Tegenkultuur
€ 39,95
Mensen, dit is een unieke krant. Er gaat iets gebeuren. Let op. Nu gaan we spijkers met koppen slaan!!!! Peter J. Muller, medeoprichter Hitweek.
In Tegenkultuur worden publicaties van de Nederlandse underground in de jaren 1964-1976 getoond en beschreven. Het boek plaatst de underground in de sociale context van de jaren zestig. Hitweek en Aloha, de belangrijkste Nederlandse undergroundbladen komen uitgebreid aan bod. Tegenkultuur laat zien welke Nederlandse undergroundbladen er naast Hitweek en Aloha waren, geeft een korte typering en toont vooral hoe ze eruitzien.
De jaren zestig en zeventig waren een tijd van ongekende welvaart, waarin de opgroeiende jeugd voor het eerst de ruimte kon nemen om haar stem te laten horen over maatschappelijke problemen en oplossingen. De undergroundbeweging werd ook wel ‘alternatieve cultuur’ of, in het idioom van de jaren 60, ‘tegenkultuur’ genoemd.
Ik vond dat het hoog tijd was dat de jonge generatie eindelijk een stem kreeg. Willem de Ridder, medeoprichter Hitweek.
De massamedia deden verslag van zaken vanuit de bestaande normen en waarden, waarin de undergroundbeweging zich niet herkende. De undergroundpers vulde dit gat door te rapporteren over die dingen die de underground bezighield, door hun kijk op tal van zaken te verwoorden en door het benadrukken en vormgeven van een nieuwe levensstijl.
Alle undergroundpublicaties werden gemaakt door de jeugd en hadden de jeugd als doelgroep. Of het nu politiek of cultureel was, de inhoud van de undergroundkranten was een directe weerspiegeling van de hoop, dromen en activiteiten van de redacteuren, schrijvers en vormgevers die zichzelf zagen als actieve deelnemers en als chroniqueurs van de beweging.
Tegenkultuur bevat een schat aan beeldmateriaal, waardoor het samen met de historische context een representatief naslagwerk vormt van de Nederlandse undergroundpers in de jaren 1964-1976. Het boek is interessant voor een brede groep lezers: voor de lezer die deze tijd actief heeft meegemaakt of er meer over wil weten maar ook voor de lezer die geïnteresseerd is in grafische vormgeving, ‘small press’ of undergroundmuziek.
Over de auteurs
Peter Sijnke (1951) is historicus. Hij was werkzaam in het archiefwezen en publiceerde veel op het terrein van de lokale en regionale geschiedenis. Over popmuziek schreef hij zeven boeken, waarvan drie met betrekking tot het Holland Pop Festival in Kralingen (1970) samen met Marcel Koopman. Peter schrijft regelmatig in Platenblad.
Jan Pen (1955) was tot zijn pensionering in 2019 eigenaar van een bureau voor zakelijk advies op het gebied van biotechnologie. Hij heeft sinds het begin van de jaren negentig, een collectie opgebouwd van posters, tijdschriften en pamfletten van bewegingen als Provo, Kabouter, Underground en Punk. Jan heeft een internetboekhandel JP Antiquarian Books op het gebied van zijn collectie.
Gerelateerde boeken
-
The Who
‘We zijn anti-bazen, anti-jong getrouwde stelletjes en anti-middelbare leeftijd’. Pete Townshend.
Voor velen is en blijft The Who met reden de ultieme rockband.The Who behoort samen met The Beatles, The Kinks en The Rolling Stones onbetwist tot de grootste van de Engelse bands uit de jaren zestig. Hun bekendste hit uit die jaren, My Generation, is een icoon van de popmuziek geworden. Door het grote succes van de rockopera Tommy (1969), Who’s Next (1971) en Quadrophenia (1973) wist de groep zijn populariteit in de jaren zeventig te continueren. Dan behoort The Who – met Led Zeppelin, Deep Purple, Pink Floyd en opnieuw The Rolling Stones – tot de absolute top.
The Who maakt dankzij het creatieve brein van gitarist Pete Townshend rock met inhoud, zodat zowel ‘arbeider als intellectueel’ van de muziek van The Who kan genieten. Maar Townshend kon zijn composities alleen goed vormgeven dankzij de uitzonderlijke muzikale kwaliteiten van zanger Roger Daltrey, bassist John Entwistle en drummer Keith Moon. Niet alleen op de albums, maar zeker ook live. Het boek besteedt dan ook veel aandacht aan hun befaamde optredens, zoals die op de festivals van Monterey (1967), Woodstock (1969) en Wight (1969/ 1970). De in Nederland gegeven concerten, het laatste in 2015 in het Ziggo Dome, komen eveneens aan bod.
Naast de aandacht voor de muziek en optredens van The Who, komen ook de turbulente privélevens van de band voorbij, inclusief de tragische, vroegtijdige dood van Keith Moon in 1978. The Who ging door zonder hem en dat gebeurde ook na de dood van John Entwistle in 2002. Nog in 2019 verraste Pete Townshend en Roger Daltrey hun publiek met het uiterst vitale album Who.
The Who, de ultieme rockband is een must-have voor de fan maar ook voor iedere lezer die geïnteresseerd is in de geschiedenis van de (rock)muziek.Loek Dekker (1957) is historicus. Hij publiceerde over de Franse Tijd en het verzet in de Tweede Wereldoorlog en van zijn hand verschenen twee muziekbiografieën in de reeks Rockklassiekers: Livin’ Blues, bluesrock met internationale allure (2016) en Crosby, Stills, Nash & Young, de Woodstock-generatie (2019).
-
EL Pea
Vinylplaten zijn terug van nooit weggeweest. Terwijl de prijzen van elpees van Taylor Swift en Harry Styles uit de pan rijzen is er een goedkoop en duurzaam alternatief. Verzamelplaten als Tamla Motown Is Hot, Hot, Hot! en Fill Your Head With Rock staan voor een schijntje in de tweedehandsbakken en bevatten een schat aan tijdloze, onweerstaanbare muziek. In El Pea, de magie van de labelcompilatie duikt muziekjournalist Jan Vollaard in de koopjeskelder om een inventaris op te maken van alle prachtige pop, soul, rock, hiphop en jazz die daar voor een habbekrats wacht op een nieuwe eigenaar. De zoektocht naar de ziel van het vinyl leidt van stoffige stereo-testplaten naar beatmuziek en techno. Onderweg is er aandacht voor disco, Afrikaanse muziek, Britse folk en Frans chanson. Via ska en reggae, metal en punk, hiphop en house komen we uit bij de indiepop van nu. Bij elkaar vormen de verhalen over al die kleurrijke labelcompilaties een alternatieve geschiedenis van de popmuziek. Noem het gerust een muziekbijbel. Het rijk geïllustreerde El Pea is geschreven uit liefde voor populaire muziek in al haar verschijningsvormen. Je blijft lezen, je blijft luisteren naar de beste muziek die ooit op vinyl is verschenen.
-
Tegenkultuur Special Edition
Special Edition – inclusief orginele Hitweek
Mensen, dit is een unieke krant. Er gaat iets gebeuren. Let op. Nu gaan we spijkers met koppen slaan!!!! Peter J. Muller, medeoprichter Hitweek.
In Tegenkultuur worden publicaties van de Nederlandse underground in de jaren 1964-1976 getoond en beschreven. Het boek plaatst de underground in de sociale context van de jaren zestig. Hitweek en Aloha, de belangrijkste Nederlandse undergroundbladen komen uitgebreid aan bod. Tegenkultuur laat zien welke Nederlandse undergroundbladen er naast Hitweek en Aloha waren, geeft een korte typering en toont vooral hoe ze eruitzien.
De jaren zestig en zeventig waren een tijd van ongekende welvaart, waarin de opgroeiende jeugd voor het eerst de ruimte kon nemen om haar stem te laten horen over maatschappelijke problemen en oplossingen. De undergroundbeweging werd ook wel ‘alternatieve cultuur’ of, in het idioom van de jaren 60, ‘tegenkultuur’ genoemd.
Ik vond dat het hoog tijd was dat de jonge generatie eindelijk een stem kreeg. Willem de Ridder, medeoprichter Hitweek.
De massamedia deden verslag van zaken vanuit de bestaande normen en waarden, waarin de undergroundbeweging zich niet herkende. De undergroundpers vulde dit gat door te rapporteren over die dingen die de underground bezighield, door hun kijk op tal van zaken te verwoorden en door het benadrukken en vormgeven van een nieuwe levensstijl.
Alle undergroundpublicaties werden gemaakt door de jeugd en hadden de jeugd als doelgroep. Of het nu politiek of cultureel was, de inhoud van de undergroundkranten was een directe weerspiegeling van de hoop, dromen en activiteiten van de redacteuren, schrijvers en vormgevers die zichzelf zagen als actieve deelnemers en als chroniqueurs van de beweging.
Tegenkultuur bevat een schat aan beeldmateriaal, waardoor het samen met de historische context een representatief naslagwerk vormt van de Nederlandse undergroundpers in de jaren 1964-1976. Het boek is interessant voor een brede groep lezers: voor de lezer die deze tijd actief heeft meegemaakt of er meer over wil weten maar ook voor de lezer die geïnteresseerd is in grafische vormgeving, ‘small press’ of undergroundmuziek.
Over de auteurs
Peter Sijnke (1951) is historicus. Hij was werkzaam in het archiefwezen en publiceerde veel op het terrein van de lokale en regionale geschiedenis. Over popmuziek schreef hij zeven boeken, waarvan drie met betrekking tot het Holland Pop Festival in Kralingen (1970) samen met Marcel Koopman. Peter schrijft regelmatig in Platenblad.Jan Pen (1955) was tot zijn pensionering in 2019 eigenaar van een bureau voor zakelijk advies op het gebied van biotechnologie. Hij heeft sinds het begin van de jaren negentig, een collectie opgebouwd van posters, tijdschriften en pamfletten van bewegingen als Provo, Kabouter, Underground en Punk. Jan heeft een internetboekhandel JP Antiquarian Books op het gebied van zijn collectie.
-
Final Blues
Wat de Rolling Stones voor de blues deden in Engeland, deden Cuby and the Blizzards in Nederland: de van oorsprong zwarte muziek populair maken. Beide bands ontstonden in 1962.
Harry Muskee en Eelco Gelling waren de kern van de groep uit Drenthe die heel het land op zijn kop ging zetten. Hun eerste LP Desolation kreeg in 1968 een Edison. Hij werd gevolgd door legendarische platen als Groeten uit Grollo en Appleknockers Flophouse. De bezetting van de band wisselde nogal eens, met fenomenen als Hans Waterman, Hans La Faille, Herman Deinum, Helmig van der Vegt en Herman Brood.C + B gaf in 1974 een afscheidsconcert. Harry Muskee ging door met andere bands. In 1995 kreeg Muskees oude vriend Johan Derksen het idee om Cuby and the Blizzards nieuw leven in te blazen. Toen kwam er een nieuwe stergitarist bij: Erwin Java. Het werd weer een fascinerende tijd, vol ups en downs. In juni 2011 ging het C + B Museum open, in de voormalige boerderij van Harry Muskee in Grolloo. Het was vlak voor zijn 70-ste verjaardag. Op 26 september 2011 overleed Harry.
In 2003 verscheen zijn biografie De Missie. Het boek werd bekroond in 2006. In 2008 kwam er een aangevulde heruitgave. Tien jaar na Harry’s dood besloot Jeroen Wielaert om de biografie af te ronden door het boek aan te vullen met alles wat er sinds 2008 rondom Harry Muskee gebeurd is.. Het werd Final Blues.
Final Blues beschrijft het erfgoed van Harry en de band. Die legacy blijft springlevend. Dat bleek ook uit de rondgang langs voormalige bandleden, vrienden en nabestaanden van Harry Muskee waaronder Daniël Lohues, Willy Middel, Hans La Faille, Herman Deinum, Helmig van der Vegt, Erwin Java, Eelco Gelling, Johan Derksen en Douwien Oosterhof-Muskee. Alles bij elkaar geeft dat dieper inzicht in zijn en hun leven en werken. Het boek is daarmee uitgegroeid tot popgeschiedenis tegen de achtergrond van veel grote maatschappelijke ontwikkelingen.
Huub ‘Huby’ van der Lubbe: ‘Hij had dat underdoggevoel en daarom ook een hart voor andere underdogs.’
Kaz Lux: ‘Een charismatische figuur.’
Ralph de Jongh: ‘Hij noemde zich ‘my angry uncle’.
Ben Jolink (Normaal): ‘ Hij was toch niet altijd somber en in wezen een goed en vriendelijk mens.’
Tineke Schoemaker (Barrelhouse): ‘Cuby was de held, by far de grootste.’