Dinosauriërs
€ 29,90
‘Verbluffende, mooie paleokunst. Nu zien we hoe de dinosauriërs er echt uitzagen.’ — CNN
‘Benton neemt je mee terug naar de dinotijd … in full colour, aan de hand van het nieuwste onderzoek.’
— Anne Schulp, hoogleraar vertebratenpaleontologie aan de Universiteit Utrecht en onderzoeker bij Naturalis in Leiden
Hoe zagen dinosauriërs er echt uit? Daarover is de afgelopen jaren veel duidelijk geworden. Nieuwe wetenschappelijke technieken maken het mogelijk de huid, de schubben, de veren en de werkelijke kleuren van dino’s en ander oerdieren te reconstrueren. De resultaten vinden we in dit schitterende, rijk geïllustreerde boek.
Dino-onderzoeker Michael J. Benton praat u bij over de nieuwste vondsten, over methoden om de kleuren te achterhalen en over het mogelijke gedrag van deze bijzondere dieren. Bob Nicholls, een van ’s werelds toonaangevende paleokunstenaars, brengt een ichtyosauriër, twee vogels, een zoogdier en twee pterosauriërs in meer dan 150 kleurenillustraties tot leven.
Michael J. Benton is hoogleraar paleontologie van gewervelden en hoofd van de wereldwijd toonaangevende paleobiologische onderzoeksgroep aan Bristol-universiteit. Hij heeft meer dan vijftig boeken geschreven, inclusief The Dinosaurs Rediscovered (2019) en When Life Nearly Died (2015). Bob Nicholls verzorgde de indrukwekkende kleurenillustraties.
Gerelateerde boeken
-
Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied
In 2014 is de werkgroep Oldambt van het IVN gestart met het project ‘Kolken in het Dollardgebied’. Het doel was om de kolken in kaart te brengen en waar mogelijk de aanwezige natuur te inventariseren. Kolken zijn ontstaan als gevolg van dijkdoorbraken. Doordat het water zich met grote kracht door de opening perste, ontstond door het kolkende water een diep gat. De doorbraak is vervolgens hersteld door om de kolk heen een nooddijk aan te leggen, waardoor de kolk binnendijks kwam te liggen.
Door de eeuwen heen zijn kolken door de boeren en de lokale bevolking gebruikt als drinkplaats voor vee, stortplaats van afval en als vis-, zwem-, en schaatswater. In de loop van de tijd zijn ondiepe kolken verland of kolken zijn gedempt door de beschikbaarheid van grotere en sterke graafmachines. In het gebied rond de Westerwoldse Aa zijn in de jaren 60 van de vorige eeuw de meeste kolken gedempt. Een klein aantal kolken is als landschapselement bewaard gebleven. Bij de ruilverkavelingen van de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werden de kolken in het Oldambt in de meeste gevallen in het kader van het toen verplichte landschapsplan als kleine perceeltjes toegewezen aan Staatsbosbeheer. Daarop werd vaak een stukje bos aangeplant. De reden van deze bosaanplant is het idee dat natuur zonder bos geen natuur kon zijn en dat een landschapselement van verre herkenbaar moest zijn. Kolken zijn tegenwoordig kleine natuurgebiedjes, die als een archipel in het voornamelijk agrarische landschap van het Oldambt liggen.
De zoektocht van de werkgroep naar bestaande en voormalige kolken is begonnen met een kaart van de bodemkundige Ir. De Smet, die rond 1960 uitvoerig de bodemeigenschappen en bodemgesteldheid van het Oldambtgebied heeft beschreven en in kaart gebracht. Op een van zijn kaarten heeft hij met rode lijnen de tracés van de bestaande, voormalige en vermoedelijke dijken aangegeven, die gedurende eeuwen in dit gebied aanwezig zijn of waren. Met blauwe stippen heeft hij de plaatsen gemarkeerd van bestaande, voormalige en vermoedelijke kolken. In totaal heeft hij 90 locaties gemarkeerd en daarvan heeft de werkgroep er ruim 30 teruggevonden, die aanwezig of herkenbaar waren. In deze kolken hebben vrijwilligers van IVN, KNNV en Club Oldambster Groen geïnventariseerd wat de toestand per kolk is, welke organismen er zich bevinden en welke natuurwaarden aanwezig zijn. Naast deze natuurinventarisaties heeft het project ook de doelstelling de cultuurhistorische waarden per kolk te inventariseren. Ze onderzoeken de geschiedenis van elke kolk, verzamelen er verhalen over en proberen er achter te komen, wat er met en rondom elke kolk in de loop der eeuwen is gebeurd. Naast het veldwerk is ook veel tijd doorgebracht in meerdere archieven.
-
De scharrelaar 2022/2
Een nieuwe herfst, een nieuwe Scharrelaar! De herfst-editie van De scharrelaar staat weer boordevol met gedichten, verhalen en beschouwingen over vogels in binnen- en buitenland.
In de herfsteditie van De Scharrelaar staan onder meer bijdragen van Rob Buiter, Menno Hartman, Geert van Istendael en Marja Vuijsje. De illustraties, als altijd in zwart-wit, zijn van beeldend kunstenaar en vogeltekenaar Erik van Ommen, bekend van onder andere Alle vogels van Koos van Zomeren.
-
De kanoet
De kanoet is een reislustige vogel. In Nederland overwintert de kanoet in de Waddenzee en de Delta of hij tankt daar bij, op weg van Siberië naar West-Afrika en terug.
Door die reislust is de kanoet ook een goede verhalenverteller. De kanoet is als de kanarie in de kolenmijn, en wijst ons in dit geval genadeloos op de aantasting van het milieu. De vogel blijkt zelfs een soort thermometer te zijn: door van generatie op generatie een beetje te krimpen, waardoor hij relatief een steeds langere snavel krijgt, laat de kanoet zien dat ook het klimaat langzaam aan het veranderen is.
Al deze verhalen zijn opgetekend uit de mond van mensen die deze vogel al vele jaren onderzoeken, met schitterende foto’s van een fotograaf die deze vogels ook al bijna zijn hele leven op de hielen zit.Rob Buiter (1966) is freelance wetenschapsjournalist. Hij is verslaggever voor Trouw en Vroege Vogels en hoofdredacteur van het oudste natuurtijdschrift van Nederland, De Levende Natuur. De foto’s zijn gemaakt door Jan van de Kam.
-
Glans op het wad
Dick Hoekstra schetst op toegankelijke wijze de geheel eigen geschiedenis van de vijf Nederlandse Waddeneilanden en
hun bewoners. Op zoek naar een ‘eilandidentiteit’ onderzocht hij de geografische, politieke en sociale ontwikkelingen op de eilanden, die een roeriger geschiedenis achter de rug hebben dan menig toerist (en bewoner!) vermoedt. Hij besteedt, ondersteund door honderden prachtige foto’s, veel aandacht aan de historische bebouwing, markante bewoners door de eeuwen heen en het belang van zeevaart en kloosters.