Je hond eet je niet op
€ 16,90
In het dagelijks leven bezorgen allerlei dieren – honden, katten, zwaluwen, vlinders – ons diepe emoties die uitstijgen boven het menselijke. Dat beseffen we pas goed als ons geliefde huisdier overlijdt. En huisdieren, die eet je niet op.
Waarom eten we andere dieren wel op? Hoe geconditioneerd, hoe menselijk zijn we eigenlijk? En is menselijk wel het goede woord als je ziet wat we elkaar aandoen? Niet de dieren, maar de mensen lijken soms wel machines.
Juist dieren kunnen mensen hun ziel teruggeven, is de hoopgevende boodschap van Je hond eet je niet op. In dertien brieven aan haar Chinese hond schrijft Petra Quaedvlieg op lichtvoetige toon over wat er gebeurt als je je openstelt voor de verwondering, het plezier en het geluk dat dieren kunnen geven.
Gerelateerde boeken
-
Een alomvattende filosofie
Abraham Johannes Cuffeler (1637-1694) was nauw bevriend met Spinoza en raakte in de ban van diens ideeën. In zijn driedelig boek Principia Pantosophiae (Beginselen van alwijsheid) poogt Cuffeler alle beschikbare kennis van zijn tijd samen te brengen. Daarmee is zijn boek een voorloper van de latere Encyclopedie. Cuffelers verlangen naar wiskundig samenhangende, universele en allesomvattende kennis, maakt zijn Principia Pantosophiae tot een wetenschappelijke utopie. Het eerste deel, hier integraal vertaald, behandelt de logica. De andere delen – over mathematica (inclusief astronomie) en fysica – behandelen onder meer de ‘conatus’ van Hobbes en Spinoza. Dit betreft de kracht die beweging veroorzaakt. Cuffelers boek, hier voor het eerst in vertaling, biedt ons een uniek inkijkje in het denken van de Radicale Verlichting.
-
De romantische leugen en de romaneske waarheid
Hét standaardwerk over de mimetisch begeerte in een herziene vertaling.
‘Je kunt zelf bepalen wie je wilt zijn!’ Nou, nee dus. Het idee van authentieke zelfbepaling is een romantische leugen. De waarheid is namelijk dat we in relaties leven en grotendeels onbewust maar diepgaand beïnvloed worden door de ander (mimesis). Tot in onze begeertes aan toe. We begeren wat de ander begeert.
Alle grote romanciers lijken deze waarheid te hebben onderkend. Cervantes, Stendhal, Flaubert, Proust, Dostojewski, allemaal beschrijven ze driehoeksverhoudingen en de daaruit voortkomende gevoelens van afgunst, jaloezie en impotente haat. Hoe pijnlijker deze gevoelens worden, hoe meer we geneigd zijn ons aan de romantische illusie vast te klampen. Is er ontsnapping mogelijk aan de romaneske leugen? In dit meesterwerk uit de mens- en literatuurwetenschappen houdt de Franse cultuurfilosoof René Girard die optie open. Misschien wel. De grote romanciers wijzen een weg.René Girard (1923-2015) wordt beschouwd als een van de grootste vernieuwers in de hedendaagse menswetenschappen. Als Frans filosoof, historicus en literatuurwetenschapper doceerde hij onder meer aan Stanford University en was hij lid van de prestigieuze Académie française.
-