Wieg
€ 29,90
We schrijven 1700. Maria du Plessis, een hugenote, vlucht weg uit Frankrijk en komt terecht in Amsterdam. Daar sluit ze een huwelijk met een landgenoot, een ondernemende chirurgijn, die haar meeneemt naar de Kaap. In Stellenbosch leidt hij haar op tot vroedvrouw. Na zijn dood verhuist ze naar Kaapstad, waar ze door de VOC als stadsvroedvrouw wordt aangesteld.
In Wieg vertelt Joan Kruger hoe Maria uitgroeit tot steun en toeverlaat van kwetsbare mensen: een veertienjarige die in het kraambed ligt, een verkracht meisje en vrouwen die door hun eigenaar, minnaar of man zijn mishandeld.
Uit een veelheid van rechtbankverslagen, doktersrekeningen, veilingdocumenten en testamenten ontstaat een rijkgeschakeerd en levendig beeld van de eerste helft van de achttiende eeuw, waarin het werk van Maria de rode lijn is. Tegelijk schetst het boek een prachtig beeld van de groeiende Kaapkolonie die zich zou ontwikkelen tot het huidige Zuid-Afrika.
Wieg is een meeslepende vertelling over een vrouw diein een tijd van godsdienstvervolging wordt gedwongen nieuwe wegen in te slaan en die uiteindelijk zelf geschiedenis maakt.
Joan Kruger werkte na haar universitaire studie (literatuur en filosofie) onder meer als journalist en tijdschriftredacteur. Momenteel werkt ze als schrijver.
Gerelateerde boeken
-
-
Joden van Leeuwarden
“Hartog Beem heeft de geschiedenis van de Joodse gemeenten buiten de Randstad op de kaart gezet. Daarvan is dit boek over Leeuwarden een onovertroffen hoogtepunt.” – Rabbijn Edward van Voolen
In 1974 verscheen de eerste editie van ‘Joden van Leeuwarden – Geschiedenis van een Joods Cultuurcentrum’. Als kenner van de joodse bronnen en jarenlang bestuurslid van de gemeente was Hartog Beem (1892 – 1987) als geen ander in staat Joods Leeuwarden van binnenuit te beschrijven, vanaf het prille begin in de zeventiende eeuw tot de jaren zeventig van de vorige eeuw. Hij was al in 1940 gevraagd maar het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog leidde tot uitstel van de plannen. Architectuurhistoricus J.F. van Agt (1922-2013) voegde een hoofdstuk toe over de Friese synagogen, de meeste inmiddels verdwenen.
Voor deze herziene editie schreef Chaim Caran, genealoog van de Friese Joden, een hoofdstuk met nieuwe gegevens over de oudste en de meer recente geschiedenis van de Joden in de Friese hoofdstad, terwijl Edward van Voolen Hartog Beem aan de huidige lezers voorstelt. Ook is het nu voorzien van een namenindex.
De bewogen geschiedenis van de Joden van Leeuwarden krijgt een bijzonder perspectief door de vele citaten uit de notulen van de gemeente, eerst in het Jiddisch en later in het Nederlands. Het tragische lot van de joden in Leeuwarden en het moeizame naoorlogse herstel beschrijft Beem als ooggetuige met ingehouden emotie.
-
-
Georg Wilhelm Steller
Veel vogelaars kennen Steller van de vogelsoorten die naar hem genoemd zijn, waaronder Stellers eider en Stellers zeearend.
Maar wie was hij? Georg Wilhelm Steller was een Duitse geleerde in Russische dienst die in 1741 als eerste bioloog landde in Alaska, dat toen nog Russisch was. Op de thuisreis sloeg het noodlot toe. Verzwakt door scheurbuik leed de expeditie schipbreuk op een onbewoond eiland. Tijdens dit onvrijwillige verblijf beschreef Steller onder andere de reusachtige zeekoeien, waarmee hij wereldfaam verwierf. Helaas werden deze spoedig uitgeroeid. Uiteindelijk wisten de overlevende zeelieden Kamtsjatka te bereiken. Voor hij terug kon keren naar Sint-Petersburg stierf Steller, belasterd door tegenstanders en gemangeld door de Russische bureaucratie, in de eindeloze verten van Siberië. Geleerden als Pallas en Linnaeus maakten zijn ontdekkingen wereldkundig en streken de eer op voor zijn pionierswerk.
Deze uitgave bevat Stellers dagboek van de ontdekkingsreis naar Alaska, fragmenten uit zijn werk over zeezoogdieren, en passages uit zijn Beschrijving van Kamtsjatka.Mark Nieuwenhuis (1968) is docent Latijn en vertaler van Latijnse literatuur. Vogels kijken doet hij al zijn hele leven. Nu zijn boek over Steller is voltooid, gaat hij Stellers eider eindelijk eens opzoeken in zijn overwinteringsgebied.