Kloostermoppen
€ 35,00
In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.
In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.
Gerelateerde boeken
-
Oldengaerde
De eerste oplage van het boek ‘Oldengaerde, het verhaal van een havezate en zijn bewoners’ wordt uitgevoerd met een luxe omslag. Het bijzondere behang dat in Oldengaerde is aangetroffen wordt op het omslag met goudfolie en in reliëf geproduceerd. Verzeker je van een uniek exemplaar en reserveer op tijd, deze luxe editie is verkrijgbaar zolang de voorraad strekt.
Even buiten Dwingeloo ligt havezate Oldengaerde verscholen in het groen van het landgoed. Een statig huis met een prachtig geornamenteerde gevel. Het is gebouwd in dezelfde stijl als de herenhuizen die in de zeventiende eeuw langs de Amsterdamse grachtengordel verrezen.
Oldengaerde is beslist een boek waard, vond Het Drentse Landschap. Ze mag zich sinds een aantal jaren eigenaar van het landgoed noemen en heeft het huis inmiddels geheel in oude glorie hersteld.
Tot nu toe nog is er nog nooit een boek geweest dat het verhaal van Oldengaerde uitgebreid en terdege vertelt. Dit prachtig geïllustreerde boek doet recht aan het belang en de schoonheid van een waardevol Drents monument.
Oldengaerde – Het verhaal van een havezate en zijn bewoners begint diep in de middeleeuwen. Op initiatief van de bisschop van Utrecht ontwikkelde zich in Zuidwest-Drenthe een uniek cultuurlandschap. Belangrijke families als de Van Echtens speelden er een belangrijke rol bij. In de vijftiende eeuw vestigde Reynolt van Echten zich op het familiebezit in Dwingeloo. Zoon Volker was de eerste die zich Van Echten tot Oldengaerde ging noemen.
Vier eeuwen lang woonden de families Van Echten en Van Dongen op Oldengaerde. Zij maakten in de zeventiende en achttiende eeuw van Oldengaerde het voorname huis dat het tot op de dag van vandaag gebleven is. In de negentiende eeuw kwam Oldengaerde via Aalt Willem van Holthe in eigendom van de familie Westra van Holthe.
Oldengaerde – Het verhaal van een havezate en zijn bewoners is het gezamenlijk product van een groep auteurs die de verschillende hoofdstukken steeds vanuit hun eigen expertise benaderen. Samen brengen ze de markante eigenaren van Oldengaerde voor het voetlicht en nemen de lezer mee naar de tijd waarin ze leefden.
Deze bijzondere invalshoek geeft het boek een veel breder perspectief en kan het verhaal van Oldengaerde laten zien hoe de Drentse samenleving zich de afgelopen eeuwen ontwikkelde.Rijk geïllustreerd en toegankelijk geschreven is OIdengaerde – Het verhaal van een havezate en zijn bewoners een boek voor een breed publiek met interesse in de prachtige geschiedenis van de landgoederen van Drenthe en Nederland.
Het boek is een samenwerkingsproject van Het Drentse Landschap en Uitgeverij Koninklijke Van Gorcum. Het plan is dat het boek in mei 2023 zal verschijnen.
-
De verstandige kock
De verstandige kock, of sorghvuldige huyshoudster was een kleine honderd jaar lang dé culinaire bestseller van Nederlandse bodem. Het is het enige gedrukte Nederlandstalige kookboek uit de zeventiende eeuw in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. De Amsterdamse druk uit 1669 werd als sluitstuk opgenomen in het driedelige Het Vermakelijck landtleven, een handleiding voor buitenplaatsbezitters om zelfvoorzienend te zijn. Een kookboek om lekker te koken met wat de grond schaft.
MARLEEN WILLEBRANDS, ALEXANDRA VAN DONGEN EN MANON HENZEN
De verstandige kok Lekker koken met wat de grond schaft Marleen Willebrands, neerlandica en culinair-historisch deskundige, hertaalde 194 recepten in modern-Nederlands en geeft uitgebreide achtergrondinformatie bij dit bijzondere kookboek. Alexandra van Dongen, kunsthistorica en conservator van Museum Boijmans Van Beuningen, beschrijft het keuken- en tafelgerei dat voorkomt in De verstandige kok aan de hand van eigentijdse schilderijen en voorwerpen, en koppelt dit aan de recepten. Manon Henzen, culinair historica en eigenaar van historisch kookatelier eet!verleden, bewerkte twintig tongstrelende recepten voor de moderne keuken. Zo kan iedereen de smaak van de zeventiende eeuw ontdekken. -
Rottumeroorlog
Op een kleine stukje natuurgebied met een oppervlakte van 2.5 km2 verwachtte men eind jaren 30 van de vorige eeuw weinig dreiging van de op handen zijnde oorlog. Maar omdat Rottumeroog vlak bij het Duitse eiland Borkum ligt, was al in april 1939 de Nederlandse marine gestationeerd op het eiland en voegden in september 1939 een aantal mannen van de infanterie zich bij deze groep. Op 10 mei 1940 was dan toch zover: vanuit het eiland Borkum werd Rottumeroog met een aantal bewapende boten ingelijfd door de Duitse bezetters. Zonder geweld werd het eiland overgegeven en de 30 Nederlandse militairen zonder problemen krijgsgevangen gemaakt en via Borkum naar een kamp in Wilhelmshaven, en later Lückenwalde overgebracht.
Er werd door de Duitsers een zware luchtafweerbatterij gebouwd, ondersteund door zoeklichten en een luisterapparaat. Voor de ongeveer 100 Duitse soldaten werden barakken gebouwd op het eiland. De verveling was dodelijk en de barakken werden bedreigd door overstromingen. Na enkele maanden verhuisde men het geheel naar Schiermonnikoog en werden er verder naar het oosten toe andere stellingen gebouwd. Door de continue afkalving van het eiland moesten keer op keer de stellingen steeds verder naar het oosten verhuisd worden. Bovendien spoelden op het eiland regelmatig oorlogsslachtoffers aan en kwamen er veel vliegtuigen in de omgeving terecht.
Waarom werd er door de Duitsers zoveel moeite gedaan om de verdediging op Rottumeroog in stand te houden en hoe zag die verdediging er precies uit? Hoe was het dagelijkse leven van de soldaten en hoe werd er omgegaan met de aangespoelde lijken en welke vliegtuigen crashten er? Hoe verging het met de eilandvoogd Toxopeus en zijn familie? Door intensief onderzoek en gebruik te maken van uniek bronnenmateriaal wist auteur Ties Groenewold de geheimen van Rottumeroog te ontrafelen.
Het rijk geïllustreerde boek belicht de geschiedenis van Rottumeroog van zowel de Nederlandse als Duitse zijde, zowel militair als civiel. Het boek is voorzien van uniek beeldmateriaal o.a. afkomstig uit persoonlijke fotoalbums van de Duitse soldaten en is daarnaast voorzien van uniek kaartmateriaal. Het verhaal wordt geschreven vanuit betrouwbare bronnen, zoals Duitse oorlogsrapporten en het journaal van de toenmalige eilandvoogd Jan Toxopeus en is interessant voor een breed publiek.
Ties Groenewold (1992) uit Middelstum, thans woonachtig in Delfzijl, is werkzaam als hovenier. De uren buiten werktijd worden besteed aan de Tweede Wereldoorlog. Ties is eigenaar van het Oorlogsmuseum Middelstum waar hij allerhande zaken uit de oorlog tentoonstelt, vooral gericht op Noord-Nederland en Ostfriesland. Verder verricht hij onderzoek naar de oorlog in de provincie Groningen en de Eems-Dollard regio en publiceert hierover in tijdschriften van verschillende verenigingen. In 2019 verscheen zijn eerste boek Flugwache Warffum.
-
Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe
In 1921 stond Zuidoost-Drenthe letterlijk en figuurlijk in brand. De dramatische gebeurtenissen van dat jaar, de aanloop en de onderliggende oorzaken worden in Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe 1860-1921 op indringende wijze beschreven.
Turfwinning was decennialang de belangrijkste bedrijfstak in Zuidoost-Drenthe. Toen in 1921 de turfwinning in het gebied instortte ontstond een sociale ramp: werkloosheid, armoede en honger. De veenarbeiders kwamen hiertegen massaal in opstand.
Deze crisis kwam echter niet uit de lucht vallen. Al vijftig jaar eerder waren er tekenen dat de turfwinning zijn langste tijd gehad had, doordat turf steeds meer door steenkool werd vervangen. De teruglopende rentabiliteit werd op de veenarbeiders afgewenteld, onder meer door het verlagen van hun lonen. In dezelfde periode kreeg het socialisme voet aan de grond en werden er vakbonden opgericht. Deze ontwikkelingen zetten de arbeidsverhoudingen verder op scherp. Juist in deze periode raakten in andere gebieden de turfvoorraden uitgeput en verschoof de turfwinning naar Zuidoost-Drenthe. Gesteund door hun vakbonden kwamen de veenarbeiders in opstand. Maar ook binnen de vakbewegingen was rivaliteit. Anders dan in de rest van Nederland speelde in Zuidoost-Drenthe binnen de vakbewegingen vooral de botsing tussen de revolutionaire socialisten en sociaaldemocraten. Het overgeleverde beeld van arme, ongeschoolde en opstandige veenarbeiders is sterk bepaald door deze laatste fase van de vervening.
Dit boek beschrijft de sociale en economische aspecten van de veenwinning, de opkomst en rivaliteit binnen de vakbewegingen en de aanloop naar de massale arbeidersopstand van 1921 in Zuidoost-Drenthe.