Zolang de boom bloeit

Korte geschiedenis van de Friese literatuur
Joke Corporaal

 15,00

De Friese literatuur is uitdrukking van de eigenheid van Fryslân. Door de eeuwen heen hebben Friese schrijvers en dichters in hun eigen taal geschreven: over zichzelf, over hun taal en over hun land. De Friese literatuur kent vele onverwachte schatten die de moeite van het ontdekken waard zijn. Zolang de boom bloeit is daarvoor een mooi startpunt. In zeven hoofdstukken behandelt literatuurwetenschapper Joke Corporaal de belangrijkste ontwikkelingen en kenmerken van de Friese literatuur. Korte ‘venster’-teksten lichten deze geschiedenis vervolgens toe met sprekende voorbeelden over hoogte- en ook dieptepunten.

Verschijningsvorm:
Paperback
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Uitgeverij Bornmeer
Aantal pagina's:
144
Druk:
1
Uitgiftedatum:
15-05-2018
Gewicht:
255 gram
Afmeting:
191x126x13 mm
ISBN:
9789056154547

Gerelateerde boeken

  • Terpen- en Wierdenland

    De geschiedenis van het Noord-Nederlandse kustgebied – het land van de terpen en wierden – kent maar twee echte hoofdrolspelers: de mens en het water. De rode draad van dit boek is de interactie tussen die twee, vanaf 2500 jaar geleden toen de eerste bewoners op deze plek aankwamen tot nu, met een vooruitblik op de terp van de toekomst. Hoe hebben de bewoners van het kleigebied al die tijd geprofiteerd van, gewerkt met, en soms geleden onder het water?
    Erik Betten (historicus, journalist, schrijver) beschrijft in Terpen- en Wierdenland de dynamische ontwikkeling van tweeduizend jaar terpenland, steeds met het huidige landschap als gids. Aan de orde komen onder andere de vorming van het kustlandschap na de laatste ijstijd, de bloei van de Noordzeecultuur, en de bebouwing en het dagelijks leven op de terpen. r

     25,00
  • Oranjekoek

    Oranjekoek

    Tryntsje Nauta
     39,90

    Oranjekoek

    Zoveel Friese bakkers, zoveel oranjekoeken. Een Fries feest is niet compleet zonder oranjekoek. Het zoete banket kent een lange historie en is uitgegroeid tot een feestelijk symbool. Maar zoals ‘dé Fries’ niet bestaat, heeft ook dé oranjekoek vele verschijningsvormen. In een tot fotostudio
    omgebouwd busje is beeldend kunstenaar Tryntsje Nauta op bezoek geweest bij alle drieënnegentig Friese bakkers om hun oranjekoek te documenteren.

    Safolle bakkers, safolle oranjekoeken. In Frysk feest is net kompleet sûnder oranjekoeke. It swiete banket hat in lange histoarje en is útgroeid ta in feestlik symboal. Mar sa as ‘dè Fries’ net bestiet, hat ek dè oranjekoeke in soad ferskiningsfoarmen. Yn in ta fotostudio omboud buske gie keunstner Tryntsje Nauta op besite by alle trijeennjoggentich bakkers om harren oranjekoeke te fotografearjen.

    There are as many oranjekoeken as there are bakeries. A Frisian party is not complete without oranjekoek. This sweet pastry has a long history and has gradually developed into a festive Frisian icon. But just as there is no stereotypical Frisian, likewise oranjekoek comes in many forms. In a minibus converted into a photographic studio photographer Tryntsje Nauta visited all the ninety-three bakeries to photograph their oranjekoek.

     39,90
  • Prinsentuin Leeuwarden

    Prinsentuin Leeuwarden

    Van stadhouderlijke lusthof naar stadswandelpark
    Els van der Laan – Meijer, Willemieke Ottens
     17,90

    Prinsentuin Leeuwarden

    In de monumentale stadskern van Leeuwarden ligt de Prinsentuin, een van de groene parels die de Friese hoofdstad rijk is. Halverwege de zeventiende eeuw werd de tuin als lusthof aangelegd door Stadhouder Willem Frederik van Nassau. Deze lusthof kennen we nu als de Prinsentuin en bevat een schat aan bijzondere verhalen uit verschillende perioden in de geschiedenis van de stad.
    Nadat in 1819 koning Willem I de hoftuin teruggaf aan de bewoners van de stad, schreef het stadsbestuur een opdracht uit tot herinrichting. Deze opdracht hield verband met de ontmanteling van het bolwerk. Daarmee was Leeuwarden een van de eerste steden in Nederland die een openbaar stadswandelpark op de vestingwerken liet aanleggen. Stadsarchitect Gerrit van der Wielen (1767-1858) en ‘architect van buitengoederen’ Lucas Pieters Roodbaard (1782-1851) werkten circa vijfentwintig jaar aan de transformatie van de stad. Naast de Prinsentuin ontwierp Roodbaard een aaneengesloten groenstructuur op het bolwerk, waarin de wandeling centraal stond. Zijn collectie ontwerptekeningen geeft een prachtige inzage in de gefaseerde aanleg vanaf 1821 tot ongeveer 1846.
    Nu, tweehonderd jaar nadat werd aangevangen met de omvorming van de Prinsentuin tot openbaar stadswandelpark, heeft het monumentale groen een nieuwe betekenis gekregen. Het park herbergt het verhaal van het verleden, maar het vraagt tegelijkertijd om een toekomstbestendige visie.

     17,90
  • It Himelbouwerke

    Hasto wolris besocht de stjerren oan te reitsjen? Eise Eisinga besocht dat ek, lang, lang lyn. En witst wat? Hy krige se te pakken! Lês mar gau hoe’t hy dat die.

     7,90