Trilbil en duivelsdrek
€ 19,90
Trilbil en Duivelsdrek. 17 oude Groninger sprookjes van Trijntje Soldaats en haar toehoorders (naar het handschrift uitgegeven)
In 1801 verloren de jonge Groninger broertjes Gerrit en Kornelis Arends hun moeder. De eenvoudige naaister Trijntje Wijbrands, alias Trijntje Soldaats, vertelde tijdens de klusjes sprookjes. Gerrit, 11 jaar oud, schreef ze met een ganzenveer op in een ongebruikt kasboekje van zijn vader; hij noemde het zijn “Vertelsel Boektje”.
De verhaaltjes zijn opgetekend in een kinderlijke ‘en toen en toen’-stijl, zonder veel interpunctie en met de nodige doorhalingen. In aandoenlijk Nederlands, maar tegelijkertijd behoorlijk rauw en volwassen, vertellen de sprookjes over de griezelige Trilbil en de smerige Duivelsdrek. Ze stammen uit de mondelinge traditie van vóór de Grimms en Andersen. Dit handschriftje is wonderwel nooit weggegooid maar steeds doorgegeven binnen de familie. Ruim een eeuw na optekening, in 1928, werden de verhalen in samenwerking met kunstenaars van De Ploeg gepubliceerd.
Theo Meder, Eline van Ekert en David de Vries brengen vandaag de 17 vertellingen, volkomen letterlijk naar het handschrift getranscribeerd, opnieuw tot leven. Daarmee komen ook nieuwe inzichten aan het licht zoals de volgorde van de verhalen waardoor we plots zien hoe het ene verhaal het volgende opriep. Uiterst belangrijk Gronings en Nederlands erfgoed!
Gerelateerde boeken
-
-
Fokje Pasma (1865-1956)
De doopsgezinde Friese boerendochter Fokje Pasma (1865-1956) was een zelfbewuste, dienstbare vrouw die haar eigen weg zocht. Ze was de muze van Pieter Jelles Troelstra, bevrijdde zich van een gewelddadige echtgenoot en verschafte zich economische onafhankelijkheid door als alleenstaande moeder alsnog een opleiding te volgen. Ze vestigde zich als vroedvrouw in Oostburg en Vlissingen, waar ze in 1914 het Moederhuis oprichtte. Ook was ze de stuwende kracht achter de oprichting van een Vereniging tot Kraamverzorging en Zuigelingenbescherming in Vlissingen.
Bertus Mulder (Heerenveen, 1949) studeerde arbeidssociologie, was docent sociale geschiedenis en promoveerde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Eerder schreef hij biografieën over Jaap Nieuwenhuize en Sophie Louisa Kwaak en verschenen zijn studies over Pieter Jelles Troelstra.