Droom en Weldaad
€ 34,50
In 1818 zitten veel mensen zonder werk en zinken weg in ellende. Hét moment voor generaal Johannes van den Bosch om een ambitieus plan te presenteren: laat de armen de barre heide in Drenthe ontginnen. Mest zal de woeste grond vruchtbaar maken, discipline en onderwijs zullen de nutteloze armen beschaven tot werklustige mensen. Zijn idee wordt enthousiast ontvangen en hij richt de ‘Maatschappij van Weldadigheid’ op. Een half jaar later arriveren de eerste kolonisten op de plek die wij kennen als Frederiksoord.
Hoe gaat het verder met de koloniën? Zowel de natuur als de mens blijken in niet zo ‘maakbaar’ als in het plan van de generaal. De onvrije koloniën Ommerschans en Veenhuizen kosten meer dan ze opbrengen en in 1859 dreigt een faillissement. De overheid grijpt in en neemt de onvrije koloniën over, de Maatschappij slaat gedwongen een nieuwe koers in. Ook in de twintigste en eenentwintigste eeuw past de Maatschappij zich aan. Wat blijft, is het bieden van ontwikkelingskansen aan mensen in een achterstandspositie.
Ter gelegenheid van het 200-jarig jubileum vertelt oud-directeur Jan Mensink de bijzonder historie van de Maatschappij van Weldadigheid in dit rijk geïllustreerde boek, waaraan Wil Schackmann en Angelie Sens hebben bijgedragen. Interviews met bekende mensen uit het gebied en prachtige (lucht)foto’s van Albert Brunsting worden afgewisseld met gedetailleerde kaarten, oude reisverslagen en afbeeldingen die het verhaal compleet maken.
Gerelateerde boeken
-
Voorjaarstradities in Drenthe
Het zonlicht glijdt over een kaal landschap. De dagen worden langzaam langer, de zon warmer en de natuur weer groen: de winter maakt plaats voor de lente. Een periode die sinds oudsher wordt geassocieerd met vruchtbaarheid, wedergeboorte en een nieuw begin. Een periode die rijk is aan gebruiken en tradities om dit te vieren.
Drenthe heeft een groot aantal tradities voor het toejuichen en verwelkomen van de lente. Sommige daarvan kennen we nu nog, zoals het Paasvuur, anderen zijn in vergetelheid geraakt; wie weet tegenwoordig bijvoorbeeld nog wat een Pinksterbroed is of kan nog een hupholt fluitje maken?
In Voorjaarstradities in Drenthe maak je kennis met oude en nieuwe gebruiken in de periode van Sint-Pieter (22 februari) tot en met Pinksteren. Het boek geeft een gevarieerd beeld van hoe men vroeger en nu het voorjaar beleeft, op een informatieve en toegankelijke manier, rijk aangevuld met beeldmateriaal. Het laat zien hoe tradities zijn veranderd, verdwenen en nieuwe zijn ontstaan.
Ook is er ruim aandacht voor de Drentse taal. Er wordt ingezoomd op Drentse woorden die specifiek zijn voor deze periode en de informatieve onderwerpen worden afgewisseld met Drentstalige gedichten en verhalen. Ook geschikt voor lezers die de Drentse taal niet bijzonder machtig zijn.
-
Drenthe
DRENTHE – Door de lens van Karin Broekhuijsen is een prachtig fotoboek dat de provincie Drenthe van een andere kant laat zien. De welbekende hunebedden zullen uiteraard niet ontbreken, maar de hoofdrol in dit boek is voor het niet zo bekende Drenthe. Wist u bijvoorbeeld dat Drenthe de vierde bollenprovincie van ons land is? De omslagfoto van het boek laat dit in al haar pracht zien.
DRENTHE – Door de lens van Karin Broekhuijsen is a stunning photo book that shows a different side of the Dutch province Drenthe. Of course the famous burial mounds are included as well, but the main role in this book is for the lesser known aspects of Drenthe. Did you know, for example, that Drenthe is now the fourth bulb-growing region of the Netherlands?
DRENTHE – Door de lens van Karin Broekhuijsen ist ein wunderschönes Fotobuch, das die Provinz Drenthe aus einem anderen Blickwinkel zeigt. Die bekannten Hünengräber werden natürlich nicht fehlen, aber die Hauptrolle in diesem Buch ist das nicht so bekannte Drenthe. Wussten Sie dass Drenthe die vierte Blumenzwiebelprovinz in unserem Land ist? Das Titelbild des Buches zeigt dies in seiner ganzen Pracht.
-
Drenthe Waterland
Voordat de mens in Drenthe kwam wonen, was er bijna alleen maar veen. Stond je aan de zuidrand, dan lag er voor je een onafzienbaar moerasgebied. Het was een immense, ontoegankelijke zone van zompige velden en grote waterpartijen. Ondenkbaar om hier doorheen te komen. Bescheiden berkenboompjes staken her en der uit het water omhoog en een aanzienlijk deel van de opslag werd al snel verstikt door het zuurstofarme veen. Deze omgevallen berkenboompjes toonden zich als witte stillevens op het moeras. Ondertussen wemelde het van de insecten, steekmuggen en andere zoemende wezens. Veenpluis en veenmos heersten hier, voor de mens was duidelijk geen plek. Wie in latere tijden met paard en wagen of te voet van het zuiden van Drenthe richting Groningen wilde, had tot ver in de huidige jaartelling een probleem. Er bestond maar één goede route: over de Hondsrug. Die verhoging in het landschap, eigenlijk bestaande uit meerdere stuwwallen, was dé manier om deze regio te doorkruisen en het levensgevaarlijke veenmoeras te omzeilen. Drenthe; dat bestond eigenlijk uit één grote ontoegankelijke waterbak. Deze regio was een spons van duizenden jaren verzameld water.
In ‘Drenthe Waterland’ laat fotografe Karin Broekhuijsen samen met schrijvers Reinout van den Born en Grieta Spannenburg zien dat ook in de huidige tijd het water een grote rol speelt in het Drentse landschap. Van het Leekstermeer tot de vele diepjes, de kanalen, zandpoelen en het veen. Water is een groot onderdeel van Drenthe, al wordt het daar niet vaak mee geassocieerd.
De prachtige foto’s van Karin worden ondersteund door de teksten van Reinout en Grieta waardoor ‘Drenthe Waterland’ meer is dan een fotoboek. Het laat de geschiedenis, heden en toekomst zien van het Drentse water.
-
De blui van ‘t leeven is maor zo kört van tied
De Drentse schrijver, dichter en taalonderzoeker Jan Naarding (1903-1963) heeft veel bijgedragen aan de Drentse taal. Zijn streven was de Drentse taal, en dus ook het Nedersaksisch, levend te houden. Hij maakte snel carrière; begon als onderwijzer en leraar en na zijn promotie aan de Rijksuniversiteit Groningen in 1947 werd hij wetenschappelijk medewerker aan deze universiteit. Zijn hoofdwerk, het samenstellen van een Drens woordenboek, heeft hij door zijn vroegtijdig overlijden niet kunnen afronden. Naarding groeide uit tot een belangrijke cultuurdrager die de Drentse taal, geschiedenis en volkskunde nationaal en internationaal op de kaart zette. Zijn naam en invloed waren na 1945 niet weg te denken uit het literaire leven van Drenthe. Hij was alomtegenwoordig in boeken, openbare optredens, organisaties, symposia en commissies.
Toen in december 1987, als eerbetoon aan deze voorvechter van de Drentse taal, voor het project voor streektaal en culturele educatie de naam Jan Naardinginstituut werd gekozen, kwam er protest vanwege Naardings houding tijdens de oorlog. Ook werden er bressen geslagen in zijn wetenschappelijke verdiensten. Verder onderzoek bracht naar voren dat Naarding niet ‘fout’ was geweest, maar wel een vergaande vorm van Drenthomanie had gemanifesteerd. Zo werd hij uiteindelijk Drenthes omstreden heilige.
Literatuurhistoricus dr. Henk Nijkeuter (1956) deed onderzoek naar leven werk van Jan Naarding. Het eerste deel van deze studie is een biografie waarin Naarding midden in zijn tijd geplaatst wordt, in de samenleving en in de beweging waarvan hij deel uit maakte. Nijkeuter beschrijft de wordingsgang van Naarding, schetst de ware drijfveren van Naardings publicatiedrift en licht de achtergronden van de vergruising van deze taalemancipator toe. Uniek in dit boek is ook dat in het tweede deel voor het eerst alle in tijdschriften en boeken gepubliceerde gedichten van Naarding bijeengebracht zijn. Daartoe behoort ook een Drentse vertaling van het Middelnederlandse Reinaert-verhaal. Nijkeuter analyseert en verklaart in dit boek Naardings poëzie; hij vertaalde bovendien diens gedichten in de standaardtaal, zodat ook het archaïsche Drents van Naarding nu voor een breed toegankelijk is.