De evolutie van liefde
€ 29,90
Zoals een pauw pronkt met zijn veren, zo doet een beschaafd volk dat met hoge torens, glimmende auto’s en veel te grote huizen. We zijn volken van vertoon, die natuurlijk en menselijk kapitaal aanwenden om in een dierlijke concurrentiestrijd te overleven. Deze banden van overheersing hebben een wig geslagen tussen mensen en tussen cultuur en natuur, met onvermijdelijke maatschappelijke en ecologische problemen tot gevolg. De mens is een dier. Onze opdracht is cultuur en natuur te vermengen, niet te scheiden. Dit is een veel grotere uitdaging dan men met het politiek en wetenschappelijk pragmatisme veronderstelt. We zouden ermee kunnen beginnen om eerlijk te zijn over ons dierlijk opportunisme in plaats van het te verbergen of af te doen als cynisme. Dat zou, omdat er tussen mensen en volken meer dierlijke overeenkomsten zijn dan culturele verschillen, voor de ontspanning kunnen zorgen die noodzakelijk is om er gezamenlijk de schouders onder te zetten. De evolutie van liefde maakt feilloos het belang én de samenhang duidelijk van herverbinding met elkaar, met onze eigen natuur en met de ecologie.
Dit boek is een opmerkelijke en prikkelende bijdrage aan het discours over een duurzame toekomst.
Matthijs Schouten – bijzonder hoogleraar ecologie en filosofie van het natuurherstel aan de WUR.
Gerelateerde boeken
-
De scharrelaar 2020/1
Een nieuwe lente, een nieuwe Scharrelaar! De lente-editie van De scharrelaar staat weer boordevol met gedichten, verhalen en beschouwingen over vogels in binnen- en buitenland.
‘De scharrelaar’ is een literair tijdschrift voor vogelliefhebbers, geschreven door diverse auteurs. In deze overvolle lente-editie 2020 van De scharrelaar, het derde nummer alweer, vindt u onder meer bijdragen van Willem Jan Otten en Daan Remmerts de Vries. Verder schrijft Marja Vuijsje over de kauwen op haar balkon, vertelt Bert Keizer over de helaas uitgestorven trekduif, beschrijft gevangenispsychiater Yolande de Kok de vogels in de nor en bejubelt Saskia van Loenen de paria van het stadspark: de halsbandparkiet.
-
-
Met een verrekijker het heelal in
Ben je graag buiten en kijk je graag naar de sterren, bijvoorbeeld tijdens vakanties, of gewoon thuis op een mooie zomeravond? Deze gids laat je met eigen ogen onbekende details van de maan zien en bijzonderheden als sterrenhopen, nevels en dubbelsterren. Ook melkwegstelsels, miljoenen lichtjaren ver, liggen binnen het bereik. Met een verrekijker het heelal in is een praktische, informatieve en rijk geïllustreerde gids, die helpt om zonder telescoop of andere ingewikkelde apparatuur diep het heelal in te kijken. Het waarnemen met een gewone verrekijker staat hierbij centraal.
-
Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied
In 2014 is de werkgroep Oldambt van het IVN gestart met het project ‘Kolken in het Dollardgebied’. Het doel was om de kolken in kaart te brengen en waar mogelijk de aanwezige natuur te inventariseren. Kolken zijn ontstaan als gevolg van dijkdoorbraken. Doordat het water zich met grote kracht door de opening perste, ontstond door het kolkende water een diep gat. De doorbraak is vervolgens hersteld door om de kolk heen een nooddijk aan te leggen, waardoor de kolk binnendijks kwam te liggen.
Door de eeuwen heen zijn kolken door de boeren en de lokale bevolking gebruikt als drinkplaats voor vee, stortplaats van afval en als vis-, zwem-, en schaatswater. In de loop van de tijd zijn ondiepe kolken verland of kolken zijn gedempt door de beschikbaarheid van grotere en sterke graafmachines. In het gebied rond de Westerwoldse Aa zijn in de jaren 60 van de vorige eeuw de meeste kolken gedempt. Een klein aantal kolken is als landschapselement bewaard gebleven. Bij de ruilverkavelingen van de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werden de kolken in het Oldambt in de meeste gevallen in het kader van het toen verplichte landschapsplan als kleine perceeltjes toegewezen aan Staatsbosbeheer. Daarop werd vaak een stukje bos aangeplant. De reden van deze bosaanplant is het idee dat natuur zonder bos geen natuur kon zijn en dat een landschapselement van verre herkenbaar moest zijn. Kolken zijn tegenwoordig kleine natuurgebiedjes, die als een archipel in het voornamelijk agrarische landschap van het Oldambt liggen.
De zoektocht van de werkgroep naar bestaande en voormalige kolken is begonnen met een kaart van de bodemkundige Ir. De Smet, die rond 1960 uitvoerig de bodemeigenschappen en bodemgesteldheid van het Oldambtgebied heeft beschreven en in kaart gebracht. Op een van zijn kaarten heeft hij met rode lijnen de tracés van de bestaande, voormalige en vermoedelijke dijken aangegeven, die gedurende eeuwen in dit gebied aanwezig zijn of waren. Met blauwe stippen heeft hij de plaatsen gemarkeerd van bestaande, voormalige en vermoedelijke kolken. In totaal heeft hij 90 locaties gemarkeerd en daarvan heeft de werkgroep er ruim 30 teruggevonden, die aanwezig of herkenbaar waren. In deze kolken hebben vrijwilligers van IVN, KNNV en Club Oldambster Groen geïnventariseerd wat de toestand per kolk is, welke organismen er zich bevinden en welke natuurwaarden aanwezig zijn. Naast deze natuurinventarisaties heeft het project ook de doelstelling de cultuurhistorische waarden per kolk te inventariseren. Ze onderzoeken de geschiedenis van elke kolk, verzamelen er verhalen over en proberen er achter te komen, wat er met en rondom elke kolk in de loop der eeuwen is gebeurd. Naast het veldwerk is ook veel tijd doorgebracht in meerdere archieven.