Dissonanten in het Concertgebouw
€ 39,90
Het Amsterdamse Concertgebouw kennen we als tempel van de klassieke muziek. Maar er is meer gebeurd in dit iconische gebouw. De grote zaal was bijvoorbeeld ooit ook wielerbaan, balzaal, examenzaal, boksring en voetbalveld. Ook politieke bijeenkomsten vonden er plaats. In 1904 hield de Tweede Internationale er haar zesde congres. Een paar decennia later koesterde de NSB het gebouw als ‘het Bruine Huis in de Van Baerlestraat’.
Met grote betrokkenheid duikt Albert van der Schoot in al deze minder bekende facetten van het Concertgebouw. Zo komen we van alles te weten over de protestacties in de grote zaal, over de interesses van én de onderlinge fricties tussen de verschillende emancipatiebewegingen, en over de gedragingen tijdens de Tweede Wereldoorlog van de echt-niet-zo-naïeve Willem Mengelberg. En wie was toch die dame die op 5 oktober 1939 de uitvoering van Mahlers Lied von der Erde verstoorde door de dirigent toe te voegen: ‘Deutschland über alles, Herr Schuricht!?’
Albert van der Schoot studeerde muziekwetenschap en filosofie aan de
Universiteit van Amsterdam en aan dezelfde universiteit doceerde hij esthetica,
cultuurfilosofie en muziekfilosofie. Hij publiceerde en redigeerde meerdere boeken
over de raakvlakken van muziek en filosofie
Gerelateerde boeken
-
Historia naturalis: de avibus
In de roep van de kievit kan men ‘komm mit’ horen, daardoor werd de vogel symbool van de dood: als er een kievit in de buurt was, leidde men daaruit een sterfgeval af. Grote, trekkende watervogels als zwanen, kraanvogels, reigers en ooievaars brachten kinderzieltjes mee uit het Andere Land, die dan in hetzelfde jaar geboren zouden worden. Het populaire verhaaltje dat ooievaars baby’tjes aan huis brachten vindt hier zijn oorsprong. Gieren en raven die over het slagveld zweefden waren voortekenen van een veldslag die slecht zou aflopen. Duitse boeren meenden de prijs van graan af te kunnen leiden uit het aantal roepjes van de kwartel …
Historia naturalis de avibus brengt natuur en cultuur samen. Het boek legt verbanden en openbaart grensverleggende inzichten in de belangrijke rol die vogels spelen in de symboliek, emblemen, heraldiek, rituelen, mythologie, devotie, magie, volksgeloof en in onze taal.
Een bijzonder rijke informatiebron, prachtig geïllustreerd met ingekleurde gravures van vogels uit de Histoire Naturelle van Georges-Louis Leclerc de Buffon.
Emeritus prof. dr. Marcel De Cleene is plantenfysioloog. Hij was werkzaam aan de Universiteit Gent.
-
Soldaat van Napoleon (1806-1815)
500.000 soldaten trekken in 1812 in het leger van Napoleon naar Rusland. Van hen zullen honderdduizenden nooit meer thuis komen. Joseph Abbeel overleeft de verschrikkingen van de veldtocht wel. Hij lijdt honger en dorst, plundert om aan eten te komen, ontsnapt ternauwernood aan kozakken, zit onder het ongedierte, raakt gewond in een veldslag, ziet Moskou branden – en dan moet de terugtocht nog beginnen! De dood is nooit ver weg – en soms verlangt Abbeel er zelfs naar! – maar op miraculeuze wijze ontglipt hij telkens dat lot. Wanneer hij op de terugweg Hamburg bereikt en denkt dat zijn ellende bijna voorbij is, wordt hij krijgsgevangen genomen. Dan begint een tocht naar de Wolga, nog achthonderd kilometer verder dan Moskou.
Na thuiskomst in Vlaanderen zet Abbeel zijn herinneringen op papier. Hij doet dat beeldend, met humor en oog voor detail, zodat de lezer zijn avonturen letterlijk meebeleeft. Geen andere soldaat van Napoleon schrijft zo’n belangwekkend ooggetuigenverslag van de Russische veldtocht.
Dr. Joost Welten is onderzoeker aan het instituut voor Geschiedenis van de Universiteit Leiden. Zijn dissertatie over de invoering van de dienstplicht onder Napoleon werd bekroond door de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.
-
Kamp Westerbork gefilmd
In 1944 werden in kamp Westerbork op uitgebreide schaal filmopnamen gemaakt. Dit materiaal is uniek; het zijn voor zover bekend de enige filmbeelden uit de nazi-kampen in oorlogstijd. Wereldberoemd zijn de fragmenten geworden van het angstig uit een wagon kijkende meisje of van de vertrekkende deportatietrein. Hoewel velen deze beelden kennen, was er decennialang weinig bekend over de film. Onderzoekers Koert Broersma en Gerard Rossing beschrijven in Kamp Westerbork gefilmd de resultaten van hun diepgaande research naar de achtergronden van deze film, die in 2017 werd opgenomen in het Unesco Memory of the World Register. Hiermee zijn de film en het bestaande filmscript officieel erkend als documentair werelderfgoed.
In dit boek worden eerdere conclusies tegen het licht gehouden en zijn alle recente ontwikkelingen en uitkomsten verwerkt. Bij het nieuwe onderzoek kwamen vele opmerkelijke feiten naar voren. Zo werden bijvoorbeeld tot voor kort onbekende personen op de filmbeelden geïdentificeerd. De analyse van de onlangs gerestaureerde (en gedeeltelijk ingekleurde) beelden gaf ook andere geheimen prijs. Deze leveren een boeiende reconstructie op van het hoe en waarom van de Westerbork-film en voegen een nieuwe dimensie toe aan één van de belangrijkste visuele getuigenissen uit de Tweede Wereldoorlog.
Koert Broersma (1955) schreef tot dusverre diverse boeken over uiteenlopende onderwerpen. Als vrijwillig onderzoekmedewerker was hij enkele jaren verbonden aan Herinneringscentrum Kamp Westerbork. In 1993 zag zijn biografie Buigen onder de storm, over de Amsterdamse journalist Philip Mechanicus het licht. In 2019 verscheen hiervan een herziene en aangevulde druk. In 1997 publiceerden Gerard Rossing en hij de eerste editie van Kamp Westerbork gefilmd, gebaseerd op het onderzoek dat zij naar deze film verrichtten. In 2016 publiceerde Broersma een interviewbundel over de Drentse bluesband Cuby & the Blizzards (Somebody will know someday), dat een jaar later de Publieksprijs van de Drentse Historische Vereniging won.
Gerard Rossing (1959) werkt als documentalist bij Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Hij hielp Broersma bij de herziene versie van de Mechanicus-biografie Buigen onder de storm en was in de jaren negentig van de vorige eeuw intensief betrokken bij het oorspronkelijke onderzoek naar de Westerbork-films. Voor deze nieuwe, herziene uitgave werkten Rossing en Broersma wederom samen.