Golden Earring Clips van Dick Maas 1982-1997
€ 29,95
“Voor iedereen die wil weten op welke locaties we gefilmd hebben, hoe de scenario’s tot stand kwamen, wie er allemaal in mee speelden en wie niet, wat er fout ging, bevat dit boek een schat aan informatie”. Dick Maas
Bij de vele hits uit de jaren 60 en 70 laat Golden Earring al filmpjes opnemen. De filmpjes laten losse beelden zien bij de muziek, zonder een echte betekenis. In 1982 realiseert Golden Earring zich dat het anders moet. Ingegeven door de snelle groei van de clipzender MTV in de Verenigde Staten vragen ze Dick Maas, een filmregisseur die cum laude is afgestudeerd aan de Nederlandse Filmacademie, om een clip bij Twilight Zone te maken. Na het succes van de single en de bijbehorende clip groeit Dick Maas uit tot de hofleverancier van de band en maakt hij spraakmakende Earringclips in de periode van 1982 tot en met 1997: Twilight Zone, When The Lady Smiles, Clear Night Moonlight, Turn The World Around en Burning Stuntman. Ook maakt Dick Maas de concertfilm Live From The Twilight Zone die in 1984 op MTV wordt uitgezonden.
Het boek beschrijft op zeer uitgebreide wijze de totstandkoming van de clips en de concertfilm en de grote invloed op de carrières van Golden Earring en Dick Maas. Het geeft o.a. antwoord op vragen als: In hoeverre hebben de clips bijgedragen aan het succes van de songs? Wat waren de reacties? Hoe reageerde het preutse Amerika op de provocerende erotische beeldtaal, de zwarte humor en het onverbloemde geweld? Wat werd er allemaal gecensureerd? Verloor Hillary Clinton het Democratische kandidaatschap omdat ze When The Lady Smiles als campagnelied had?
Golden Earring Clips van Dick Maas geeft een blik achter de schermen en laat zien met welke professionaliteit deze producties zijn gemaakt. De vier Earringleden, Dick Maas, zijn vaste assistent Myrna van Gilst en vele cast- en crewleden blikken terug op een belangrijk stuk van de roemruchte Earring-geschiedenis. De schrijvers hebben de beschikking gekregen over uniek archiefmateriaal, zoals de scripts en storyboards van de clips. Ook bevat het boek vele niet eerder gepubliceerde foto’s.
Gerelateerde boeken
-
INSPIRATIE
Inspiratie, is er een formule? Is er een tijdstip, een specifieke plek? Heb je anderen nodig om tot ideeën te komen? En wat als het zich niet aandient? Wat is inspiratie eigenlijk? Is het iets spiritueels of is het gewoon bullshit en moet je gewoon hard aan het werk? Alle artiesten in dit boek werkten graag mee aangezien de uitnodiging om over inspiratie te praten een prettig en uitdagen beroep op hen deed. En om met een journalist en een fotograaf die dezelfde vaktaal spreken eens stil te staan bij de belangrijkste voorwaarde van de beoefening van hun vak.
Met verhalen van: Boudewijn de Groot, Caro Emerald, Kensington, Di-rect, JB Meijers, Triggerfinger, Niels Geusebroek, Henny Vrienten, Douwe Bob, Ralph de Jong, Nits, Stef Bos, Blaudzun, Jacqueline Govaert, Wende, Tjeerd Oosterhuis, Bertolf, Anneke van Giersbergen, Släpstick, Percossa, Gordon Groothedde, Lucas Hamming, LAVALU, Spinvis, DeWolff, John Ewbank, Sharon den Adel, Mooi Wark, Mister and Mississippi, Ilse DeLange, Adje Vandenberg, Jack Poels
Bert Middelbos is al een aantal decennia een gerespecteerde muziekjournalist en schrijft o.a. voor NDC Mediagroep en muzikantenvakblad Musicmaker.Raymond van Olphen is een gerenommeerde fotograaf met als specialisatie muziekfotografie. Als vaste fotograaf van o.a. NPO radio 2, 3FM en Hollandse Hoogte heeft hij nagenoeg de voltallige internationale muziekwereld voor de lens gehad.
Beiden zijn uitvoerend muzikant en komen zowel op hun vakgebied als daarbuiten dagelijks in aanraking met het fenomeen inspiratie. Immers, de gevraagde producten doen een voortdurend beroep op hun creativiteit en er bestaat een dagelijkse afhankelijkheid van nieuwe ideeën. -
Tussen Grolloo en Austin
Begin jaren zestig maakte Egbert Meijers kennis met zenders als AFN en Radio Luxembourg en de blues- en countrymuziek: Hank Williams, Jimmie Rodgers, Son House, John Lee Hooker. Het werd een ommekeer in zijn leven. De accordeon werd een gitaar en Beethovens ‘Für Elise’ werd vervangen door ‘Mean Woman Blues’ van Elvis. De in Grolloo geboren en getogen boerenzoon Meijers ging achter de muziek aan en vond daarin een liefde die zijn leven inhoud en betekenis gaf.
De liedjes die hij sinds de jaren zeventig schreef, zong hij liever tussen de coulissen dan frontaal voor het voetlicht. Desondanks brachten ze hem in Nederland, België, Duitsland, Noorwegen en Amerika op podia en in radio en tv-programma’s. Vaak met andere artiesten: Harry Muskee, Frédérique Spigt, JP den Tex, Ad Vanderveen, Ad van Meurs, Fred Eaglesmith, Peter Rowan, Walt Wilkins, Paula Nelson, Jerry Jeff Walker.
Meijers nam tevens als culturele duizendpoot talrijke initiatieven, zoals het Big Bear Festival, het Muzem! festival, De Drentse Bluesopera, symfonie Ode an de Ao en diverse radio- en tv-programma’s. Daarnaast werkte hij mee aan tal van activiteiten en publicaties op het gebied van regionale taal en cultuur.
Aan dit rijk geïllustreerde boek leverden meer dan vijftig mensen een bijdrage. Zij laten door hun ogen zien wie Egbert Meijers is en wat hij voor hen, en Drenthe, betekent. Daarmee is ‘Tussen Grolloo en Austin’ een bijzondere biografie geworden van een man die in hart en ziel artiest is.
‘Tussen Grolloo en Austin’ neemt je ook mee op een reis langs talrijke ingrijpende gebeurtenissen van de afgelopen vijftig jaar. Gebeurtenissen die Meijers inspireerden tot het schrijven van indringende en persoonlijke liedjes.
“Ze brengen deze in Grolloo geboren songwriter naar het absolute erebankje van de Nederlandse artiesten die zich wagen aan dit genre”. Rein van den Berg, Plato
-
-
Bombastisch, ondansbaar en weergaloos
Hoe progressieve popmuziek in de jaren zeventig alle conventies doorbrak€ 25,00Bombastisch, ondansbaar en weergaloos
Met de doorbraak van Spotify en het gebruik van rocksongs in commercials en Netflix-series staat de geschiedenis van de popmuziek volop in de belangstelling – óók de bombastische en ondansbare progrock van de jaren 1970.
Fred de Vries en Siebe Thissen waren jonge muziekliefhebbers in de jaren 1970. Het was de tijd waarin popmuziek zichzelf serieus begon te nemen, een kunstvorm werd. Musici koketteerden met filosofen, schrijvers, kunstenaars en goeroes. Ze verzonnen groteske namen voor hun bands, maakten artistieke klaphoezen en lapten alle conventies aan hun laars. Grenzen werden opgezocht en overschreden. Experimenteren was het parool. Virtuositeit een voorwaarde. En als je geen noten kon lezen of een gitaarsolo van dertien minuten kon spelen, dan was een dosis ongebreideld enthousiasme mooi meegenomen. Met of zonder drugs.
Ook jonge platenkopers en concertbezoekers werden meegesleept in dat uitdijende universum. Ze maakten kennis met nieuwe ideeën, beelden, boeken, kunstwerken en vooral die weergaloze muziek die nooit eerder was gehoord. Aan de hand van achtentwintig platen die een belangrijke rol in hun jeugd hebben gespeeld, brengen de auteurs een intrigerend landschap in kaart: radioshows en televisieprogramma’s, kantines en schoolpleinen, jongerencentra en platenwinkels, tijdschriften en platenhoezen creëerden een pre-digitaal informatieplatform voor nerds en muziekgeeks. Dat platform kreeg vorm in de stad én in de provincie, zoals de auteurs aan de hand van jeugdherinneringen laten zien.
De lezer krijgt een caleidoscopisch beeld van een interessante, maar nog weinig gedocumenteerde periode uit de popgeschiedenis: de jaren 1970, waarin niet alleen de Angelsaksische wereld maar ook het Europese continent een hoofdrol opeiste. Uiteraard, iconen als Yes, Pink Floyd, King Crimson en Genesis passeren de revue. Maar er is ook aandacht voor Nederlandse, Duitse, Franse, Italiaanse en Zuid-Afrikaanse muziek. Tevens rekenen de auteurs af met de mythe dat punk een einde maakte aan progressieve rock. Het genre blijkt vitaal, innovatief en neemt steeds weer nieuwe gedaantes aan – van avantprog tot postrock, van postpunk tot neoprog. Ten slotte is er aandacht voor zwarte rockbands en voor vrouwen in dit door mannen gedomineerde popdomein.