Geschiedenis van Twente (1528-1870)

Van oorlogsgebied tot industrieel centrum

 39,90

Twente kent een heel eigen geschiedenis. Langer dan andere delen van ons land had het te lijden onder het geweld van de Tachtigjarige Oorlog. Protestanten en katholieken stonden tot aan het begin van de negentiende eeuw lijnrecht tegenover elkaar. Op het platteland, waar de adel lang heer en meester was, wist een in omvang groeiende bevolking te overleven door een combinatie van landbouw en textielnijverheid. In de vele stadjes was migratie vaak de enige uitweg uit de armoede.

Na de scheiding tussen Nederland en België in 1830 werd de katoennijverheid steeds belangrijker. In 1870 was Twente uitgegroeid tot hét textielcentrum van ons land. In dit boek beschrijft de auteur hoe deze ontwikkelingen het leven van de Twentenaren hebben getekend.

Cor Trompetter (1956) studeerde filosofie en geschiedenis en heeft diverse publicaties over Twente op zijn naam staan.

Verschijningsvorm:
Hardcover
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Uitgeverij Noordboek
Aantal pagina's:
608
Druk:
1
ISBN:
9789464710083
Gewicht:
1220 gram
Afmeting:
247x183x56 mm
Uitgiftedatum:
02-11-2023
Bekijk meer informatie over de auteur(s) van deze titel:

Gerelateerde boeken

  • Van Generatie op Generatie

    Van Generatie op Generatie

    Het Shoa-verhaal van Margaretha Zak
    Marcel Koekoek, Rachel Levy
     25,00

    Van Generatie op Generatie

    De Joodse Gretha Zak (Margaretha) is nog maar net verlaten door haar echtgenoot Jozef de Hond als de
    Duitsers in mei 1940 Nederland binnenvallen. De mogelijkheid om met haar oudste broer en dochter Liesje
    naar Engeland te vluchten, lijkt een uitweg te bieden van het naderende onheil. De band met haar ouders
    in Amsterdam trekt haar echter terug naar Amsterdam, waar ze als alleenstaande Joodse moeder haar
    weg moet vinden te midden van anti-Joodse maatregelen die in rap tempo worden afgekondigd. Familie en
    vrienden worden opgepakt en uiteindelijk worden ook Gretha en Liesje gearresteerd. Via de kampen Vught
    en Westerbork wordt Gretha met het zogeheten Philips-transport gedeporteerd naar Auschwitz. Gretha
    overleeft zelfs de beruchte dodenmarsen tegen het einde van de oorlog.

    In ‘Van Generatie op Generatie’ vertellen vier generaties over hun eigen ervaringen uit de Shoah, de
    holocaust, of de impact ervan op hun leven. Het onthult niet alleen het aangrijpende verhaal van Gretha,
    in 1991 verteld aan haar kleinzoon Marcel, maar ook het indrukwekkende relaas van haar dochter Liesje, de
    moeder van Marcel, die wordt gered uit de Hollandsche Schouwburg en kon onderduiken bij een niet-Joodse
    vriendin. Het volgt daarnaast de lotgevallen van Gretha oudste broer Meijer, een arts die zich aansloot bij de
    Prinses Irene Brigade in Engeland en vocht tijdens D-Day. Tot slot lezen we over Deddie, het geliefde neefje,
    dat in Sobibor werd vermoord. Diens naamplaatje, enkele jaren terug in het voormalige kamp opgegraven,
    weigert Polen tot op heden aan de familie terug te geven.

    ‘Van Generatie op Generatie’ is een boek over de impact van de Shoah op een Joodse familie, maar nog
    meer over de opdracht om het verhaal door te vertellen aan hen die nu leven. De geschiedenis doorvertellen
    ligt aan de basis van het Jodendom en is ook het motto van deze familie. Het boek kwam tot stand
    nadat kleinzoon Marcel Koekoek samen met zijn moeder en zoon had meegewerkt aan de 4 mei (Covid)
    herdenkings-podcast, en vervolgens contact zocht met journalist Rachel Levy. Het is een aangrijpend en
    indrukwekkend eerbetoon aan de veerkracht van de menselijke geest te midden van een van de donkerste
    perioden in de geschiedenis.

    Lees en vertel het door, L’dor Va-dor, van generatie op generatie, opdat dit nooit meer zal gebeuren.

     25,00
  • Geschiedenis van Drenthe

    Geschiedenis van Drenthe

    Een archeologisch perspectief
    Wijnand van der Sanden
     39,50

    Geschiedenis van Drenthe

    Drenthe kent een lange bewoningsgeschiedenis. De oudste sporen van menselijke aanwezigheid gaan zeker 50.000 jaar terug, misschien wel meer dan 100.000 jaar. In die lange periode voltrekken zich grote veranderingen. Gedurende het grootste deel van die eindeloze tijd leven de bewoners als jager-verzamelaars. Vanaf 5000 v.C. nemen ze zeer geleidelijk agrarische praktijken uit zuidelijker streken over. De invloed op het landschap wordt steeds groter. Er worden akkers aangelegd en opvallende grafmonumenten opgericht: eerst hunebedden, later grafheuvels en uitgestrekte urnenvelden. Lange tijd kan de bevolking, die in kleine gehuchten woonde, haar zelfstandigheid behouden. Ze blijft buiten het Romeinse Rijk, maar rond 800 na C. volgt dan de hardhandige inlijving bij het Frankische Rijk van Karel de Grote.
    De veranderingen die dat met zich meebrengt, zijn diepgaand. De oude religie wordt langzaam verdrongen door het Christendom, er worden kerken gebouwd en de dorpen komen op hun huidige plaats terecht. Drenthe blijft ook in de eeuwen daarna een agrarische regio, met slechts enkele kleine stedelijke kernen. Adel speelt er nauwelijks een rol. De grootschalige veenafgravingen, die kort na 1600 beginnen, zullen het aanzien van het ooit door moerassen omgeven ‘oude landschap’ dramatisch veranderen.

    Geschiedenis van Drenthe – Een archeologisch perspectief geeft een overzicht van wat de archeologie heeft bijgedragen aan de kennis over Drenthe vanaf de vroegste tijden tot aan de Tweede Wereldoorlog. Vanaf de 9e eeuw zijn er weliswaar historische bronnen, maar die vertellen maar een deel van het verhaal. Archeologen kunnen met hun specifieke onderzoeksmethoden kennis over de Middeleeuwen en de Nieuw(st)e Tijd genereren die niet uit geschreven bronnen te halen is. We maken kennis met jachtkampementen, monumentale en bescheiden grafmonumenten, opgegraven gehuchten en sporen van rituelen in nederzettingen en daarbuiten. En natuurlijk ontmoeten we (anonieme) mensen, waaronder machtige hoofdmannen en een onfortuinlijk ‘lelijk eendje’.

    Dr. Wijnand van der Sanden (1953) studeerde West-Europese Prehistorie aan de Rijksuniversiteit Groningen en was 30 jaar provinciaal archeoloog van Drenthe, de eerste tien jaar in combinatie met het conservatorschap bij het Drents Museum. Sinds 2017 is hij conservator archeologie bij het Drents Museum. Hij schreef diverse boeken over veenlijken in en buiten Nederland, houten ‘godenbeelden’ uit Noordwest-Europa en galgenbergen en hunebedden in Drenthe.

     39,50
  • Rijk, maar niet in geld

    Rijk, maar niet in geld

    Vijftig jaar Friese uitgevers 1920 - 1970
    Louw Dijkstra
     49,95

    Rijk, maar niet in geld

    Rijk, maar niet in geld vertelt het verhaal van twee opeenvolgende Friese uitgevers, Kamminga en Laverman, tegen de achtergrond van de intellectualisering van het Fries tussen 1920 en 1970. Deze periode is achteraf beschouwd de ‘Gouden halve eeuw’ van de Friese cultuur: in die halve eeuw settelde het Fries, dat begin 1900 nog een volkstaal was, zich stevig als cultuurtaal, en dat ging gepaard met (en hing ook samen met) een opbloei van de Friestalige cultuur.

    De taal is in die periode zowel geïnstitutionaliseerd als geïntellectualiseerd en met name aan die intellectualisering hebben de uitgevers van nature een belangrijke bijdrage geleverd. In die halve eeuw verschenen zo’n 3500 Friese titels op een breed gebied, waaronder kinderboeken, prentenboekjes, literatuur, biografieën, studies over ruimtevaart, sportboeken, handboeken op allerlei gebied, reisgidsen en kookboeken.

    Het boek gaat dieper in op de manier waarop uitgevers functioneren in een bepaalde ontwikkelingsfase van een minderheidstaal. En niet alleen dat, maar ook hoe ze functioneerden te midden van andere instituties, zoals emancipatiebewegingen, (semi-)overheidsorganen en culturele en wetenschappelijke instellingen. Waar uitgevers in grotere taalgebieden vooral te maken hebben met de markt en in mindere mate met die institutionele achtergrond, is die verhouding in een kleinschalige omgeving geheel anders.

    Tegelijk biedt dit boek ook een kijkje in de uitgeverskeuken. Dat gebeurt aan de hand van de opeenvolgende uitgevers Kamminga (ruwweg voor 1945) en Laverman (ruwweg ná 1945). Daarbij staat Kamminga model voor de aanvankelijk vernieuwingsdrang en latere politisering van het interbellum en Laverman voor de consolidatie van de naoorlogse periode. Ook de andere Friese uitgevers komen overigens uitgebreid aan bod.

    Louw Dijkstra (1958) studeerde theologie, maar koos na zijn afstuderen voor een loopbaan in het boekenvak. Na een aantal jaren als vertaler voor verschillende Nederlandse uitgevers te hebben gewerkt, richtte hij in 1994 samen met een compagnon een eigen Friese uitgeverij op. Op dit moment is hij uitgever van Wijdemeer.

     49,95