Aesopus
€ 27,90
In de eerste of tweede eeuw schreef een anonieme auteur Het Leven van Aesopus: een schalkse schelmenroman over het leven van een Griekse slaaf, antiheld en fabelschrijver. Zijn tekst behoort tot de meest bijzondere en sprankelende producten van de Oudgriekse literatuur, maar bleef tot nu grotendeels onbekend.
Met deze roman als vertrekpunt neemt Christian Laes de lezers mee naar het dagelijks leven in die tijd. Er komen slaven aan het woord die zich beklagen over hun lot en creatief op zoek gaan naar manieren om een beter bestaan te kunnen leiden. Lijf en lust, lichamelijkheid en seks, zijn ook opvallende thema’s, net als voeding en culinaire genoegens. Intellectuelen en hun eigendunk passeren ongegeneerd de revue. De man-vrouwrelatie in een vooraanstaand huishouden mag natuurlijk niet ontbreken.
Christian Laes brengt in dit boek als eerste een Nederlandse vertaling van de roman, en laat aan de hand daarvan zien hoe het slavenleven in de oudheid er werkelijk uitzag. Een les in mentaliteitsgeschiedenis die boeit en beklijft.
— Christian Laes, classicus en oudhistoricus, is gewoon hoogleraar Oude Geschiedenis aan de Universiteit van Manchester en tevens verbonden aan de Universiteit Antwerpen.
Gerelateerde boeken
-
Zo zijn we niet meer getrouwd
Tot de jaren zestig bezegelde het huwelijk een hiërarchische verhouding. Door te trouwen kwam de man aan het hoofd van het gezin en werd de vrouw handelingsonbekwaam. Ze mocht niet zelf contracten sluiten, werken of een bankrekening beheren. Nog een effect: de huwelijkswetgeving criminaliseerde homoseksualiteit en maakte sommige kinderen wettig en andere ‘onwettig’. Dit boek beschrijft de opkomst en het verval van het hiërarchische huwelijk. Het eindigt met de komst van het recht om te scheiden, het homohuwelijk en het geregistreerde partnerschap.
-
Maria van Oekraïne
Maria was een boerenmeisje uit de provincie Tsjernihiv in Oekraïne. Ze groeide op onder het schrikbewind van Stalin en verloor haar familie door de Holodomor (hongersnood) en de communistische terreur. In de zomer van 1942 is ze zeventien en arbeidster in een sovchoze. Daar wordt ze door de Duitse Wehrmacht van het graanveld geplukt en gedeporteerd. Ze wordt Ostarbeiterin in de Zeiss lenzenfabriek van Jena in Oost-Duitsland. Onder deze onmenselijke werk- en levensomstandigheden en gekweld door honger zoekt ze steun bij de icoon van de heilige Nikolaj, die ze erfde van haar baboesia Sofia. In 1944 ontmoet Maria de Vlaamse Aloïs, Fremdarbeiter en brandweerman in Jena. Ze wandelen in de bossen en gaan op zoek naar een nieuwe vrijheid. Maar hun geluk is broos, want de oorlog blijft een geduchte tegenstander. Wanneer de bombardementen van de geallieerden op Jena hun hoogtepunt bereiken en de Russen hun aanval vanuit het oosten verhevigen, worden de geliefden van elkaar gescheiden. Lukt het Maria, die inmiddels zwanger is, haar man terug te vinden?
-
Een politiek gevangene in Nederland
Heeft Nederland een politieke gevangene? Het schokkende antwoord is: ja. De Koerdische politieke leider Hüseyin Baybasin zit al ruim 25 jaar vast in Nederland. Na de oprichting, in Den Haag, van het Koerdisch Parlement in Ballingschap werd hij in de raderen van de wereldpolitiek vermalen. Wetenschapsfilosoof Rein Gerritsen laat zien hoe een Turks-Nederlandse politie-eenheid bewijs vervalste, waarna criminologen, vertalers, rechters, raadsheren en politici in het web van leugens verstrikt raakten. Het voorwoord bij deze biografie is geschreven door een aantal gevangenisdirecteuren. Zij verzetten zich openlijk – heel ongebruikelijk voor ambtenaren – tegen Baybasins onterechte opsluiting.
Rein Gerritsen (1959) studeerde wijsbegeerte, natuurkunde en theoretische psychologie aan de Universiteit Utrecht. Hij is al jaren actief als wetenschapsfilosoof, vertaler en schrijver. Hij publiceerde eerder onder meer het boek James en vertaalde William James’ boek Pragmatism.
-
Onderweg naar 1832
Onderweg naar 1832 vertelt het verhaal van zes jonge mensen uit eenvoudige milieus, met ieder een bijzondere geschiedenis. Twee vrouwen en vier mannen, van wie één met Joodse migrantenwortels. Het speelt tegen de achtergrond van de schoolwereld uit de vroege negentiende eeuw en loopt vanaf hun kindertijd tot 1832. In dat jaar waren ze als dertigers aanwezig op een legendarisch jubileumfeest ter ere van hun onderwijsinspecteur. Ze hadden toen, gegeven hun afkomst en sekse, binnen het onderwijs opvallend carrière gemaakt. Op basis van historische bronnen laat het boek zien hoe dit kwam en wat ze onderweg naar 1832 meemaakten.
Samen geven de zes biografische verhalen een beeld van vroege ontwikkelingen binnen het lerarenberoep. Onderwijsvernieuwing was in deze periode het sleutelwoord. Geleidelijk nam daardoor de vakbekwaamheid toe, verbeterden de arbeidsomstandigheden en steeg het sociale aanzien van de beroepsgroep – maar alleen voor de mannen. Het boek maakt ook de onontkoombare man-vrouw verschillen van deze periode zichtbaar.
De jonge levens van de zes speelden zich grotendeels af in de stad Groningen, toen een belangrijk centrum van onderwijsvernieuwing. Ze stonden in de voorhoede van de nieuwe Nederlandse school. Het boek vertelt de nauw met elkaar verweven verhalen over deze bijzondere pioniers: een idealistische dovenonderwijzer, de ontwerper van de pabo, Nederlands eerste kleuterpedagoge, een talenvirtuoos die botste op de grenzen van de tolerantie, een heel vroege carrièrevrouw, en de wegbereider van de Algemene Onderwijsbond (AOb). Ingekleurde momentopnamen van opvallende gebeurtenissen in hun bestaan – een dramatische vergadering, een liefde, een stedentripje naar Amsterdam, een onvergetelijke les – brengen de personen tot leven. Een bijzondere combinatie van feiten en fictie.
Mineke van Essen is historisch pedagoog en emeritus hoogleraar van de Rijksuniversiteit Groningen.