Wereldgeschiedenis voor beginners
€ 22,90
Meer dan ooit vragen we ons af op welke wijze de geschiedenis ons heeft gevormd, en wat in de roerige tijd waarin we ons bevinden terug te voeren is op het verleden. Maar ja, hoe zat het ook alweer, en weten we eigenlijk wel voldoende van beschavingen buiten de ons bekende westerse wereld?
In dit tweede deel uit de serie stappen we met zevenmijlslaarzen door de wereldgeschiedenis, van het vroegste begin in 3500 voor Christus tot aan 1945, toen de wereld ook op zijn kop was gezet.
Het lijkt haast onmogelijk, maar Emma Marriott weet op een boeiende en uiterst toegankelijke manier ruim 5000 jaar geschiedenis terug te brengen tot de essentie.
Ze heeft er bewust voor gekozen om niet alleen te focussen op de Westerse wereld maar juist breder te kijken, en beschavingen naar voren te brengen die velen van ons niet veel zullen zeggen maar die wel van invloed zijn geweest op onze ontwikkeling.
Emma Marriott studeerde geschiedenis aan de University of Warwick en werkte bij een uitgeverij tot ze besloot zich te vestigen als freelance schrijver, ghostwriter en redacteur. Ze heeft meer dan tien boeken op haar naam staan.
Gerelateerde boeken
-
-
Hannekemaaiers en Kiepkerels
Vanaf de Gouden Eeuw tot aan de Eerste Wereldoorlog kwamen elk voorjaar duizenden seizoenarbeiders vanuit Duitsland naar Nederland om de boeren te helpen bij de hooioogst. Ze werden hannekemaaiers, mieren of poepen genoemd. Individueel of in groepjes boden ze zich aan. Boeren in het noorden hadden gemiddeld twee tot vier hannekemaaiers aan het werk. Sommigen kwamen jaar na jaar terug bij dezelfde boer. Anderen handelden in linnenwaren. Deze ‘lapkepoepen’ vormden de basis van talloze winkels en bedrijven in kleding en textiel die nu nog steeds in Nederland aanwezig zijn.
In Hannekemaaiers en Kiepkerels beschreef Kornelis Mulder (1916-1978) de geschiedenis, de herkomst en de invloed van deze seizoenarbeiders. -
-
Maria van Oekraïne
Maria was een boerenmeisje uit de provincie Tsjernihiv in Oekraïne. Ze groeide op onder het schrikbewind van Stalin en verloor haar familie door de Holodomor (hongersnood) en de communistische terreur. In de zomer van 1942 is ze zeventien en arbeidster in een sovchoze. Daar wordt ze door de Duitse Wehrmacht van het graanveld geplukt en gedeporteerd. Ze wordt Ostarbeiterin in de Zeiss lenzenfabriek van Jena in Oost-Duitsland. Onder deze onmenselijke werk- en levensomstandigheden en gekweld door honger zoekt ze steun bij de icoon van de heilige Nikolaj, die ze erfde van haar baboesia Sofia. In 1944 ontmoet Maria de Vlaamse Aloïs, Fremdarbeiter en brandweerman in Jena. Ze wandelen in de bossen en gaan op zoek naar een nieuwe vrijheid. Maar hun geluk is broos, want de oorlog blijft een geduchte tegenstander. Wanneer de bombardementen van de geallieerden op Jena hun hoogtepunt bereiken en de Russen hun aanval vanuit het oosten verhevigen, worden de geliefden van elkaar gescheiden. Lukt het Maria, die inmiddels zwanger is, haar man terug te vinden?