Soa het ut weest
€ 19,90
Leeuwarden heeft een historische stadskern om zuinig op te zijn. In de eerste naoorlogse jaren leefde dat besef nog niet zo: het motto was ‘bouwen, bouwen, bouwen’ om de woningnood te lenigen. Vervolgens werd de auto als heilige koe omarmd en dreigden grachten gedempt en terpen geslecht te worden: rijden, rijden, rijden… Tot de babyboomers in opstand kwamen: niet alles hoeft plat.
Babyboomer en oud-redacteur van de Leeuwarder Courant Pieter de Groot (1946) besloot in 1997 deze en andere gebeurtenissen uit het stadsverleden in herinnering te roepen in de zaterdagkrant, met als kapstok vaak een actueel onderwerp. Van de inmiddels meer dan duizend columns liet hij er voor zijn 75ste verjaardag 75 uitzoeken. Na ruim 25 jaar blijkt niets zo vluchtig als de actualiteit en niets zo moeilijk als het voorspellen van de toekomst.
Gerelateerde boeken
-
Fokje Pasma (1865-1956)
€ 24,90De doopsgezinde Friese boerendochter Fokje Pasma (1865-1956) was een zelfbewuste, dienstbare vrouw die haar eigen weg zocht. Ze was de muze van Pieter Jelles Troelstra, bevrijdde zich van een gewelddadige echtgenoot en verschafte zich economische onafhankelijkheid door als alleenstaande moeder alsnog een opleiding te volgen. Ze vestigde zich als vroedvrouw in Oostburg en Vlissingen, waar ze in 1914 het Moederhuis oprichtte. Ook was ze de stuwende kracht achter de oprichting van een Vereniging tot Kraamverzorging en Zuigelingenbescherming in Vlissingen.
Bertus Mulder (Heerenveen, 1949) studeerde arbeidssociologie, was docent sociale geschiedenis en promoveerde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Eerder schreef hij biografieën over Jaap Nieuwenhuize en Sophie Louisa Kwaak en verschenen zijn studies over Pieter Jelles Troelstra.
-
Tales of Veenhuizen
€ 15,00Voor iedere niet Nederlands sprekende bezoeker blijft Veenhuizen met haar bijzondere geschiedenis een gesloten boek. Daar kwam de uit Zuid-Korea afkomstige ontwerper Minsung Wang achter toen hij een bezoek bracht aan het dorp. Ondanks de internationale ambities is alles, van folder tot bijschriften op museumbordjes, in het Nederlands.
Speciaal voor buitenlandse bezoekers maakte Minsung het Engelstalige boek, Tales of Veenhuizen. Tales of Veenhuizen is een geïllustreerd boek over de unieke historie van het erfgoed en de cultivering van elk aspect van Veenhuizen. In zeventien korte verhalen, wordt de geschiedenis verteld aan de hand van de moralistische gevelteksten uit de periode van de Maatschappij van Weldadigheid, zoals Orde en Tucht, Werk en Bid en Rust Roest, die overal in Veenhuizen te zien zijn.Veenhuizen and its specific history can easily remain a closed book to the non-Dutch speaking visitor. This became clear to the South-Korean Minseong Wang when he visited the village. Despite the international ambitions of village, almost everything from brochure to the explanatory texts in the museum, is written in Dutch.
So in order to cater to the foreign visitors, Minseong created the book Tales of Veenhuizen, written in English. Tales of Veenhuizen is an illustrated book about the unique history of the heritage and cultivation of every aspect of Veenhuizen. In seventeen short stories, the history becomes more apparent on the basis of the moralist texts originating from the age of the Maatschappij van Weldadigheid (the Benevolent Society). Examples of these texts are Orde en Tucht (Order and Discipline), Werk en Bid (Work and Pray), and Rust Roest (Rest makes Rusty), that can be found everywhere on the house façades in Veenhuizen. -
Lege plekken
€ 25,00Van de grote Joodse gemeenschap die Groningen kende, keerde na de oorlog vrijwel niemand terug. De voormalige Joodse buurt in en rond de Folkingestraat was uitgestorven, de synagoge bood veel meer ruimte dan de kleine gemeenschap kon vullen en benadrukte zo de afwezigheid van velen. De titel ‘Lege plekken’ verwijst naar deze afwezigen, maar ook naar de leegte die zij achterlieten in bredere zin: in het straatbeeld en de herinnering.
In dit boek wordt de plaats van de Joodse gemeenschap in de niet-Joodse omgeving geanalyseerd; in het bijzonder de relatie tussen de gemeente Groningen en haar Joodse stadjers. Op welke wijze is er in en na de oorlog met Joods vastgoed omgesprongen en was daarbij sprake van rechtsherstel? Ook de rol die de Groningse politie had bij het arresteren en deporteren van Joden wordt belicht, evenals de criteria waarmee de naoorlogse zuivering binnen het politieapparaat plaatvond. En hoe verliep de terugkeer en opvang van Joodse repatrianten na de oorlog? Daarbij wordt nagegaan wie hen onderdak verleenden of hen voorzagen van de benodigde kleding en voeding. Het afsluitende hoofdstuk analyseert de ontwikkelingen in de naoorlogse herinneringscultuur. Aan de orde komen de monumenten en de verschillende wijzen waarop deze de ontstane leegte vertolken. Zo trachten verscheidene historici in dit boek de ontstane leegte te markeren en te duiden.
Stefan van der Poel is universitair docent bij de vakgroep Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zijn belangstelling gaat vooral uit naar de Joodse en Midden-Europese geschiedenis. In 2004 promoveerde hij op Joodse stadjers. De joodse gemeenschap in de stad Groningen, 1796-1945.





