De stem van mijn vader
€ 22,50
Philip Bloemendal, een naam die velen misschien niet kennen, maar zijn stemgeluid wel. Gedurende een groot deel van de twintigste eeuw, in de bewogen periode na 1945, was hij bij de meeste mensen bekend als ‘de stem van het Polygoonjournaal’ en vele andere producties die hij opluisterde met zijn nog altijd onovertroffen stemgeluid.
Philips stem was altijd wel ergens op de achtergrond aanwezig: in het Polygoonjournaal in de Cineac, bij serieuze reportages via andere media of bij grappige reclamefilmpjes. Vooral voor de generaties die dat hebben meegemaakt, is het de stem van ‘herrijzend Nederland’, van de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog, de groeiende industrie, van de hoogconjunctuur en de toenemende welvaart, van de bevolkingsgroei, van het toenemende autobezit … De stem die commentaar gaf als Hare Majesteit de Koningin weer een brug of een weg had geopend, de Deltawerken in gebruik stelde of de afdeling van een ziekenhuis met de nieuwste technologie opende, de stem die soms guitig commentaar bij de Huishoudbeurs of voetbalwedstrijden gaf.
Zoon Robert Bloemendal en schrijver Rob de Lange hebben het roerige leven en de carrière van Philip nu opgetekend. Tussen 1982 en 1988 nam Robert al wandelend met zijn vader diens verhaal op. Dat leverde 16 uren aan geluidsmateriaal op. Dit boek is daar de neerslag van. Er wordt een beeld geschetst van de turbulente tijd waarin Philip opgroeide en volwassen werd, van een markant man, zijn bewogen leven en de manier waarop hij, ondanks verschrikkelijke tegenslagen, zichzelf en zijn rol in het openbare leven uitvond.
Op meerdere plaatsen in de tekst zijn QR-codes afgedrukt. Deze codes zijn via het internet gelinkt aan beelden en geluidsopnames in het archief van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid.
Gerelateerde boeken
-
De grens getrokken
In “De grens getrokken” staat de betekenis van de grens tussen Noord-Nederland en Noord-Duitsland in het leven van de grensbewoners centraal. Lange tijd was deze grens voor de lokale bevolking helemaal niet zo duidelijk afgebakend; de ‘grens’ tussen religies was veel sterker aanwezig in het dagelijks leven dan de staatsgrens. Maar onder invloed van de wereldoorlogen en de daaruit voortvloeiende spanningen tussen Nederland en Duitsland veranderde het leven in dit gebied.
Het boek schetst een beeld van het leven van de noordelijke grensbewoners van Beerta tot en met Coevorden. Het gaat in op de overeenkomsten (en verschillen) en de dynamiek tussen de bevolkingsgroepen aan weerszijden van de grens in verschillende tijdsperioden: tot 1914, de Eerste Wereldoorlog, het interbellum, de Tweede Wereldoorlog, en de naoorlogse periode tot 1964. Er wordt ingegaan op de bevolkingssamenstelling, sociale verbanden, grensverkeer, grensarbeid en grenseconomie, en de politiek-ideologische overtuigingen van de bevolking.
Dirkje Mulder-Boers (Groningen, 1950) doet veel onderzoek naar de Tweede Wereldoorlog en publiceert over de betekenis van deze oorlog voor de (Joodse) Drentse en Duitse grensbewoners. Met haar proefschrift “De grens getrokken” promoveerde zij bij de Radboud Universiteit in Nijmegen.
-
De opgejaagden
Direct na de Tweede Wereldoorlog zette de joodse onderduiker Alfred ‘Ab’ van Dien zijn herinneringen over zijn onderduikperiode op papier. Deze herinneringen raakte hij jarenlang kwijt. Een medeonderduiker, die inmiddels in Israël woonde, bleek ze in bezit te hebben en stuurde ze aan hem terug. In 1982, bijna veertig jaar na de bevrijding, werden de herinneringen in een eenvoudig uitgevoerd boekje uitgegeven onder de titel: De Opgejaagden, herinneringen van een joodse onderduiker in het Valtherbos”.
Met zorgvuldig gekozen en indringende bewoordingen geeft Van Dien in De Opgejaagden een kijkje in het gevoelsleven van een onderduiker, niet schuwend om ook de gevaren waaraan ze vrijwel continue blootstonden te beschrijven. De titel geeft exact de lading van het boek aan. Zestien joodse onderduikers blijken, ondanks hun goed verscholen onderduikplaatsen, hun leven niet zeker en worden (door verraad) meermalen opgejaagd. Tijdens hun ondergrondse leven in kleine zolderkamertjes, een kippenhok en twee in taaie bosgrond uitgegraven bosholen, werden ze ondersteund door een aantal zeer sterke Drenten. Het verhaal leest als een waargebeurd, spannend jongensboek, maar wel één met een gitzwarte achtergrond. Wie begint met lezen, kan niet stoppen. De lezer wil weten hoe het verder gaat en hoe het afloopt.
Schrijver Johan Withaar heeft naar aanleiding van De Opgejaagden ruim tien jaar onderzoek gedaan naar de onbekend gebleven achtergronden, de vreselijke niet te bevatten historische feiten en het leven van de betrokkenen na de oorlog. Dit nieuwe boek, inclusief de herinneringen van Ab van Dien, bevat de resultaten van dit onderzoek in binnen- en buitenlandse (oorlogs)archieven, locatiebezoeken en interviews met de kinderen van direct betrokkenen, die Johan Withaar tot in de USA en Israël heeft weten te traceren.
Daarnaast heeft het onderzoek een drietal niet eerder gepubliceerde op schrift gestelde herinneringen van direct betrokkenen opgeleverd. Deze geven soms een verrassende wending aan hetgeen Van Dien zich in De Opgejaagden herinnerde.
-
Het wapen van Terschelling
Het wapen van Terschelling is meer dan alleen een heraldisch symbool; het is een intrigerend stukje geschiedenis dat het eiland Terschelling verbindt met een vergeten wereld. Het idee voor dit boek ontstond tijdens een rondleiding die de schrijver Henjo Hekman als gids in Midsland verzorgde. Toen een van de bezoekers hem vroeg wat het wapen van Terschelling betekende, kon hij geen bevredigend antwoord geven. Dit moment diende als inspiratie om op ontdekkingsreis te gaan, met als resultaat dit fascinerende boek dat een unieke en boeiende kijk op de geschiedenis van het eiland Terschelling.
‘Het wapen van Terschelling, een verhaal zonder begin’ belicht de ongrijpbare geschiedenis van het wapen en de voortdurende evolutie van de afbeelding en betekenis ervan door de eeuwen heen. De herkomst van het wapen blijft omhuld in raadsels. Dit boek biedt niet enkel een verklaring, maar het prikkelt de nieuwsgierigheid en nodigt lezers uit om met de auteur op zoek te gaan naar antwoorden op vragen die mogelijk onbeantwoord zullen blijven. Juist deze raadselachtigheid maakt de geschiedenis van het wapen van Terschelling des te boeiender en relevant voor ons begrip van het huidige Terschelling.
-
Uit de lus van de strop
Al in de jaren 1920-30 komen vele Joodse studenten uit de Oost-Europese landen naar Gent, op de vlucht voor discriminatie en raciale vervolgingen. Deze toekomstige ingenieurs studeren in de ‘Bijzondere Scholen voor de Burgerlijke Bouwkunde, Mijnen en Kunst- en Fabriekwezen’. Na hun studies kan een groot deel van hen in het Gentse industriebekken terecht.
En dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit. Vanaf 1942 is het vooral de hoop, het vertrouwen, de moed en de kracht die in sterke mate de overlevingsdrang van de Joodse families bepalen. Niet alle verhalen lopen goed af. In het Gentse verzet nemen de ingenieurs een belangrijke plaats in, maar ook burgers uit alle lagen van de
bevolking bieden weerwerk.
Marc Verschooris reconstrueert het leven van de slachtoffers maar brengt ook de verhalen van de overlevenden die als bij wonder aan de strop van de haat zijn ontsnapt. Naast angst voor het antisemitisme van vroeger en nu, is er ook dankbaarheid voor de heldendaden van zij die resoluut kozen voor steun, respect en solidariteit. Vele, niet eerder gepubliceerde foto’s, geven de hoofdrolspelers in dit boek, een gelaat.Marc Verschooris is geassocieerd onderzoeker bij het CEGESOMA. ‘De papegaai is niet dood. Geheim agenten Albert Deweer, Albert Mélot en Albert Wouters – Gent 1944’ verscheen bij uitgeverij Sterck & De Vreese.