Ús bank

Hoe Friesland zijn bank verloor
Jan Smit

 29,90

‘Het lukt niet langer op eigen kracht.’ Maandagochtend 2 april 2012. Onder de koepel van de Friesland Bank in Leeuwarden krijgen de medewerkers te horen dat de bank wordt overgenomen door de Rabobank. Ze zijn verrast, boos, er vallen tranen. Hoe is dit mogelijk? Hoe kan het dat de bank die door een groot aantal Friezen als ús bank wordt beschouwd, één jaar voor het honderdjarig bestaan ineens wordt opgeslokt door de aartsvijand?

Onderzoeksjournalist Jan Smit ging tien jaar na dato op zoek naar de antwoorden. Hij interviewde tientallen betrokkenen en kreeg inzage in de archieven en vertrouwelijke correspondentie, onder meer met De Nederlandsche Bank (DNB). Zijn bevindingen bieden een onthutsend beeld van de recente geschiedenis van de Friesland Bank. Met bedenkelijke rollen voor de commissarissen en DNB. Een feitenrelaas dat leest als een thriller.

Jan Smit (1962) is onderzoeksjournalist en auteur. Hij schreef eerder onder meer De opdracht, de biografie van Herman Wijffels.

Gewicht:
928 gram
ISBN:
9789464710069
Druk:
1
Aantal pagina's:
224
Uitgeverij:
Uitgeverij Noordboek
Taal:
Nederlands
Verschijningsvorm:
Hardcover
Afmeting:
258x202x23 mm
Uitgiftedatum:
04-07-2023

Gerelateerde boeken

  • Karel de Grote

    Raoul Bauer
     24,99

    Karel de Grote

    Een historische figuur die tot op vandaag tot de verbeelding spreekt.

    Karel de Grote leefde zo’n 12 eeuwen geleden, en toch is hij nog steeds prominent aanwezig in het collectief geheugen: als koning der Franken, als Frankisch keizer van de christelijke wereld, als vader van Europa. Een brugfiguur in een tijd waarin een oude wereld aftakelde en een nieuwe beschaving aarzelend haar eerste passen zette.

    Ook in zijn eigen tijd sprak Karel de Grote tot de verbeelding. Zijn lange gestalte – hij was uitzonderlijk groot voor die tijd – en zijn hoge leeftijd, gaven voeding aan talloze verhalen. Het mythische beeld van de dappere, grootse vorst dreigt daarom de historische werkelijkheid te overschaduwen.

    Raoul Bauer gaat als een volleerde onderzoeker te werk: de recentste historische inzichten houdt hij tegen het licht, hij nuanceert en verwijst fabels of onbetrouwbare bronnen naar de prullenbak. Bauer volgt Karel de Grote tijdens zijn veldtochten, als bestuurder van een immens rijk, is aanwezig bij zijn keizerskroning op die memorabele 25ste december van het jaar 800, gaat met hem mee in zijn zoektocht naar kennis en ontmoet hem ten slotte als een bezorgde familievader die geen afstand kan doen van zijn dochters en weent om zijn gestorven zonen. We krijgen in dit boek ‘de ware’ Karel de Grote te zien.

    Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde verschillende boeken over de vroege middeleeuwen.

    Voor iedereen die meer te weten wil komen over Karel de Grote en zijn tijd is dit boek dan ook zeker aan te raden. — Acta Historica

     24,99
  • Mijn bijtring was een hazenbot

    Belevenissen van een polderjager
    Martin Tulp
     17,50

    Mijn bijtring was een hazenbot

    Jachtpassie is niet erfelijk, maar als zoon van ‘Meester’ Tulp, onderwijzer – en jager – in Hoogwoud, ging de schrijver (1950) al heel jong mee op jacht. Eerst als drijver, en vanaf zijn 16e met het geweer. Bijna vijftig jaar later is hij nog steeds te vinden in de West-Friese velden. In diverse jachttijdschriften publiceerde hij regelmatig verhalen en artikelen over de jacht.

    De illustraties zijn van Kees van Scherpenzeel (1955). Hij was tussen 1978 en 2012 werkzaam als professioneel illustrator. In de loop der jaren heeft hij honderden natuurboeken, kinderboeken, streekromans en tijdschriften van tekeningen voorzien. Ook illustreerde hij een aantal jachtboeken.

     17,50
  • Standhouden

    Adellijk landgoedbeheer in Nederland - de twintigste eeuwse geschiedenis van Leuvenum en De Bannink
    Willemieke Ottens
     49,90

    Standhouden

    De Nederlandse adel gold lang als heersende klasse van grondbezitters. Op het platteland bezaten adellijke families generaties lang omvangrijke landgoederen. Sociale, economische, ruimtelijke en maatschappelijke ontwikkelingen brachten in de twintigste eeuw grote veranderingen in deze oude bezits- en machtsstructuur. Op grote schaal werden landgoederen verkocht, afgebroken, of ze veranderden van eigendomsvorm.

    De belangrijkste thema’s van Standhouden zijn de ontwikkelingen die plaatsvonden in de relatie van de landheer tot zijn bezit, in de exploitatie, de sociale verhoudingen tussen werknemers, bewoners en pachters, en de culturele betekenis van het landgoedbezit.
    Centraal staat de adellijke familie Sandberg, die tot het einde van de twintigste eeuw de landgoederen Leuvenum (Gelderland) en De Bannink (Overijssel) bezat. Aan de hand van uniek archiefmateriaal wordt een persoonlijk beeld geschetst van leven, wonen en werken op een landgoed in de twintigste eeuw. Het leven van de familie Sandberg en het beheer van Leuvenum en De Bannink veranderde drastisch toen aan het einde van de Tweede Wereldoorlog, als gevolg van het overlijden van de eigenaar en zijn zoon (en beoogd opvolger), zijn weduwe en hun drie dochters het beheer van de landgoederen overnamen. Gedurende de tweede helft van de twintigste eeuw spanden deze vrouwen zich in om beide landgoederen en de agrarische gemeenschappen te behouden.

    Naast deze bijzondere familie- en landgoedgeschiedenis schetst dit boek een gedetailleerd beeld van het groeiende overheidsingrijpen en van de veranderende houding ten opzichte van landschaps- en erfgoedzorg en landgoedbeheer in deze periode.

    Willemieke Ottens is architectuur- en landschapshistoricus gespecialiseerd in het groene erfgoed. Zij is werkzaam bij een bureau voor landschap en zal binnenkort op dit onderwerp promoveren.

     49,90
  • Set Neanderthalers in Noord-Nederland en Van neanderthaler tot rendierjager

    Evert van Ginkel, Marcel Niekus, Yuri van Koeveringe
     37,50

    Set Neanderthalers in Noord-Nederland en Van neanderthaler tot rendierjager

    ‘Van neanderthaler tot rendierjager’ is het eerste deel in een toegankelijk en rijk geïllustreerde reeks over de archeologie van Drenthe. Meer dan 115.000 jaar geleden liet een neanderthaler zijn vuurstenen werktuig achter in wat wij nu Drenthe noemen. Voor zover we weten was hij of zij de allereerste mens in deze contreien. In de daaropvolgende 85.000 jaar zou deze nu uitgestorven menssoort met tussenpozen in Drenthe verblijven. Van hun aanwezigheid zijn echter niet veel sporen achtergebleven. Alleen hun stenen werktuigen herinneren ons aan deze lang vervlogen tijden. Archeologen kunnen echter veel afleiden aan deze oeroude artefacten. Waar zijn ze voor gebruikt? Hoe zijn ze gemaakt en wat vertellen ze ons over het leven van de neanderthaler in Drenthe?
    Zo’n 40.000 jaar geleden stierf de neanderthaler uit en bleef de nieuwkomer Homo sapiens alleen achter. Omdat het noorden van Europa gevangen was in de ijskoude greep van de ijstijd leefden onze verre voorouders in eerste instantie alleen in meer zuidelijkere regio’s. Maar toen de temperatuur steeg, trokken ook deze jagers op den duur naar Drenthe. Omdat zij voornamelijk leefden van de jacht op rendieren, noemen wij hen ‘rendierjagers’. In een tijd van zeer snelle klimaatwisselingen aan het einde van de laatste ijstijd volgden verschillende rendierjagersculturen elkaar snel op. Ook van deze mensen zijn de meeste sporen volledig verdwenen, maar dankzij resten van hun kampementen, haardplaatsen en wederom stenen werktuigen vangen we een glimp op van hun dagelijks leven.
    In ’Van neanderthaler tot rendierjager’ vertellen wij het verhaal van deze prehistorische mensen die leefden in wat archeologen de Oude Steentijd noemen. In een voor ons onherkenbaar Drenthe, volkomen afhankelijk van het klimaat en van wat de natuur hen bood, hadden zij allen hun eigen manier om hier een bestaan op te bouwen. Maar of dit altijd even succesvol was….

    ‘Neanderthalers in Noord-Nederland’ vertelt het verhaal van de oermensen die ca. 400.000 tot 40.000 jaar geleden Noord-Nederland bevolkten. Hoe leefden ze? Waar woonden ze? Hoe zagen ze eruit? Dit boek van de archeologen Marcel Niekus en Evert van Ginkel gaat uitgebreid in op de geschiedenis van het archeologische onderzoek naar Neanderthalers en de huidige stand van zaken.
    In het boek passeren vele vondsten de revue en wordt uitgebreid ingegaan op de activiteiten die de Neanderthaler in Noord-Nederland ontplooide. De Noord-Nederlandse vondsten worden tevens geplaatst in een breder Europees kader, zowel vanuit historisch, geologisch als archeologisch perspectief. Naast een introductie op de evolutie van de mens, het neanderthaleronderzoek, de belangrijke vindplaats Peest wordt in het boek inzicht gegeven in de basisbeginselen van de geologie, tradities in vuursteenbewerking en vele andere onderwerpen. Het boek is rijk geïllustreerd en door korte persoonlijke verhalen van mensen die een rol hebben gespeeld bij de vindplaats Peest is het voor een brede doelgroep geschikt.
    Het boek maakt duidelijk dat de fascinerende zoektocht naar het leven in de oerwereld nog niet voorbij is. De ontwikkeling van (DNA)onderzoek maakt dat de resultaten waarover in dit boek verteld wordt over een aantal jaren wellicht achterhaald zullen zijn. Het onderzoek naar de neanderthalers is, dat moge duidelijk zijn na lezing van dit boek, nog lang niet afgerond.

     37,50