Ornamentiek in Nederland
€ 34,90
Versieringen aan gebouwen hebben niet alleen een naam, maar vertellen ook een verhaal. Deze praktische en visuele gids biedt een overzicht van veel voorkomende ornamenten en versieringen aan Nederlandse gebouwen. Het rijk geïllustreerde boek – bijna 500 foto’s in kleur! – beschrijft welke versieringen typerend zijn voor bepaalde bouwstijlen en koppelt ze ook aan specifieke gebouwtypes en modes. Zo worden blikvangers aan gebouwen fijne eyeopeners, waardoor je een gebouw kunt plaatsen in zowel de tijd als de tijdgeest.
Ornamentiek in Nederland is handig ingedeeld en bevat een plaatsnamen- en termenregister, zodat de lezer makkelijk iets op kan zoeken.
Wil van der Veur werkte tot aan zijn pensioen als docent Nederlands en Culturele en Kunstzinnige Vorming in het voortgezet onderwijs. Daarnaast was hij verbonden aan het Pedagogisch Didactisch Instituut van de Universiteit Utrecht.
Gerelateerde boeken
-
Landgoed De Braak
Vlakbij de stad Groningen, op de provinciegrens met Drenthe, ligt het landgoed De Braak. In de zeventiende eeuw stichtte de Groningse elite een buiten, gelokt door het aantrekkelijke landschap zo dicht bij de stad. Eerst waren het de welgestelde burgers die hier hun buitenverblijf hadden, later zou De Braak een geliefd wandeloord worden voor de Stadjers.
In 1827 kocht ondernemer Abraham Hesselink het landgoed en hij gaf de bekende tuinarchitect Lucas Pieters Roodbaard (1782-1851) de opdracht om de strakke lanen te transformeren naar een landschappelijke aanleg met schitterende waterpartijen. De erven Hesselink hebben in 1888 De Braak verkocht aan de bekende Groningse industrieel Jan Evert Scholten. Hij transformeerde De Braak in enkele jaren tot een aantrekkelijk en succesvol openbaar wandelpark , voorzien van de nodige attracties.In 1920 kocht het jonge Natuurmonumenten de Braak, waarmee het voor deze vereniging de eerste aankoop van een compleet landgoed was. De publieksfunctie van dit wandelpark werd daarmee voor de stad en de streek voor de verdere toekomst gegarandeerd. In de afgelopen honderd jaar zocht Natuurmonumenten naar een evenwicht tussen het aantrekkelijke wandelpark en hoge natuur- en cultuurwaarden. Het verhaal van de eigenaren en het beheer op het oude landgoed van de afgelopen tweehonderd jaar is nog altijd beleefbaar voor de wandelaars uit Groningen en Drenthe en ver daarbuiten.
-
Buigen onder de storm
Philip Mechanicus (Amsterdam 1889 – Auschwitz-Birkenau 1944) was voor de oorlog een beroemd journalist, wiens carrière na de Duitse inval eindigde met zijn verwijdering van het Algemeen Handelsblad. Toch zou hij zijn grootste prestatie pas daarna leveren, tijdens zijn anderhalfjarig verblijf in Durchgangslager Westerbork. Daar schreef hij onder zware omstandigheden, in schoolschriftjes, het dagboek In depot, een van de meest indrukwekkende egodocumenten uit de Tweede Wereldoorlog.
‘Ik heb het gevoel alsof ik als officieel reporter een schipbreuk versla,’ omschreef hij zelf zijn gedwongen internering in dit voorportaal van de hel. Na Westerbork werd Mechanicus via Bergen-Belsen naar Auschwitz-Birkenau gedeporteerd, waar hij in oktober 1944 werd doodgeschoten.Mechanicus’ leven weerspiegelt de bewogen geschiedenis van zijn tijd. Hij was afkomstig uit de arme jodenbuurt van Amsterdam en ontwikkelde zich door zelfstudie tot journalist. Via Het Volk en twee bladen in Nederlands-Indië kwam hij in 1920 bij het Algemeen Handelsblad terecht. Hij was een pionier in het verslaan van de ontwikkelingen in de Sovjet-Unie en in Palestina. Zijn scherpe analyses van het opkomende nazisme geven een wrange dimensie aan zijn eigen lot.
In Buigen onder de storm beschrijft journalist Koert Broersma op basis van diepgaand onderzoek en gesprekken met tientallen getuigen het bijzondere leven van Philip Mechanicus. Deze uitgebreide en geheel herziene uitgave bevat tal van nieuwe, recente onderzoeksresultaten en niet eerder gepubliceerde dagboek- en brieffragmenten.
Koert Broersma (1955) heeft diverse boeken over uiteenlopende onderwerpen geschreven. In 2016 publiceerde hij een interviewbundel over de Drentse bluesband Cuby & the Blizzards (Somebody will know someday), dat een jaar later de Publieksprijs van de Drentse Historische Vereniging won. Als vrijwillig onderzoeksmedewerker was hij enkele jaren verbonden aan Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Deze uitgave over Philip Mechanicus, maar ook het onderzoek dat hij samen met collega Gerard Rossing naar de beroemde Westerbork-film verrichtte (Kamp Westerbork gefilmd, 1997), zijn hiervan het gevolg.
‘Je weet wel zo’n beetje wat zich in kamp Westerbork heeft afgespeeld. Denk je. Juist daarom is het zo schokkend dat je in dit boek elke keer weer wordt verrast door nieuwe feiten. Bijzonder is ook de ontdekking van nooit gepubliceerde dagboekgegevens. Alleen al het opvullen van deze omissie geeft deze indrukwekkende heruitgave een heel bijzondere lading.’ Frits Barend
-
Lege plekken
Van de grote Joodse gemeenschap die Groningen kende, keerde na de oorlog vrijwel niemand terug. De voormalige Joodse buurt in en rond de Folkingestraat was uitgestorven, de synagoge bood veel meer ruimte dan de kleine gemeenschap kon vullen en benadrukte zo de afwezigheid van velen. De titel ‘Lege plekken’ verwijst naar deze afwezigen, maar ook naar de leegte die zij achterlieten in bredere zin: in het straatbeeld en de herinnering.
In dit boek wordt de plaats van de Joodse gemeenschap in de niet-Joodse omgeving geanalyseerd; in het bijzonder de relatie tussen de gemeente Groningen en haar Joodse stadjers. Op welke wijze is er in en na de oorlog met Joods vastgoed omgesprongen en was daarbij sprake van rechtsherstel? Ook de rol die de Groningse politie had bij het arresteren en deporteren van Joden wordt belicht, evenals de criteria waarmee de naoorlogse zuivering binnen het politieapparaat plaatvond. En hoe verliep de terugkeer en opvang van Joodse repatrianten na de oorlog? Daarbij wordt nagegaan wie hen onderdak verleenden of hen voorzagen van de benodigde kleding en voeding. Het afsluitende hoofdstuk analyseert de ontwikkelingen in de naoorlogse herinneringscultuur. Aan de orde komen de monumenten en de verschillende wijzen waarop deze de ontstane leegte vertolken. Zo trachten verscheidene historici in dit boek de ontstane leegte te markeren en te duiden.
Stefan van der Poel is universitair docent bij de vakgroep Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zijn belangstelling gaat vooral uit naar de Joodse en Midden-Europese geschiedenis. In 2004 promoveerde hij op Joodse stadjers. De joodse gemeenschap in de stad Groningen, 1796-1945.
-