Boerderijen van het Leeuwarder Sint Anthony Gasthuis (1400-1950)

Het ontstaan van een charitatief grootgrondbezit

 49,90

Het ontstaan van het boerderijenbezit van het Leeuwarder Sint Anthony Gasthuis wordt in dit boek beschreven in een brede context van sociaal-culturele en economische veranderingen. Daarmee verandert J.A. Mulder zes eeuwen aan grondtransacties in het Friesland van 1400 tot 1950 in echte belevenissen van pachters, gasthuisvoogden en overheden.

Daarnaast komen veranderingen in de landbouw en vernieuwingen van het Friese boerenhuis uitgebreid aan de orde. Zo spoorde koning Willem III in de tweede helft van de negentiende eeuw adellijke en patricische grootgrondbezitters met succes aan om de vernieuwing van de Nederlandse land- en boerderijbouw ter hand te nemen. Sindsdien waren leden van de adel tevens vertegenwoordigd in het bestuur van het Gasthuis.

Een veelzijdig boek dat niet alleen de opmerkelijke geschiedenis van het ontstaan van een omvangrijk Fries charitatief grootgrondbezit beschrijft, maar tegelijk van bijzondere betekenis is voor de agrarische geschiedenis van Nederland.

J.A. Mulder (1942) is historicus en oud-directeur van Keramiekmuseum Princessehof te Leeuwarden. Hij doet onderzoek naar en publiceert over cultuur- en boerderijhistorische onderwerpen.

Verschijningsvorm:
Hardcover
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Noordboek
Aantal pagina's:
496
Druk:
1
ISBN:
9789464710762
Gewicht:
1949 gram
Afmeting:
277x221x44 mm
Uitgiftedatum:
19-10-2023
Bekijk meer informatie over de auteur(s) van deze titel:

Gerelateerde boeken

  • Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe

    In 1921 stond Zuidoost-Drenthe letterlijk en figuurlijk in brand. De dramatische gebeurtenissen van dat jaar, de aanloop en de onderliggende oorzaken worden in Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe 1860-1921 op indringende wijze beschreven.

    Turfwinning was decennialang de belangrijkste bedrijfstak in Zuidoost-Drenthe. Toen in 1921 de turfwinning in het gebied instortte ontstond een sociale ramp: werkloosheid, armoede en honger. De veenarbeiders kwamen hiertegen massaal in opstand.

    Deze crisis kwam echter niet uit de lucht vallen. Al vijftig jaar eerder waren er tekenen dat de turfwinning zijn langste tijd gehad had, doordat turf steeds meer door steenkool werd vervangen. De teruglopende rentabiliteit werd op de veenarbeiders afgewenteld, onder meer door het verlagen van hun lonen. In dezelfde periode kreeg het socialisme voet aan de grond en werden er vakbonden opgericht. Deze ontwikkelingen zetten de arbeidsverhoudingen verder op scherp. Juist in deze periode raakten in andere gebieden de turfvoorraden uitgeput en verschoof de turfwinning naar Zuidoost-Drenthe. Gesteund door hun vakbonden kwamen de veenarbeiders in opstand. Maar ook binnen de vakbewegingen was rivaliteit. Anders dan in de rest van Nederland speelde in Zuidoost-Drenthe binnen de vakbewegingen vooral de botsing tussen de revolutionaire socialisten en sociaaldemocraten. Het overgeleverde beeld van arme, ongeschoolde en opstandige veenarbeiders is sterk bepaald door deze laatste fase van de vervening.

    Dit boek beschrijft de sociale en economische aspecten van de veenwinning, de opkomst en rivaliteit binnen de vakbewegingen en de aanloop naar de massale arbeidersopstand van 1921 in Zuidoost-Drenthe.

     39,95
  • Het leven van boeren die Hunebedden bouwden

    Het leven van boeren die Hunebedden bouwden

    Een collectieve biografie
    Hein Klompmaker
     28,50

    Het leven van boeren die Hunebedden bouwden

    Tussen 5.000 en 10.000 jaar geleden vond de Neolithische landbouwrevolutie plaats en werd de jager-verzamelaar meer en meer een boer die van een nomadisch bestaan overging naar een vaste nederzetting. Het zijn ‘vluchtige gestaltes’ waar we weinig van weten.

    Zo’n ‘vluchtige gestalte’ is voor auteur Hein Klompmaker de groep boeren die meer dan 5.000 jaar geleden besloten hunebedden te bouwen. De vraag of je deze groep boeren als het ware ‘tot leven zou kunnen wekken’ heeft hem niet meer losgelaten. Hoe leefden deze mensen en waarin verschilt onze tijd wezenlijk van die van de hunebedbouwers? In dit boek gaat Klompmaker als een moderne detective op zoek naar het leven van de boeren die hunebedden bouwden.

    De ontdekking van het Neolithicum wordt in de huidige tijd vooral beschreven als een ‘grand narratif’, waarbij grote lijnen en lange processen de boventoon voeren. Mede door de dominante plaats van archeologie in dit verhaal zijn het gedrag en de normen en waarden van de hunebedbouwende boeren vrijwel buiten beschouwing gebleven. Juist de cultureel-mentale ontwikkeling van de landbouwtransitie verdient nadere bestudering, onderzoek en belangstelling. Deze collectieve biografie voert niet alleen mensen van vlees en bloed op in het historische verhaal, maar laat ook monumenten, voorwerpen en landschappen als quasi-personages optreden en verbindt deze met het leven van alledag. Dat levert niet alleen een wetenschappelijk verantwoorde visie op, maar toont het Neolithicum in al zijn verscheidenheid en diversiteit als een vergane cultuur van mensen, dieren, monumenten en landschappen. Van mensen die, net als wij, een verleden hadden, keuzes maakten in het hier en nu en nadachten over de toekomst. De multidisciplinaire aanpak die Hein Klompmaker in dit boek hanteert, biedt een verrassend nieuwe kijk op het wereldbeeld van de boeren, die hunebedden bouwden.

    Hein Klompmaker is historicus en publicist. Hij wilde aanvankelijk journalist worden maar besloot later zich te richten op geschiedenis. Na de havo volgde hij een lerarenopleiding en studeerde vervolgens geschiedenis aan de Rijksuniversiteit in Groningen. Klompmaker was van 1988 tot 2018 directeur van het Hunebedcentrum in Borger.

     28,50
  • Fries Bakboek

    Fries Bakboek

    Betty Feenstra, Henny Feenstra
     24,90

    Fries Bakboek

    Het Fries Bakboek verzamelt de zoete recepten uit de bakkerstraditie die Fryslân rijk is. Oranjekoek, suikerbrood en dúmkes zijn uiteraard opgenomen, maar ook hooimaal, trommelkoek, vanillestaafjes, reepkoek en allerlei ander bekend en onbekend gebak komt aan bod. Op z’n Fries rjucht en sljucht beschreven, zonder te veel poespas, zodat je het thuis goed kunt maken en een stukje Fryslân uit je keuken tovert.

    De zussen Henny en Betty Feenstra werkten allebei jarenlang bij bakkers in Lemmer. Naast hun dagelijkse banen, Henny als docent en Betty als directeur, bleven ze bakken voor hun gezin, familie en vrienden.

     24,90