Wat is recht?

De receptie van Oudfries recht in de Groninger Ommelanden in de 15e en 16e eeuw
Han Nijdam, Henk D. Meijering

 39,90

In de middeleeuwen maakten ook de Groninger Ommelanden deel uit van het Friese rechtsgebied, dat zich uitstrekte van het Vlie (nu het IJsselmeer) tot aan de Wezer in Duitsland. Vanaf de 12e eeuw is het recht daarvan op schrift gesteld, oorspronkelijk in het Oudfries. Vanaf het begin van de 15e eeuw was de schrijftaal in de Ommelanden het Nederduits (Nedersaksisch), met als gevolg dat de rechtsbronnen vertaald moesten worden. Deze vertalingen zijn in talrijke handschriften uit de late middeleeuwen en de vroegmoderne tijd overgeleverd. Zij zijn goed ingepast in het Groninger recht, en geven tevens een beeld van hun Oudfriese bronnen. In deze studie wordt een belangrijk tekstcorpus daaruit ontsloten.

Henk Meijering is emeritus hoogleraar Fries en Duits aan de Vrije Universiteit en verbonden als gastonderzoeker aan de Fryske Akademy in Leeuwarden.

Han Nijdam is onderzoeker op het terrein van het Oudfries en het Oudfriese recht aan de Fryske Akademy in Leeuwarden.

Verschijningsvorm:
Hardcover
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Uitgeverij Bornmeer
Aantal pagina's:
600
Druk:
1
Uitgiftedatum:
19-06-2018
Gewicht:
1114 gram
Afmeting:
237x162x48 mm
ISBN:
9789056154622

Gerelateerde boeken

  • Milete

    Milete

    Bakermat van de wetenschap
    Hans Dijkhuis
     22,90
  • Eeuwig landschap

    Eeuwig landschap

    In het voetspoor van Eli Heimans’ Uit Ons Krijtland
    Jeroen Bosch, Wim Huijser
     24,90
  • Niet meer blaffen naar de maan

    Niet meer blaffen naar de maan

    Religie, wetenschap en magie in de vroege middeleeuwen
    Raoul Bauer
     25,00

    Niet meer blaffen naar de maan

    Zijn er tussen wetenschap, geloof en magie waterdichte schotten te plaatsen? Is er een verschil tussen een wonderbaarlijk mirakel en een te mijden toverkunstje? Is de rede enkel te vinden in de wetenschap of speelt die ook een rol in religie en magie? Hoe stond de kerk tegenover wetenschappelijke bevindingen?

    Raoul Bauer gaat op zoek naar antwoorden op deze vragen en vindt ze onder meer in de geschriften van de grote wetenschappers uit de Middeleeuwen. We leren Isidorus van Sevilla kennen die een encyclopedie schreef die eeuwenlang gebruikt werd. Beda Venerabilis, dé wetenschapper bij uitstek van de achtste eeuw, onderzoekt mirakels, berekent de paasdatum en denkt na over het fenomeen van de getijden. Via de Karolingische renaissance komt Gerbert van Aurillac aan het woord, de paus-wiskundige van het ‘merkwaardige’ jaar 1000.

    Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde eerder bij uitgeverij Sterck & De Vreese het boek Karel de Grote.

    ‘We raken nooit dichter bij het begin van alles. In die zin is in de moderne natuurkunde niet anders dan de theologie van de middeleeuwen, toen er ook heel diepzinnige vragen werden gesteld, zonder dat er antwoorden kwamen.’ – Heino Falcke, hoogleraar radioastronomie en astrodeeltjesfysica, Radboud Universiteit Nijmegen

     25,00