Heidens!
€ 29,90
De natuur stond centraal in de religieuze beleving van onze voorouders. Bij de kerstening werd op hun oeroude gebruiken een laagje christelijk geloof gelegd. Maar als je vandaag het stof en roet van jaren wegkrast, dan priemen daar verrassend vaak duidelijke sporen van die voorchristelijke tradities door. Denk maar aan uitdrukkingen zoals ‘Van lotje getikt zijn’ of ‘Vrouw Holle schudt haar bed op’. Maar ook aan gebruiken als het gooien van apostelbrokken, of het hangen van kledingstukken aan geneesbomen.
Tradities als de luilak van Amsterdam, de pinksterbruid in Twente, de Limburgse bloeiende barbaratak, de kallemooi op Schiermonniksoog of het Sint-Hubertusbrood in Wallonië gaan allemaal terug op een zeer ver verleden met vaak een heidense oorsprong.
Heidens! Volksgebruiken vandaag met sporen van voorchristelijke tradities opent de verborgen schatkist van ons cultureel en religieus erfgoed.
Marcel De Cleene is emeritus professor aan de Universiteit Gent waar hij het vak Volkskunst en volkscultuur doceerde.
Gerelateerde boeken
-
De Heliand
De Heliand, een Oudsaksisch epos in stafrijm uit de eerste helft van de 9de eeuw, vertelt in 71 hoofdstukken over het leven van Jezus Christus vanaf zijn geboorte tot en met zijn hemelvaart. De auteur heeft van de vier evangeliën een lopend verhaal gemaakt: een evangelieharmonie. Hij heeft zijn eigen accenten in het verhaal gelegd door aanpassingen te maken en aanvullingen te geven. Daarmee ontstond een bijzonder kunstwerk: die ingrepen waren ingegeven door zijn streven om de boodschap van Jezus aanschouwelijk te maken voor de Saksische bevolking ten tijde van de christianisering. De Heliand volgt de inhoud van de vier evangeliën, maar de ge-beurtenissen spelen zich af binnen de cultuur waarin de Saksen rond 800 leefden. Daarin was het paard een edel dier. De engelen verkondigen de geboorte van Jezus dan ook niet aan schaapherders, maar aan mannen die op de paarden passen. Ook wordt Jezus voorgesteld als een leenheer, die met zijn vazallen (de leerlingen) rondtrekt. Veel nadruk ligt dan ook op de grote trouw die de vazal aan zijn leenheer moet betonen.
Het boek bestaat uit twee delen. In deel 1 wordt de Heliand in context geplaatst en onder andere de geschiedenis en de ontwikkeling van Oudsaksisch naar Nedersaksisch beschreven. In deel 2 staat de vertaling.
De Heliand wordt internationaal beschouwd als een hoogstaand kunstwerk. Het verscheen in 1830 voor het eerst in druk. Daarna volgden vele uitgebreide wetenschappelijke studies van dit werk. Ook werd het vertaald in het Duits, Engels, Frans en Deens, en recentelijk in het Neder-lands (2006). In 2012 volgden vertalingen in het Achterhoeks, Gronings, Twents en Münster-lands. Nu zijn er dan ook geannoteerde vertalingen in het Sallands en Stellingwerfs. Tevens ver-schijnt de Oudsaksische tekst opnieuw in druk.
-
-
Het Jabikspaad
Stichting Jabikspaad Fryslân
Het Jabikspaad
wandel- en fietsroute van Sint-Jacobiparochie (Frl.) naar Hasselt (Ov.)7de geheel herziene druk
Het Jabikspaad is veelzijdig: het is een aaneenschakeling van geschiedenissen van de mensen die Noord-Nederland gemaakt hebben tot wat het nu is. Het pad begint in Sint-Jacobiparochie dat zo’n 500 jaargeleden werd gesticht op een plaats waarvan Plinius naar huis schreef: “een erbarmelijk land, waar de bewoners wonen op terpen waar zij in hun hutten hun verstijfde ledematen verwarmen aan een vuur van gedroogd slik”. Het pad eindigt bij de deftige koopmanshuizen in het prachtige hanzestadje Hasselt.
Het Jabikspaad loopt zowel door gebieden waar de veeteelt verheven is tot de hoogste productie ter wereld als door het veenplassengebied ten zuiden van de Linde, waar de oudste comfortabele dakbedekking nog steeds wordt geteeld en gekoesterd. Het Jabikspaad loopt ook nog eens door drie taalgebieden.
Het Jabikspaad is geïnitieerd op de geschiedenis van de eerste boeteling die vanuit Friesland ter pelgrimage werd gestuurd. Het Jabikspaad is een op zichzelf staande route, maar kan voor u de eerste stap zijn op weg naar een hoger doel. Voor fietsers zijn het 130 km, voor de wandelaars zo’n 20 kilometers meer.
De route is, ter ondersteuning van beschrijving en kaart, in het veld gemarkeerd. -
Niet meer blaffen naar de maan
Zijn er tussen wetenschap, geloof en magie waterdichte schotten te plaatsen? Is er een verschil tussen een wonderbaarlijk mirakel en een te mijden toverkunstje? Is de rede enkel te vinden in de wetenschap of speelt die ook een rol in religie en magie? Hoe stond de kerk tegenover wetenschappelijke bevindingen?
Raoul Bauer gaat op zoek naar antwoorden op deze vragen en vindt ze onder meer in de geschriften van de grote wetenschappers uit de Middeleeuwen. We leren Isidorus van Sevilla kennen die een encyclopedie schreef die eeuwenlang gebruikt werd. Beda Venerabilis, dé wetenschapper bij uitstek van de achtste eeuw, onderzoekt mirakels, berekent de paasdatum en denkt na over het fenomeen van de getijden. Via de Karolingische renaissance komt Gerbert van Aurillac aan het woord, de paus-wiskundige van het ‘merkwaardige’ jaar 1000.
Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde eerder bij uitgeverij Sterck & De Vreese het boek Karel de Grote.
‘We raken nooit dichter bij het begin van alles. In die zin is in de moderne natuurkunde niet anders dan de theologie van de middeleeuwen, toen er ook heel diepzinnige vragen werden gesteld, zonder dat er antwoorden kwamen.’ – Heino Falcke, hoogleraar radioastronomie en astrodeeltjesfysica, Radboud Universiteit Nijmegen