Klooster Trimunt
€ 35,00
Klooster Trimunt – De arme dochter van Aduard is een meeslepend boek dat de verborgen geschiedenis van het middeleeuwse cisterciënzer nonnenklooster ‘In Tribus Montibus’ in het Groningse dorpje Trimunt onthult. Dit boek brengt de lezer terug naar de middeleeuwen, waar het klooster een belangrijke rol speelde in zowel contemplatieve als economische activiteiten. Hoewel weinig fysieke overblijfselen bewaard zijn gebleven, bieden kaarten en geschreven bronnen inzicht in het kloosterleven, de economische activiteiten en de relaties met andere kloosters en instellingen. De invloed van het geslacht Van Ewsum op de regio werpt een licht op de machtsdynamiek van die tijd.
Dit diepgaande onderzoek is gebaseerd op archiefonderzoek, literatuur, vergelijkende kloosterbezoeken en taalanalyse, waarbij het Middel Nederduits en de standaardisatie ervan voor communicatie binnen de Hanze worden belicht. Het boek is gestructureerd in informatieve hoofdstukken die de geschiedenis van het klooster, zijn economische en sociale betrokkenheid, en zijn uiteindelijke ondergang belichten. Praktische bijlagen, waaronder lijsten van personen en functies, literatuur- en bronnenlijsten, registers en een handige woordenlijst, maken dit boek tot een waardevolle en toegankelijke bron van kennis.
Klooster Trimunt – De arme dochter van Aduard onthult een vergeten hoofdstuk uit de middeleeuwse samenleving en biedt een intrigerende inkijk in het leven en de activiteiten van het klooster. Het klooster zelf mag dan verdwenen zijn, maar de herinnering aan zijn bestaan leeft voort in straatnamen, een camping en een prachtig bosgebied. Auteur Gunter Brandorff nodigt u uit om de rijke geschiedenis van dit kleine nonnenklooster en het landschap waarin het floreerde te herbeleven.
Gerelateerde boeken
-
En toch zal ik
Marten Douwes Teenstra maakte in zijn tijd naam in de koloniën en als schrijver. Door zijn reizen, eerst in ‘de Oost’, later in ‘de West’ werd hij één van de eerste voorstanders van afschaffing slavernij (abolitionist). Nog vóór Max Havelaar (1860) en De hut van oom Tom (1852) verschenen, veroordeelde Marten al de barbaarse behandeling van de slaafgemaakten in Zuid Afrika, Java en Suriname. Het werd hem niet in dank afgenomen en leverde hem een ‘functie elders’ op.
Met zijn felle woordkeuze maakte Marten zich bij veel mensen niet geliefd. Naast zijn voortdurende strijd tegen de slavernij bleef hij tot zijn dood aantrappen tegen schijnheiligheid en hypocrisie, tegen ‘Cocksianen’, ambtenaren en bijgelovigheid.
Marten was lid van de Nederlandsche Maatschappij ter Bevordering van de Afschaffing der Slavernij,
en na zijn terugkeer in Groningen bestookte hij de regering in Den Haag onvermoeibaar met verzoekschriften om een einde te maken aan de slavernij in de Nederlandse koloniën. Mede door zijn inbreng kwam na 1854 de discussie over de slavernij op gang, waarna vlak voor zijn dood op 1 juli 1863 de slavernij werd afgeschaft.Toch is zijn naam voor veel mensen nu onbekend. Door dit boek krijgt de naam Teenstra weer de bekendheid die het verdient.
-
Joods leven in Friesland
Friesland kent al sinds de zeventiende eeuw een joodse gemeenschap. Net als overal hebben de joden in Friesland een eigen identiteit behouden. Desalniettemin ondergingen ook zij de invloed van hun omgeving. Buitenlandse joden die hier op bezoek kwamen verbaasden zich bijvoorbeeld over de Friese klederdracht (met oorijzer) die ook door joodse vrouwen werd gedragen.
In de Tweede Wereldoorlog wist slechts een minderheid van de joden aan de deportaties te ontkomen. In 1941 bestond de joodse bevolking van Friesland uit ruim 800 personen. Van hen hebben ruim 200 de oorlog overleefd.
In Joods leven in Friesland schetsen de auteurs een beeld van deze grotendeels verdwenen cultuur. Ze doen dat niet alleen aan de hand van een historisch overzicht, maar ook van een aantal portretten van bekende Friese joden en joodse bedrijven.
Verrassend nieuw materiaal is gevonden in de verhalen van joodse onderduikers in Friesland, afkomstig uit de interviews die tussen 1995 en 1998 zijn vastgelegd door het USC Shoah Foundation Institute, geïnitieerd door Steven Spielberg.
Verder bevat het boek beschrijvingen van Friese topstukken in joodse musea en archieven en biedt het een informatief en handzaam overzicht van wat er nu nog te vinden is van het joods erfgoed in Friesland. -
Bastions zonder grenzen
In Bastions zonder grenzen reconstrueren de auteurs de geschiedenis van het militaire erfgoed van Damme, Sluis en IJzendijke. Al tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) bleek dat de oude middeleeuwse burchtmuren niet langer volstonden om zich te beschermen tegen buskruit en vuurwapens. Steden werden versterkt met veelhoekige bastions, forten, schansen, batterijen en linies.
Bastions zonder grenzen richt de schijnwerpers op dit militair erfgoed. Hoe bouwde men zo’n versterking? Welke nieuwe militaire ontwikkelingen en gewijzigde inzichten in strategie en tactiek ontwikkelden zich? De vele plannen, tekeningen, gravures en schilderijen tonen het meesterschap van de militaire bouwheren. Maar vandaag staan we voor de vraag: hoe gaan we om met militair erfgoed? Want de forten hebben hun militaire functie allang verloren en zijn ondertussen belangrijke natuurgebieden of cultuurpodia geworden.Onder leiding van Jan Hutsebaut en Piet Lombaerde (red.) reconstrueren de auteurs Bruno Comer, Eric Huys, Robrecht Pillen, Johan Termote, Caroline Terryn, Harold Van Damme en Arco Willeboordse de geschiedenis van de verdedigingswerken in deze regio.