Koloniën van weldaad
€ 27,90
Onder leiding van de idealistische generaal Johannes van den Bosch werden twee eeuwen geleden vijf zogenaamde koloniën gesticht. Zijn weldadige doel was de minst bedeelden in de maatschappij te huisvesten, hen te onderwijzen of van werk te voorzien, arbeidsethos bij te brengen en een maatschappelijk toekomstperspectief te bieden.
Dit boek vertelt chronologisch de geschiedenis van de Koloniën van Weldadigheid; de idealen, de structuur en de redenen voor hun uiteindelijke verval. De auteur beschrijft de blijvende impact, de sociaalmaatschappelijke gevolgen en de betekenis van de circa 170 rijksmonumenten die vandaag de dag nog steeds hun erfenis uitdragen. Hun unieke betekenis werd internationaal erkend toen Veenhuizen, Frederiksoord en Wilhelminaoord in 2021 de status van UNESCO Werelderfgoed kregen.
Dick Hoekstra is emeritus-hoogleraar Celbiologie aan het UMCG en de Rijksuniversiteit Groningen. Na zijn emeritaat verlegde hij zijn aandacht naar cultuurhistorische thema’s in het hele Waddengebied en meer recent de Koloniën van Weldadigheid. Van hem verscheen eerder Glans op het Wad.
Gerelateerde boeken
-
En toch zal ik
Marten Douwes Teenstra maakte in zijn tijd naam in de koloniën en als schrijver. Door zijn reizen, eerst in ‘de Oost’, later in ‘de West’ werd hij één van de eerste voorstanders van afschaffing slavernij (abolitionist). Nog vóór Max Havelaar (1860) en De hut van oom Tom (1852) verschenen, veroordeelde Marten al de barbaarse behandeling van de slaafgemaakten in Zuid Afrika, Java en Suriname. Het werd hem niet in dank afgenomen en leverde hem een ‘functie elders’ op.
Met zijn felle woordkeuze maakte Marten zich bij veel mensen niet geliefd. Naast zijn voortdurende strijd tegen de slavernij bleef hij tot zijn dood aantrappen tegen schijnheiligheid en hypocrisie, tegen ‘Cocksianen’, ambtenaren en bijgelovigheid.
Marten was lid van de Nederlandsche Maatschappij ter Bevordering van de Afschaffing der Slavernij,
en na zijn terugkeer in Groningen bestookte hij de regering in Den Haag onvermoeibaar met verzoekschriften om een einde te maken aan de slavernij in de Nederlandse koloniën. Mede door zijn inbreng kwam na 1854 de discussie over de slavernij op gang, waarna vlak voor zijn dood op 1 juli 1863 de slavernij werd afgeschaft.Toch is zijn naam voor veel mensen nu onbekend. Door dit boek krijgt de naam Teenstra weer de bekendheid die het verdient.
-
-
-