Kleine filosofie van het ommetje
€ 24,90
Sinds de coronacrisis weten we dat thuisblijven geen probleem is, als je het maar kunt afwisselen met een wandeling in de buurt. Het ommetje voldoet aan een levensbehoefte: onderweg zijn, en intussen wat mijmeren en rondkijken.
Filosoof Pieter Hoexum gaat in dit boek op zoek naar het ideale ommetje. Het is fijn als je meerdere, afwisselende routes kunt lopen: langs rijtjeshuizen, villa’s, een industrieterrein, een park, een sloot of flatgebouw. Er moet onderweg iets te ontdekken zijn en het is handig als de voorzieningen op loopafstand zijn. Het maken van een ommetje – de diep menselijke wens om onderweg te zijn en te mijmeren – is niet alleen het ontdekken maar ook het máken van een buurt. Wie een ommetje maakt, doet aan ‘stedenbouw by wandering around‘.
Kleine filosofie van het ommetje helpt je om zin en onzin in het denken over de buurt te onderscheiden. Wandel mee met Pieter Hoexum en ontdek de buurt.
Gerelateerde boeken
-
De brilslang, de boktor en de andere dieren
€ 19,90Is er al een opvolger voor Toon Tellegen? Jazeker: Jan Bouwstra. In 100 korte fabels maken we kennis de dieren in het bos. En dieren zijn precies als mensen. Ze denken na over hun leven en praten over wat hen bezighoudt: liefde, schoonheid, macht, vriendschap, tijd, taal, identiteit en nog veel meer. De fabels van Jan Bouwstra kenmerken zich door milde humor. Ze hebben de vorm van kleine, lichtvoetige filosofische dialogen. Veel dierenpersonages keren regelmatig terug: de brilslang en de uil, de neushoorn en de olifant, de krekel en de egel, de muis en de kikker, de mol, de padden, de boktor, de eekhoorn, de ekster en de merel en vele anderen. En ze hebben zo hun eigen kijk op het leven. Met vrolijke illustraties van Angela van der Meulen.
-
Verhandeling over de aanleg van vrouwen voor de wetenschap
€ 17,90De begaafde Anna Maria van Schurman kreeg als eerste vrouw in Nederland toestemming om colleges te volgen. De Universiteit van Utrecht bouwde voor de gelegenheid een hokje met een gordijntje voor haar. Van Schurman kon van daaruit de colleges van theoloog Voetius bijwonen, zonder daarbij de mannelijke studenten af te leiden.
In dit korte essay uit 1641 legt Van Schurman uit waarom het logisch is om meer vrouwen toegang tot de
universiteit te verlenen. Het argumentatieve geschrift inspireerde Margaret Cavendish en Mary Wollstonecraft en gaf de aanzet tot de eerste feministische beweging. Het zeer invloedrijke essay verschijnt in een geactualiseerde vertaling van Renée Ter Haar, met een voorwoord van Angela Roothaan. Jacob Bouwman zorgde voor de selectie van relevante brieven.“Wat een genot om zo’n erudiet pleidooi te lezen van een moedige vrouw. In zijn opdracht noemt tijdgenoot Johan van Beverwijck haar ‘onsterfelijk sieraad onder de vrouwen’. Met recht.” – Trouw
-





