Hildegard Von Bingen

Middeleeuwse kruidenkennis onder de loep

 27,90

De Duitse abdis Hildegard von Bingen (1098-1179) was in haar tijd een bijzondere persoonlijkheid. Door haar kennis en wijsheid trok ze vooraanstaande geestelijken en edellieden aan die haar om raad kwamen vragen. Ze liet vele geschriften na, waarin ze haar ideeën en visioenen neerschreef over muziek, theologie, mineralogie, kosmologie, filosofie, taalkunde, ethiek en natuurlijk ook kruidengeneeskunde en gezondheidsleer. Ze pleitte voor een holistische aanpak en een leven in harmonie met de natuur en met de medemensen. Want alles stond met alles in verbinding. Daarin was ze haar tijd ver vooruit.

Dit boek spitst zich vooral toe op haar natuurwetenschappelijke visie, in het bijzonder op de kruidenkennis. Haar kruidenadviezen worden vergeleken met een keur van andere historische kruidenboeken, zoals die van Dodoens of Lobelius – en met de hedendaagse kennis over dit onderwerp. Ze doorstaan niet altijd meer de toets van de wetenschap, maar veel van wat ze schreef wordt nog steeds toegepast in de homeopathie.

•••••••••••••••••••

Marcel De Cleene is plantenfysioloog en emeritus aan de Universiteit Gent. Bij uitgeverij Sterck & De Vreese verschenen
van zijn hand veelgeprezen boeken als De Historia Naturalis. De geschiedenis van de kruidengeneeskunde in de Lage Landen; De Naturalis Historia. Vergeten toepassingen van planten en Compendium van rituele planten in Europa.

Verschijningsvorm:
Hardcover
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Sterck & De Vreese
Aantal pagina's:
328
Druk:
1
ISBN:
9789464712292
Uitgiftedatum:
26-11-2024
Gewicht:
718 gram
Afmeting:
238x157x28 mm
Bekijk meer informatie over de auteur(s) van deze titel:

Gerelateerde boeken

  • Fokje Pasma (1865-1956)

    Fokje Pasma (1865-1956)

    Boerin, vroedvrouw, muze van Pieter Jelles Troelstra
    Bertus Mulder
     24,90

    Fokje Pasma (1865-1956)

    De doopsgezinde Friese boerendochter Fokje Pasma (1865-1956) was een zelfbewuste, dienstbare vrouw die haar eigen weg zocht. Ze was de muze van Pieter Jelles Troelstra, bevrijdde zich van een gewelddadige echtgenoot en verschafte zich economische onafhankelijkheid door als alleenstaande moeder alsnog een opleiding te volgen. Ze vestigde zich als vroedvrouw in Oostburg en Vlissingen, waar ze in 1914 het Moederhuis oprichtte. Ook was ze de stuwende kracht achter de oprichting van een Vereniging tot Kraamverzorging en Zuigelingenbescherming in Vlissingen.

    Bertus Mulder (Heerenveen, 1949) studeerde arbeidssociologie, was docent sociale geschiedenis en promoveerde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Eerder schreef hij biografieën over Jaap Nieuwenhuize en Sophie Louisa Kwaak en verschenen zijn studies over Pieter Jelles Troelstra.

     24,90
  • Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe

    In 1921 stond Zuidoost-Drenthe letterlijk en figuurlijk in brand. De dramatische gebeurtenissen van dat jaar, de aanloop en de onderliggende oorzaken worden in Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe 1860-1921 op indringende wijze beschreven.

    Turfwinning was decennialang de belangrijkste bedrijfstak in Zuidoost-Drenthe. Toen in 1921 de turfwinning in het gebied instortte ontstond een sociale ramp: werkloosheid, armoede en honger. De veenarbeiders kwamen hiertegen massaal in opstand.

    Deze crisis kwam echter niet uit de lucht vallen. Al vijftig jaar eerder waren er tekenen dat de turfwinning zijn langste tijd gehad had, doordat turf steeds meer door steenkool werd vervangen. De teruglopende rentabiliteit werd op de veenarbeiders afgewenteld, onder meer door het verlagen van hun lonen. In dezelfde periode kreeg het socialisme voet aan de grond en werden er vakbonden opgericht. Deze ontwikkelingen zetten de arbeidsverhoudingen verder op scherp. Juist in deze periode raakten in andere gebieden de turfvoorraden uitgeput en verschoof de turfwinning naar Zuidoost-Drenthe. Gesteund door hun vakbonden kwamen de veenarbeiders in opstand. Maar ook binnen de vakbewegingen was rivaliteit. Anders dan in de rest van Nederland speelde in Zuidoost-Drenthe binnen de vakbewegingen vooral de botsing tussen de revolutionaire socialisten en sociaaldemocraten. Het overgeleverde beeld van arme, ongeschoolde en opstandige veenarbeiders is sterk bepaald door deze laatste fase van de vervening.

    Dit boek beschrijft de sociale en economische aspecten van de veenwinning, de opkomst en rivaliteit binnen de vakbewegingen en de aanloop naar de massale arbeidersopstand van 1921 in Zuidoost-Drenthe.

     39,95
  • Het huisgeld en de penningen

    Het huisgeld en de penningen

    Van de Maatschappij van Weldadigheid en de Rijksgestichten 1821-1871
    Wiebe Nijlunsing
     29,95

    Het huisgeld en de penningen

    In 1818 wordt onder de bezielende leiding van Johannes van den Bosch de Maatschappij van Weldadigheid opgericht. In Drenthe sticht hij verschillende koloniën, waar arme landgenoten de kans wordt geboden om door landarbeid een beter bestaan op te bouwen. De kolonisten worden er verplicht om in de koloniewinkels met eigen papieren en metalen huismunten te betalen. Inmiddels zijn de Koloniën van Weldadigheid Unesco Werelderfgoed.

    Op meeslepende wijze vertelt Wiebe Nijlunsing hoe het stelsel van huismunten ontstaat en functioneert, waarbij hij de gebruikte munten beschrijft én verschillende situaties waarin deze gebruikt zijn. Daarmee geeft het boek een geheel nieuwe inkijk in de wijze van bestuur en in het dagelijks reilen en zeilen in de koloniën. Een beredeneerde catalogus geeft een helder overzicht van alle op dit moment bekende huismunten.

    Dit boek wordt uitgegeven onder auspiciën van het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Munt- en Penningkunde. www.koninklijkgenootschap.nl

     29,95