Oog in oog met wisent, ooievaar en eland
€ 29,90
In 1975 startte de aanleg van Natuurpark Lelystad. Een gebied met grote grazers als wisent, Przewalskipaard en eland, aangelegd voor de nieuwe bewoners van Lelystad en de rest van Flevoland. Maar ook een natuurgebied om te wandelen, te ontspannen en jaarrond grote aantallen watervogels te bewonderen.
In 2025 bestaat het park 50 jaar. Begonnen als een project van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders, in samenwerking met Artis, is Natuurpark Lelystad uitgegroeid tot een rijk natuurgebied met grote waterpartijen, spannende doorkijkjes en verrassende dieren. Een bijzonder stuk Flevolandse historie dat verteld moet worden. Met meer dan honderd foto’s van de eerste aanleg in de vette kleibodem, de bijzondere dieren, en de prachtige natuur die zich hier heeft ontwikkeld.
Rolf Hendriks, Tim Beldman, Yvonne Meijberg en Norbert Kwint werken bij Het Flevo-landschap en zijn ervaren natuurboekenschrijvers.
Gerelateerde boeken
-
-
-
Knooppunt Waddenzee
Miljoenen wad- en watervogels trekken ieder jaar heen en weer tussen hun broedgebieden in Groenland, Scandinavië, West-Europa of Siberië, en hun wintergronden in Europa en Afrika. Als je alle routes van die trekvogels op de wereldbol tekent, zie je halverwege die kaart een druk knooppunt: de Waddenzee!
In het project Metawad hebben onderzoekers van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee en de Rijksuniversiteit Groningen vijf compleet verschillende trekvogels van de Waddenzee onderzocht: de kanoet, de drieteenstrandloper, de rosse grutto, de rotgans en de lepelaar. Ze bekeken de vogels niet als ‘bewoners’ van die Waddenzee, maar als gebruikers van een veel groter systeem waar het wad een belangrijk onderdeel van is: het ‘metawad’.
Knooppunt Waddenzee biedt een kleurrijk pallet van portretten van de wetenschappers, die ploeterend met palen en hekwerk achterop hun ets over de kwelder trekken, of uren achtereen in weer en wind – of juist bakkend onder de Afrikaanse zon – naar vogels met kleurringen aan hun pootjes staan te zoeken. Het biedt ook portretten van de vijf onderzochte vogelsoorten. Wat weten we van deze dieren? En vooral: hoe kunnen overheden of natuurbeheerders hun voordeel doen met deze wetenschap?