titel ‘Lege plekken’ verwijst naar deze afwezigen, maar ook naar de leegte die zij achterlieten in bredere zin: in het straatbeeld en de herinnering.

    In dit boek wordt de plaats van de Joodse gemeenschap in de niet-Joodse omgeving geanalyseerd; in het bijzonder de relatie tussen de gemeente Groningen en haar Joodse stadjers. Op welke wijze is er in en na de oorlog met Joods vastgoed omgesprongen en was daarbij sprake van rechtsherstel? Ook de rol die de Groningse politie had bij het arresteren en deporteren van Joden wordt belicht, evenals de criteria waarmee de naoorlogse zuivering binnen het politieapparaat plaatvond. En hoe verliep de terugkeer en opvang van Joodse repatrianten na de oorlog? Daarbij wordt nagegaan wie hen onderdak verleenden of hen voorzagen van de benodigde kleding en voeding. Het afsluitende hoofdstuk analyseert de ontwikkelingen in de naoorlogse herinneringscultuur. Aan de orde komen de monumenten en de verschillende wijzen waarop deze de ontstane leegte vertolken. Zo trachten verscheidene historici in dit boek de ontstane leegte te markeren en te duiden.

    Stefan van der Poel is universitair docent bij de vakgroep Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zijn belangstelling gaat vooral uit naar de Joodse en Midden-Europese geschiedenis. In 2004 promoveerde hij op Joodse stadjers. De joodse gemeenschap in de stad Groningen, 1796-1945.

     25,00