Tuinen van verwondering
€ 27,90
Een tuin kan veel betekenen voor degene die erin werkt of voor wie erin rondwandelt. Sommige mensen komen er tot rust, anderen krijgen energie, worden geraakt of vinden er troost. In De Tuinen in Demen kan het allemaal. Vele duizenden liefhebbers weten – van het voorjaar tot het najaar – de twintig siertuinen te vinden. De bezoekers verwonderen zich over de veelzijdigheid van de tuinen en genieten van de bijzondere combinaties van planten, vormen en kleuren.
In Tuinen van verwondering vertelt tuinvrouw Martje van den Bosch waar ze bij het combineren van planten op let. Ze beschrijft haar keuze voor bomen, heesters, vaste planten, bollen en eenjarige planten en inspireert tuiniers er zo toe om hun eigen keuzes te maken. Honderden prachtige tuinfoto’s illustreren haar verhaal en geven de lezer het gevoel zelf in de tuin rond te dwalen.
Deze tuinvrouw zit vol persoonlijke verhalen over ervaringen met mensen en planten in de tuin. Deze leiden soms tot overdenkingen, en er kunnen ook vele vragen worden gesteld. Wanneer is een tuin op zijn mooist? Wat heeft een tuin te maken met geluk, als je dat aan Aristoteles zou vragen? Hoe ziet de ideale tuin volgens Plato eruit?
Martje van den Bosch studeerde Filosofie en was een aantal jaren docente aan Avans Hogeschool. Zij gaf deze baan op om zich geheel toe te leggen op bezoekerstuin De Tuinen in Demen, die zij samen met haar man heeft ontworpen en aangelegd.
Gerelateerde boeken
-
-
Knooppunt Waddenzee
Miljoenen wad- en watervogels trekken ieder jaar heen en weer tussen hun broedgebieden in Groenland, Scandinavië, West-Europa of Siberië, en hun wintergronden in Europa en Afrika. Als je alle routes van die trekvogels op de wereldbol tekent, zie je halverwege die kaart een druk knooppunt: de Waddenzee!
In het project Metawad hebben onderzoekers van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee en de Rijksuniversiteit Groningen vijf compleet verschillende trekvogels van de Waddenzee onderzocht: de kanoet, de drieteenstrandloper, de rosse grutto, de rotgans en de lepelaar. Ze bekeken de vogels niet als ‘bewoners’ van die Waddenzee, maar als gebruikers van een veel groter systeem waar het wad een belangrijk onderdeel van is: het ‘metawad’.
Knooppunt Waddenzee biedt een kleurrijk pallet van portretten van de wetenschappers, die ploeterend met palen en hekwerk achterop hun ets over de kwelder trekken, of uren achtereen in weer en wind – of juist bakkend onder de Afrikaanse zon – naar vogels met kleurringen aan hun pootjes staan te zoeken. Het biedt ook portretten van de vijf onderzochte vogelsoorten. Wat weten we van deze dieren? En vooral: hoe kunnen overheden of natuurbeheerders hun voordeel doen met deze wetenschap?
-
Roofvogelgids
Met deze vernieuwde gids kan iedere natuur- en vogelliefhebber alle Europese roofvogels op naam brengen. De auteur heeft hiervoor meer dan 500 nieuwe, vaak unieke foto’s verzameld.
In de tekst beschrijft hij per soort een groot aantal handige kenmerken. Ter ondersteuning van een snelle en zekere determinatie heeft Lars Gejl voor het eerst vergelijkingsplaten samengesteld met foto’s van de vogels in vlucht.De uitvoerige soortbeschrijvingen bevatten de volgende onderdelen:
– De biologie van alle roofvogels
– Beschrijving van de verspreidingsgebieden en trek
– Tekeningen van de silhouetten en de jizz
– Rui en kleden
– Gelijkende soorten
– Vergelijkingsplaten met pijlaanwijzingen naar de typische kenmerken per soort
– QR-codes voor de geluiden van de roofvogelsLars Gejl is een van de beste natuurfotografen van de wereld en gespecialiseerd in vogelfotografie.
-
De scharrelaar 2020/1
Een nieuwe lente, een nieuwe Scharrelaar! De lente-editie van De scharrelaar staat weer boordevol met gedichten, verhalen en beschouwingen over vogels in binnen- en buitenland.
‘De scharrelaar’ is een literair tijdschrift voor vogelliefhebbers, geschreven door diverse auteurs. In deze overvolle lente-editie 2020 van De scharrelaar, het derde nummer alweer, vindt u onder meer bijdragen van Willem Jan Otten en Daan Remmerts de Vries. Verder schrijft Marja Vuijsje over de kauwen op haar balkon, vertelt Bert Keizer over de helaas uitgestorven trekduif, beschrijft gevangenispsychiater Yolande de Kok de vogels in de nor en bejubelt Saskia van Loenen de paria van het stadspark: de halsbandparkiet.