De toekomst is er al

Bevindingen in Fryslân
Ingrid van de Vegte

 17,90

Hoe gaat het met Fryslân? Is er wel of geen krimp, bestaat die Friese paradox eigenlijk wel en is de mienskip opener aan het worden? Hoe treden de Friezen de toekomst tegemoet en durven zij keuzes te maken voor een houdbare toekomst?

Als directeur van het Fries Sociaal Planbureau (FSP) geeft Ingrid van de Vegte diep inzicht in de sociaal economische ontwikkelingen in Fryslân. Met de scherpe blik van een buitenstaander (maar inmiddels bijzonder verknocht aan Fryslân) beschouwt Ingrid van de Vegte de grote veranderingen die de afgelopen jaren hebben plaatsgevonden. ‘De toekomst is er al’, stelt Van de Vegte ‘en we kunnen die maar beter zelf vormgeven. Daarvoor zijn kansen genoeg.’

Druk:
1
Gewicht:
329 gram
ISBN:
9789464710441
Afmeting:
225x148x15 mm
Aantal pagina's:
112
Uitgeverij:
Uitgeverij Noordboek
Taal:
Nederlands
Verschijningsvorm:
Hardcover
Uitgiftedatum:
10-03-2023

Gerelateerde boeken

  • Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak

    Slauerhoff en Friesland
    Gerrit Jan Zwier
     12,90

    Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak

    J. Slauerhoff wordt algemeen gezien als een van Nederlands grootste dichters en schrijvers. Met zijn avontuurlijke en dwarse instelling is hij voor velen een inspiratiebron geweest, en hij is dat nog steeds.

    Een bijzondere en interessante kant aan de persoon en aan het werk van Slauerhoff is zijn relatie tot Friesland, waar hij is opgegroeid. Het is zonder meer waar dat een aantal van zijn mooiste verzen een Friese achtergrond heeft. Maar hoe liet hij zich over zijn geboortegrond uit? Hoe dachten belangrijke Friese auteurs over hun collega?

    In Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak draait alles om de connectie tussen de ‘Rimbaud van Leeuwarden’ en het Friese vaderland.

    Gerrit Jan Zwier is antropoloog en als reisauteur gespecialiseerd in noordelijke landen. Hij heeft diverse publicaties over Slauerhoff op zijn naam staan.

    met illustraties

     12,90
  • De Leeuwarder Weeshuisrekeningen 1541 – 1608

    Spiegels van het dagelijks leven in de zestiende eeuw
    Meindert Schroor
     75,00

    De Leeuwarder Weeshuisrekeningen 1541 – 1608

    Met als stichtingsjaar 1534 is het Old Burger Weeshuis in Leeuwarden een van de oudste burgerweeshuizen in Nederland. Vrijwel vanaf het begin is een administratie bijgehouden van zijn inkomsten en uitgaven in rekenboeken en jaarrekeningen. Zij bevatten een schat aan informatie over aard, kwaliteit en prijs van voedingsmiddelen, kleding en schoeisel, bouwmaterialen en gereedschappen, over het boerenbedrijf, maar ook over verdere uiteenlopende zaken als de werkgelegenheid (ambacht en losse arbeid), huizen en landerijen, lonen, huren, renten en legaten, verkeer en vervoer, de inrichting van de stad, het weer en de relatie tussen Leeuwarden en zijn omgeving. Ze bieden zowel professionele onderzoekers als amateurs ‘elck wat wils’. De Leeuwarder Weeshuisrekeningen 1541-1608 geeft als nagenoeg ononderbroken bron een beeld van het dagelijks leven in Leeuwarden en zijn omgeving gedurende het grootste deel van de zestiende eeuw zowel als de beginjaren van de zeventiende eeuw. Geograaf en historicus Meindert Schroor heeft met zijn transcriptie en inleiding op de rekeningen van de destijds als ‘Arme Weeshuys’ aangeduide instelling een van de belangrijkste historische bronnen voor de sociaaleconomische geschiedbeoefening van Friesland toegankelijk gemaakt.

    With summary in English/Met Engelse samenvatting.

     75,00
  • Kloostermoppen

    Middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen
    Edward Houting, Hans Vrijer
     35,00

    Kloostermoppen

    In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.

    In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.

     35,00
  • Shared space

    Een innovatief verkeersconcept zonder regels
    Karin Broer, Pieter de Haan, Sjoerd Nota
     22,50