Zwarte magie, demonen & andere redevoeringen
€ 24,90
Lucius Apuleius (tweede eeuw na Chr.) gold in zijn tijd als een belangrijk redenaar en filosoof. In Zwarte magie verdedigt hij zich tegen een aanklacht van toverkunst. Met een groot gevoel voor humor en voor retorica beschrijft Apuleius wat magie is en waarom hij er verre van blijft. Zijn redevoering is tegelijk een van de belangrijkste kennisbronnen over antieke magie en is nog altijd uiterst leesbaar.
Dat geldt ook voor een serie bijzondere passages uit redevoeringen die Apuleius in Carthago heeft gehouden, ongeveer tussen 160 en 170 na Chr. Verder bevat dit boek een fraaie redevoering over de vraag wat demonen precies zijn. Volgens Apuleius zijn ze vooral goede helpers van de mensen.
De Romeinse schrijver Lucius Apuleius van Madauros (ca. 125 – eind tweede eeuw) dankt zijn roem vooral aan de amusante en intrigerende roman De gouden ezel.
Gerelateerde boeken
-
Verhandeling over de aanleg van vrouwen voor de wetenschap
De begaafde Anna Maria van Schurman kreeg als eerste vrouw in Nederland toestemming om colleges te volgen. De Universiteit van Utrecht bouwde voor de gelegenheid een hokje met een gordijntje voor haar. Van Schurman kon van daaruit de colleges van theoloog Voetius bijwonen, zonder daarbij de mannelijke studenten af te leiden.
In dit korte essay uit 1641 legt Van Schurman uit waarom het logisch is om meer vrouwen toegang tot de
universiteit te verlenen. Het argumentatieve geschrift inspireerde Margaret Cavendish en Mary Wollstonecraft en gaf de aanzet tot de eerste feministische beweging. Het zeer invloedrijke essay verschijnt in een geactualiseerde vertaling van Renée Ter Haar, met een voorwoord van Angela Roothaan. Jacob Bouwman zorgde voor de selectie van relevante brieven.“Wat een genot om zo’n erudiet pleidooi te lezen van een moedige vrouw. In zijn opdracht noemt tijdgenoot Johan van Beverwijck haar ‘onsterfelijk sieraad onder de vrouwen’. Met recht.” – Trouw
-
-
Pomologia
Het baanbrekende werk van Johann Hermann Knoop, ‘tuinman’ van Maria Louise van Hessen Kassel (stammoeder van ons vorstenhuis), werd oorspronkelijk in 1758 uitgebracht. Met zijn beschrijvingen en illustraties van de ‘beste appel- en peervariëteiten die in Nederland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en andere landen met uitsterven bedreigd waren en daarom gekweekt werden’ mag Knoop met recht de grondlegger van de pomologie worden genoemd, de tak van plantkunde die gespecialiseerd is in de studie van fruitsoorten.
Van Roomse Griet tot Paradijsappel, van syden hemdje tot Doeke Martena. Ze staan allemaal in dit boek. Net als al die perensoorten: van Engelse koningin tot sonder sieltjes.
Nog altijd is dit werk geliefd bij tuinliefhebbers en fruitkwekers over de hele wereld.Het oorspronkelijke boek is opnieuw gedigitaliseerd en verschijnt hier in gebonden, full colour heruitgave.