Zalige eenvoud
€ 24,90
Dit boek Zalige eenvoud gaat over de acht zaligsprekingen
van Jezus. Dat zijn de beginwoorden van Jezus’
eerste preek, de Bergrede, waarin hij de essentie van
zijn geloof en de basisprincipes voor een gelukkig, een
‘zalig’ leven formuleert.
De essays in dit boek zijn geschreven door Hinne
Wagenaar. Het zijn persoonlijke reflecties, geschreven
tegen de achtergrond van zeven jaar pionieren met
Nijkleaster, de nieuwe kloosterplek in Jorwert, waar
gezocht wordt naar nieuwe wegen voor geloof en
spiritualiteit.
De auteur ziet Nijkleaster als een onderdeel van een
nieuw-monastieke beweging, waar Bonhoeffer al naar
verlangde in 1935: ‘De tijd is gekomen om mensen
bijeen te brengen tot een nieuw soort monnikendom,
waarin een leven volgens de Bergrede centraal staat.’
Hinne Wagenaar (Nijemirdum, 1962) is sinds 2012
als pionier-predikant verbonden aan de pioniersplek
Nijkleaster en aan de kerkelijke gemeente Westerwert
te Jorwert en omstreken.
Gerelateerde boeken
-
Nooitgedagt
Het Friese stadje IJlst was wereldberoemd in heel Nederland dankzij Nooitgedagt, de fabriek in schaatsen, gereedschap en speelgoed. De opkomst, groei en ondergang van het bedrijf – gesticht en voortgezet door de gelijknamige familie – duurde van 1865 tot 2003. In deze periode waren IJlst en Nooitgedacht onlosmakelijk met elkaar verbonden. De fabriek drukte haar stempel op de stad en veel IJlster gezinnen waren afhankelijk voor hun inkomen van Nooitgedagt. De familie voelde zich verantwoordelijk voor het welbevinden van stad en personeel.
Dit boek toont het verhaal van dit icoon van de Nederlandse maakindustrie, dat staat voor schaalvergroting en dynamiek binnen succesvolle familiebedrijven uit diezelfde periode. Vijf jaar nadat de familie het bedrijf verkocht werd het opgedoekt door toedoen van meedogenloze Amerikaanse multinationals.
-
Terpen- en Wierdenland
De geschiedenis van het Noord-Nederlandse kustgebied – het land van de terpen en wierden – kent maar twee echte hoofdrolspelers: de mens en het water. De rode draad van dit boek is de interactie tussen die twee, vanaf 2500 jaar geleden toen de eerste bewoners op deze plek aankwamen tot nu, met een vooruitblik op de terp van de toekomst. Hoe hebben de bewoners van het kleigebied al die tijd geprofiteerd van, gewerkt met, en soms geleden onder het water?
Erik Betten (historicus, journalist, schrijver) beschrijft in Terpen- en Wierdenland de dynamische ontwikkeling van tweeduizend jaar terpenland, steeds met het huidige landschap als gids. Aan de orde komen onder andere de vorming van het kustlandschap na de laatste ijstijd, de bloei van de Noordzeecultuur, en de bebouwing en het dagelijks leven op de terpen. r -
Joden van Leeuwarden
“Hartog Beem heeft de geschiedenis van de Joodse gemeenten buiten de Randstad op de kaart gezet. Daarvan is dit boek over Leeuwarden een onovertroffen hoogtepunt.” – Rabbijn Edward van Voolen
In 1974 verscheen de eerste editie van ‘Joden van Leeuwarden – Geschiedenis van een Joods Cultuurcentrum’. Als kenner van de joodse bronnen en jarenlang bestuurslid van de gemeente was Hartog Beem (1892 – 1987) als geen ander in staat Joods Leeuwarden van binnenuit te beschrijven, vanaf het prille begin in de zeventiende eeuw tot de jaren zeventig van de vorige eeuw. Hij was al in 1940 gevraagd maar het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog leidde tot uitstel van de plannen. Architectuurhistoricus J.F. van Agt (1922-2013) voegde een hoofdstuk toe over de Friese synagogen, de meeste inmiddels verdwenen.
Voor deze herziene editie schreef Chaim Caran, genealoog van de Friese Joden, een hoofdstuk met nieuwe gegevens over de oudste en de meer recente geschiedenis van de Joden in de Friese hoofdstad, terwijl Edward van Voolen Hartog Beem aan de huidige lezers voorstelt. Ook is het nu voorzien van een namenindex.
De bewogen geschiedenis van de Joden van Leeuwarden krijgt een bijzonder perspectief door de vele citaten uit de notulen van de gemeente, eerst in het Jiddisch en later in het Nederlands. Het tragische lot van de joden in Leeuwarden en het moeizame naoorlogse herstel beschrijft Beem als ooggetuige met ingehouden emotie.
-
Rijk, maar niet in geld
Rijk, maar niet in geld vertelt het verhaal van twee opeenvolgende Friese uitgevers, Kamminga en Laverman, tegen de achtergrond van de intellectualisering van het Fries tussen 1920 en 1970. Deze periode is achteraf beschouwd de ‘Gouden halve eeuw’ van de Friese cultuur: in die halve eeuw settelde het Fries, dat begin 1900 nog een volkstaal was, zich stevig als cultuurtaal, en dat ging gepaard met (en hing ook samen met) een opbloei van de Friestalige cultuur.
De taal is in die periode zowel geïnstitutionaliseerd als geïntellectualiseerd en met name aan die intellectualisering hebben de uitgevers van nature een belangrijke bijdrage geleverd. In die halve eeuw verschenen zo’n 3500 Friese titels op een breed gebied, waaronder kinderboeken, prentenboekjes, literatuur, biografieën, studies over ruimtevaart, sportboeken, handboeken op allerlei gebied, reisgidsen en kookboeken.
Het boek gaat dieper in op de manier waarop uitgevers functioneren in een bepaalde ontwikkelingsfase van een minderheidstaal. En niet alleen dat, maar ook hoe ze functioneerden te midden van andere instituties, zoals emancipatiebewegingen, (semi-)overheidsorganen en culturele en wetenschappelijke instellingen. Waar uitgevers in grotere taalgebieden vooral te maken hebben met de markt en in mindere mate met die institutionele achtergrond, is die verhouding in een kleinschalige omgeving geheel anders.
Tegelijk biedt dit boek ook een kijkje in de uitgeverskeuken. Dat gebeurt aan de hand van de opeenvolgende uitgevers Kamminga (ruwweg voor 1945) en Laverman (ruwweg ná 1945). Daarbij staat Kamminga model voor de aanvankelijk vernieuwingsdrang en latere politisering van het interbellum en Laverman voor de consolidatie van de naoorlogse periode. Ook de andere Friese uitgevers komen overigens uitgebreid aan bod.
Louw Dijkstra (1958) studeerde theologie, maar koos na zijn afstuderen voor een loopbaan in het boekenvak. Na een aantal jaren als vertaler voor verschillende Nederlandse uitgevers te hebben gewerkt, richtte hij in 1994 samen met een compagnon een eigen Friese uitgeverij op. Op dit moment is hij uitgever van Wijdemeer.