Nieuwe lichamelijkheid
€ 22,90
Zwarte lichamen worden regelmatig gehinderd in een witte wereld; vrouwenlichamen worden afgeschermd en afgeremd in een misogyne wereld; dikke lichamen passen niet in een wereld die is afgesteld op het gemiddelde lichaam; berolstoelde lichamen kunnen niet met de trap, en depressieve lichamen worden inert omdat de wereld hen niet meer uitnodigt.
De voorbeelden laten zien dat lichamen nooit op zichzelf staan. Ze functioneren altijd in relatie tot andere lichamen en tot de omgeving. Toch is de opvatting nog gangbaar dat je lichamelijke problemen kunt oplossen door te focussen op tekortkomingen in het lichaam, in het denken of in het gedrag van individuen. Filosoof Jenny Slatman legt uit dat deze aanpak onvoldoende werkt. Er is meer aandacht nodig voor de materiële relaties waarin lichamen staan. Ze pleit daarmee voor een nieuwe kijk op lichamelijkheid.
Een fundamenteel andere blik op gezondheid, ziekte, beperkingen en sociale uitsluiting
Jenny Slatman is hoogleraar Medical & Health Humanities aan Tilburg University. Haar onderzoek bestaat uit filosofischantropologische analyses van lichamelijkheid in kunst, expressie en medische praktijken. Zij publiceerde onder meer Vreemd Lichaam. Over medisch ingrijpen en persoonlijke identiteit en vertaalde werk van Merleau-Ponty. Voor haar werk ontving ze een VIDI- en een VICI-beurs.
Gerelateerde boeken
-
-
Grenzen van de gemeenschap
Standaardwerk over politiek filosofie
Wie radicaal is, heeft idealen die in steen zijn gebeiteld. Maar de mens zelf is niet van steen. We vallen nooit helemaal met onszelf samen, en dus ook niet met onze idealen. Neem geweldloosheid. Zeker iets om naar te streven, maar kun je echt altijd geweldloos zijn? Vanuit deze gedachte – streef idealen op een open manier na – ontwikkelde de Duits-Nederlandse denker Helmuth Plessner (1892-1985) een politieke filosofie.
Helmuth Plessner ontvluchtte Duitsland in 1933 en accepteerde een hoogleraarschap in Groningen. Tijdens de oorlog dook hij onder in Amsterdam om na de oorlog in Groningen terug te keren. Intussen steeg zijn roem – mede door zijn bekende boek Lachen en wenen. Na 1945 keerde hij terug naar Duitsland, waar hij als vooraanstaand denker zijn stempel op de Duitse cultuur drukte.
Jan Vorstenbosch verzorgde deze eerste vertaling van Grenzen van de gemeenschap.
-
Niet meer blaffen naar de maan
Zijn er tussen wetenschap, geloof en magie waterdichte schotten te plaatsen? Is er een verschil tussen een wonderbaarlijk mirakel en een te mijden toverkunstje? Is de rede enkel te vinden in de wetenschap of speelt die ook een rol in religie en magie? Hoe stond de kerk tegenover wetenschappelijke bevindingen?
Raoul Bauer gaat op zoek naar antwoorden op deze vragen en vindt ze onder meer in de geschriften van de grote wetenschappers uit de Middeleeuwen. We leren Isidorus van Sevilla kennen die een encyclopedie schreef die eeuwenlang gebruikt werd. Beda Venerabilis, dé wetenschapper bij uitstek van de achtste eeuw, onderzoekt mirakels, berekent de paasdatum en denkt na over het fenomeen van de getijden. Via de Karolingische renaissance komt Gerbert van Aurillac aan het woord, de paus-wiskundige van het ‘merkwaardige’ jaar 1000.
Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde eerder bij uitgeverij Sterck & De Vreese het boek Karel de Grote.
‘We raken nooit dichter bij het begin van alles. In die zin is in de moderne natuurkunde niet anders dan de theologie van de middeleeuwen, toen er ook heel diepzinnige vragen werden gesteld, zonder dat er antwoorden kwamen.’ – Heino Falcke, hoogleraar radioastronomie en astrodeeltjesfysica, Radboud Universiteit Nijmegen
-
Hek
Het stormt in het Nederlandse landschap. De maatschappij is verzeild geraakt in een verhitte discussie over de manier waarop we ons landschap moeten gebruiken. De actuele discussie over de wijze waarop wij in Nederland ons voedsel produceren, wordt gevoed door de stikstofdiscussie en bijvoorbeeld de komst van de wolf. Het produceren van voedsel is een gerechtvaardigd doel, maar waar ligt dan de grens? De verschillende posities in het debat over natuur versus veehouderij worden ondersteund vanuit verschillende morele opvattingen en ethische theorieën. Wat is belangrijker? Het actief waarborgen van het welzijn van onze fauna of moeten we de natuur zoveel mogelijk met rust laten? De Nederlandse
boeren mengen zich fel in het debat, met een eigen pakket aan ethische overwegingen die deels overlappen met, maar deels ook tegengesteld zijn aan die van de natuurbeschermers. Martin Drenthen ontrafelt van beide partijen de argumenten en plaatst deze in een ethisch kader, zodat de discussie met alle voors en tegens in ieder geval helder gevoerd kan worden.