De wereld van de farao’s
€ 39,90
Wie Egypte zegt denkt meteen aan de schitterende dodenmaskers van Toetanchamon, de mysterieuze sfinx van Giza of de prachtige tempels van Karnak en Luxor.
Marleen Reynders schetst in overzichtelijke hoofdstukken de lange geschiedenis van dit vruchtbare land aan de Nijl. Ze start bij de Nijl, het groene lint dat het land vruchtbaar maakte. Daarna passeren farao’s de revue met focus op enkele markante figuren zoals Hatsjepsoet, de vrouwelijke farao met baard; Achnaton, de excentrieke zonnekoning; Ramses II, de grote en natuurlijk ‘femme fatale’ Kleopatra. Om de Egyptische cultuur echt te begrijpen is inzicht nodig in de wereld
van goden en tempels maar ook in de dodencultus en het diepe verlangen naar onsterfelijkheid. De dood als centraal thema meandert door alle hoofdstukken. Een dodencultus die prachtige kunst voortbracht, gerealiseerd door duizenden werklieden, schrijvers, steenhouwers. Tot op vandaag vergapen we ons aan al die archeologische vondsten.
Marleen Reynders studeerde Egyptologie aan de KU Leuven. Met veel kennis leidt ze al jaren reizigers langs faraonische parels en verhalen. Ze is auteur van verschillende boeken over het oude Egypte.
Gerelateerde boeken
-
Schoffies in Salland
Vanaf 1894 duiken er in het Sallandse landschap plots grote aantallen jongens op.
Deze schoffies gaan hier niet vrijwillig heen: ze worden voor een heropvoeding naar Balkbrug gestuurd. In het rijksopvoedingsgesticht Veldzicht wordt geprobeerd om deze jongens een ambacht aan te leren, in de hoop dat zij daarna een goede plek in de maatschappij zullen vinden. Op haar hoogtepunt wonen hier zo’n 240 jongens.Maar wat is een rijksopvoedingsgesticht eigenlijk? En wat doen die jongens daar dan? Hoe is Veldzicht verbonden met het omringende landschap? En wat heeft de Kolonie van Weldadigheid de Ommerschans met dit alles te maken?
Jasmijn Vervloet neemt een duik in de geschiedenis van Veldzicht. Door de ogen van een schoffie vertelt zij het verhaal van het rijksopvoedingsgesticht en haar bewoners. Leer meer over de geschiedenis van de penitentiaire jeugdzorg, bewonder de vele foto’s die het boek rijk is of maak de architectuurhistorische rondwandeling. Kom mee naar Veldzicht!
-
-
Jongen van Kotte
‘Jongen van Kotte’ is een spraakmakende uitgave die het verhaal vertelt van de op- en neergang van de katholieke Twentsche Courant en de opkomst van de regionale omroep voor Overijssel. Onderdelen van het bijzondere levensverhaal van Tukker Henny Everts, de ‘Jongen van Kotte’, die nabij de machinefabriek Stork sportief opgroeit in Tuindorp ’t Lansink en ’t Kotte in metaalstad Hengelo. Het boek is naast een verslag van bewogen jonge jaren een weergave van sociaaleconomische omwentelingen in Twente en turbulente regionale en landelijke ontwikkelingen bij de radio- en televisieomroepen. Het is een verrassende route van Twente en Nederland naar een digitale samenleving. Gezien door de jonge en volwassen ogen van de Jongen van Kotte, die het tot zijn eigen verbazing schopt van voetballer tot journalist bij de Twentsche Courant en directeur-hoofdredacteur van RTV Oost.
Herman Finkers: ‘Geen Beentjes van Sint-Hildegard zonder Van Jonge Leu en Oale Groond’
Voormalig Commissaris van de Koningin Jan Hendrikx: ‘Het regionale tv-plan van Henny Everts was pionierswerk’
Carrie ten Napel: ‘Ik verliet het warme nest RTV Oost en ging uit huis’
Marga Bult: ‘Ik ben emotioneel verbonden met RTV Oost’
Laus Steenbeeke: ‘Twents is mijn moerstaal en raakt je vroegste emoties’Henny Everts (Hengelo, 1947) was journalist bij De Twentsche Courant en directeur-hoofdredacteur van RTV Oost.
Peter Schavemaker (Nijverdal, 1967) is mediajournalist, radiopresentator en podcastmaker. In 2018 verscheen zijn boek ‘100 jaar Hilversum Mediastad’. -
De liederlijke middeleeuwen
De middeleeuwen van ridders en jonkvrouwen, lieflijke liederen van minnezangers zijn het resultaat van al te brave beeldvorming en in grote lijnen een concept van de negentiende eeuw. Maar hoe schraap je het laagje zoet glazuur van de mythe? De middeleeuwse cultuur laat, naast en zelfs lijnrecht tegen de hoofse idealen in, in woord en beeld een rauwere werkelijkheid doorschemeren. De teksten met diepreligieuze gebeden bevinden zich in het gezelschap van poepende jongeren en verleidelijke naakten …
Is het gewoon humor? Bedoeld als aangename verpozing voor de lezer? Of willen die erotische tekeningen de tekst gewoon afbakenen? En hoe rijm je het ideaal van de hoofse liefde met de machocultuur waarbij de man voorrang geeft aan bevrediging van zijn begeerte boven de smachtende en geduldige liefde? Kunnen we met de blik van de eenentwintigste eeuw de meerzinnige betekenis van woorden en beelden wel helemaal doorgronden?