Voor deez’ aard verloren
€ 22,00
Aan de rand van het Asserbos ligt al twee eeuwen de Noorderbegraafplaats. In gebruik sinds 1823 is het de oudste algemene begraafplaats van Assen. Destijds was de aanleg een van de opvallende bewijzen van de snelle groei die de Drentse hoofdstad in de negentiende eeuw doormaakte. Het inwoneraantal groeide van 600 naar 11.000 aan het eind van de eeuw. Duizenden Assenaren kregen in loop van de jaren hun laatste rustplaats op de Noorderbegraafplaats. 0’De Noorderbegraafplaats in Assen’ vertelt de geschiedenis van deze monumentale begraafplaats met prachtige beelden, oude documenten en tal van verhalen. Het boek is meer dan een beschrijving van de monumenten en de families die er begraven liggen. Op de Noorderbegraafplaats ben je getuige van de opvallende sociaal-economische en culturele ontwikkeling van het negentiende-eeuwse Assen. Een geschiedenis van arm en rijk, van nauwe onderlinge banden en opvallende nieuwkomers. Het boek neemt de lezer mee in deze ‘geschiedenis gebeiteld in steen’. Ook brengt ‘De Noorderbegraafplaats in Assen’ in beeld hoe de ‘tekens van de tijd’, zoals landschapsarchitectuur van begraafplaatsen en vormgeving van grafmonumenten, zich in twee eeuwen ontwikkelden.
Gerelateerde boeken
-
Darp
Darp komt van “derp’ en is Drents voor “dorp’. Wie zijn dorp Darp noemt, heeft lef. “Er is geen dorp dat dorpser is dan het onze”, zegt de naam Darp.
De beelden van Frans Ohm vormen meer dan een fotoportret van Darp alleen. De fotografie verbeeldt een dorpscultuur die je op vele plekken in Nederland kan vinden. Degenen die in een dorp zijn opgegroeid zullen een blik van herkenning hebben. Dit zijn wij. Of ja, zo waren wij. Zo krijgt via DARP de dorpscultuur een prominente plaats in de cultuur-historische verzameling Hollandse Beelden.
Frank Westerman kijkt in de ziel van het dorp. Afgewisseld met persoonlijke beschouwingen geeft hij in het in het boek het kleine Darp de plaats in de wereldgeschiedenis die het verdient.
Vormgeefster Renate Boere weet de beelden te combineren tot een intense kijkervaring. Geïnspireerd door het fenomeen fotoroman zet ze je midden in het dorp neer.
-
-
-
Spitten voor de vijand
Meer dan honderdduizend mannen werden vanaf september 1944 opgeroepen om te werken aan Duitse verdedigingswerken in Nederland. In de nog bezette provincies werden de arbeiders gedwongen tewerkgesteld aan de bouw van tankgrachten, loopgraven en schuttersputjes, vaak onder slechte omstandigheden. Voor de Duitsers was het belang groot om de geallieerden zo lang mogelijk tegen te houden. Er werd dan ook hard opgetreden tegen weigeraars.
Voor velen waren de principiële bezwaren te groot, zij besloten onder te duiken. Anderen hadden die mogelijkheid niet. Zij probeerden zich aan te passen aan de omstandigheden en saboteerden waar ze maar konden. Een groot deel van deze zogenoemde spitters zag kans om te vluchten of keerde niet terug van verlof. Zij waren daarna veroordeeld tot een leven als onderduiker. Zij die als onderduikers tijdens de vele razzia’s, of door verraad, werden gepakt, kwamen na een verblijf in een gevangenis in een strafkamp in Duitsland of Drenthe terecht.
Eén van die mannen was Eelke Dijkstra. Samen met dertig anderen werd hij in november 1944 vanuit het Huis van Bewaring in Leeuwarden overgebracht naar Yde, een klein Drents dorpje onder de rook van Groningen. Zijn oorlogsdagboek was voor zijn kleinzoon en auteur Erik Dijkstra aanleiding om onderzoek te doen naar het vergeten strafkamp in Yde. Wat volgde was een reis door de geschiedenis waarin bijzondere ontdekkingen werden gedaan en veel betrokkenen voor het eerst hun verhaal vertelden. Door intensief archiefonderzoek kwamen schokkende feiten boven water over vier gefusilleerde dwangarbeiders in november 1944. De vele brieven, dagboeken en getuigenissen vertellen samen het verhaal van strafkamp Yde en de tewerkstelling in Drenthe.
Erik Dijkstra is schrijver/journalist en doet al jaren onderzoek naar de tewerkstelling in Drenthe.