Hildegard Von Bingen
€ 27,90
De Duitse abdis Hildegard von Bingen (1098-1179) was in haar tijd een bijzondere persoonlijkheid. Door haar kennis en wijsheid trok ze vooraanstaande geestelijken en edellieden aan die haar om raad kwamen vragen. Ze liet vele geschriften na, waarin ze haar ideeën en visioenen neerschreef over muziek, theologie, mineralogie, kosmologie, filosofie, taalkunde, ethiek en natuurlijk ook kruidengeneeskunde en gezondheidsleer. Ze pleitte voor een holistische aanpak en een leven in harmonie met de natuur en met de medemensen. Want alles stond met alles in verbinding. Daarin was ze haar tijd ver vooruit.
Dit boek spitst zich vooral toe op haar natuurwetenschappelijke visie, in het bijzonder op de kruidenkennis. Haar kruidenadviezen worden vergeleken met een keur van andere historische kruidenboeken, zoals die van Dodoens of Lobelius – en met de hedendaagse kennis over dit onderwerp. Ze doorstaan niet altijd meer de toets van de wetenschap, maar veel van wat ze schreef wordt nog steeds toegepast in de homeopathie.
•••••••••••••••••••
Marcel De Cleene is plantenfysioloog en emeritus aan de Universiteit Gent. Bij uitgeverij Sterck & De Vreese verschenen
van zijn hand veelgeprezen boeken als De Historia Naturalis. De geschiedenis van de kruidengeneeskunde in de Lage Landen; De Naturalis Historia. Vergeten toepassingen van planten en Compendium van rituele planten in Europa.
Gerelateerde boeken
-
Van de vrijheid en de Fries
€ 22,90De legendarische koning Friso en vrijheidsstrijders Magnus en Grutte Pier vochten voor de Friese vrijheid. Want ‘Leaver dea as slaef’ (Liever dood dan slaaf). De strijdbijl is begraven. Toch streeft een deel van de Friezen tot op de dag van vandaag naar vrijheid en onafhankelijkheid. Wie waren en zijn die Friezen? En wat is vrijheid? Robert Adjiet beantwoordt deze vragen via een mix van historische, mythische, filosofische, politieke, kunstzinnige en etymologische beschouwingen. Een boek voor iedereen die met de Friezen wil meedenken over de vraag wat vrijheid ten diepste is.
-
Zul oes Sunterklaos wel kommen
€ 20,00De eerste decennia van de twintigste eeuw bestonden er nog grote regionale en sociale verschillen in de viering van het Sinterklaasfeest. Pakjesavond was een stedelijk verschijnsel dat op het platteland nauwelijks voorkwam. In dorpen werd wel een schoen of klomp gezet met iets voor het paard, maar alleen in burgerlijke kringen was het pakjesavond en verscheen de Sint ook zelf. Scholen gebruikten Sinterklaas als steun bij de opvoeding en ontleenden er prestige aan.
Daarnaast bood de nieuwe viering een alternatief tegen de wilde vormen van sinterklaasvieren die nog op het platteland bestonden: het Klaasjagen, Zwarte Klazen of Sunterklaoslopen. Lawaai makende jongelui trokken potsierlijk verkleed, met onherkenbaar gemaakte zwarte gezichten en uitgerust met kettingen langs de huizen. Ze vroegen naar stoute kinderen, maakten kinderen bang, strooiden pepernoten en vroegen om geld of lekkers. Eind negentiende, begin twintigste eeuw groeide het verzet tegen dit wilde gedoe dat gezien wordt als een vorm van bedelarij. Daartegenover stelde men de nieuwe beschaafde Sinterklaas. Dit proces van verburgerlijking heeft de uniformering van het feest in Nederland tot gevolg gehad.
In dit boek wordt de Drentse Sinterklaastraditie van de afgelopen eeuwen beschreven. Aan het boek werken schrijvers mee die al dan niet in het Drents over Sinterklaas in Drenthe vertellen.
“Een feest als Sinterklaas dat door zovelen wordt gevierd kun je moeilijk beschermen, want het is een cultureel proces dat voortdurend in beweging is. Sinterklaas zal blijven veranderen.” Henk Nijkeuter
“Kalenderfeesten en tradities veranderen door de jaren heen. Als iets duidelijk wordt uit dit boek is het wel dat dat in hoge mate geldt voor het Sinterklaasfeest.” Abel Darwinkel
-
Prinsentuin Leeuwarden
€ 17,90In de monumentale stadskern van Leeuwarden ligt de Prinsentuin, een van de groene parels die de Friese hoofdstad rijk is. Halverwege de zeventiende eeuw werd de tuin als lusthof aangelegd door Stadhouder Willem Frederik van Nassau. Deze lusthof kennen we nu als de Prinsentuin en bevat een schat aan bijzondere verhalen uit verschillende perioden in de geschiedenis van de stad.
Nadat in 1819 koning Willem I de hoftuin teruggaf aan de bewoners van de stad, schreef het stadsbestuur een opdracht uit tot herinrichting. Deze opdracht hield verband met de ontmanteling van het bolwerk. Daarmee was Leeuwarden een van de eerste steden in Nederland die een openbaar stadswandelpark op de vestingwerken liet aanleggen. Stadsarchitect Gerrit van der Wielen (1767-1858) en ‘architect van buitengoederen’ Lucas Pieters Roodbaard (1782-1851) werkten circa vijfentwintig jaar aan de transformatie van de stad. Naast de Prinsentuin ontwierp Roodbaard een aaneengesloten groenstructuur op het bolwerk, waarin de wandeling centraal stond. Zijn collectie ontwerptekeningen geeft een prachtige inzage in de gefaseerde aanleg vanaf 1821 tot ongeveer 1846.
Nu, tweehonderd jaar nadat werd aangevangen met de omvorming van de Prinsentuin tot openbaar stadswandelpark, heeft het monumentale groen een nieuwe betekenis gekregen. Het park herbergt het verhaal van het verleden, maar het vraagt tegelijkertijd om een toekomstbestendige visie.





