De taal van recht en vrijheid

Studies over middeleeuws Friesland

 25,00

In de middeleeuwen besloeg Friesland een veel groter gebied dan tegenwoordig.Langs een groot deel van de
huidige Nederlandse en Duitse Noordzeekust werd Fries gesproken en geschreven. Middeleeuws Friesland
was echter geen bestuurlijke eenheid, maar eerder een verzameling losse ‘republiekjes’, onderling verbonden door het idee van een Friese ‘vrijheid’. Daarmee vormde dit gebied een uniek geval in middeleeuws West-Europa.

De historicus en oudfrisist Oebele Vries is een van de belangrijkste autoriteiten op het gebied van de Friese
middeleeuwen. Voor dit boek zijn, ter gelegenheid van Vries’ 65ste verjaardag,achttien van zijn artikelen geselecteerd die van blijvende invloed op de Friese historiografie zijn. Deze stukken zijn ingedeeld aan de hand van
wat als hoofdthema’s binnen Vries’ oeuvre gelden: politieke geschiedenis, vetewezen, en recht en de Oudfriese rechtsterminologie van middeleeuws Friesland. Het boek opent met een uitgebreid interview met de auteur.

Fries – Nederlands – Duits

Uitgiftedatum:
25-05-2012
ISBN:
9789056152772
Afmeting:
236x166x42 mm
Gewicht:
1192 gram
Druk:
1
Aantal pagina's:
464
Uitgeverij:
Fryske Akademy
Taal:
Nederlands
Verschijningsvorm:
Hardcover
Bekijk meer informatie over de auteur(s) van deze titel:

Gerelateerde boeken

  • Kleur Veenhuizen

    Kleur Veenhuizen

    Handboek voor onderhoud
    Els Bet, Heide Hinterthür
     29,95

    Kleur Veenhuizen

    KLEUR VEENHUIZEN is het handboek bij de kleurenwaaier voor Veenhuizen. Het is gemaakt voor bewoners, eigenaren en beleidsmakers, maar ook voor wie nieuwsgierig is naar de ontstaansgeschiedenis van de gebouwen en het landschap.

    De ‘pauperkolonie’ Veenhuizen werd in 1822 gebouwd om bedelaars, landlopers en arme gezinnen uit de grote steden een beter bestaan te geven op het platteland. Gaandeweg ontwikkelde Veenhuizen zich tot een strafkolonie. De transformatie tot gevangenisdorp bracht een enorme bouwproductie op gang. Aan het begin van de 20e eeuw was Veenhuizen een zelfvoorzienend gevangenisdorp geworden met scholen, kerken, een hospitaal, werkgebouwen, boerderijen en dienstwoningen waarin het leven tussen gevangenen en bewoners sterk met elkaar vervlochten was. Tot 1983 was Veenhuizen gesloten voor publiek. Hier woonde alleen wie er ook werkte. Met uitzondering van de kerken was heel Veenhuizen in bezit van het Rijk en werd door het Rijk collectief beheerd en onderhouden.

    Veenhuizen is ondertussen veranderd van een Justitiedorp in een woonlandschap met daarin nog steeds een aantal in gebruik zijnde gevangenissen. De overgang van één grote eigenaar naar vele eigenaren betekent de overgang van collectief naar individueel uitgevoerd onderhoud en beheer. Vooral bij de woonhuizen worden de gevolgen hiervan zichtbaar. Ramen worden vervangen, luiken verdwijnen en het schilderwerk van de onderdelen krijgt andere kleuren. Daardoor vervagen de zo karakteristieke reeksen en families van gebouwen.

    Het handboek en de kleurenwaaier richten zich op de modelwoningen en -boerderijen uit de periode tussen 1884 en 1930 en op de structurerende en terugkerende onderdelen van de bebouwing en het landschap. Daar zijn een aantal praktische redenen voor. De grondtoon van Veenhuizen ligt verankerd in de herhaalbare gebouwtypes en de algemene dragers van het landschap. Het zijn met name deze woningen en boerderijen die particulier beheerd en onderhouden gaan worden en die belang hebben bij toegankelijke en hanteerbare kennis. Het handboek vult de kleurenwaaier aan met kennis van de gebouwen, hoe ze zijn gebouwd, met welke bouwmaterialen, details en kleuren. En het laat de landschappelijke onderdelen zien die het karakteristieke beeld bepalen, in de straat en op het erf.

     29,95
  • Onderweg naar 1832

    Onderweg naar 1832

    Een groepsbiografie uit de Groningse school
    Mineke van Essen
     22,50

    Onderweg naar 1832

    Onderweg naar 1832 vertelt het verhaal van zes jonge mensen uit eenvoudige milieus, met ieder een bijzondere geschiedenis. Twee vrouwen en vier mannen, van wie één met Joodse migrantenwortels. Het speelt tegen de achtergrond van de schoolwereld uit de vroege negentiende eeuw en loopt vanaf hun kindertijd tot 1832. In dat jaar waren ze als dertigers aanwezig op een legendarisch jubileumfeest ter ere van hun onderwijsinspecteur. Ze hadden toen, gegeven hun afkomst en sekse, binnen het onderwijs opvallend carrière gemaakt. Op basis van historische bronnen laat het boek zien hoe dit kwam en wat ze onderweg naar 1832 meemaakten.

    Samen geven de zes biografische verhalen een beeld van vroege ontwikkelingen binnen het lerarenberoep. Onderwijsvernieuwing was in deze periode het sleutelwoord. Geleidelijk nam daardoor de vakbekwaamheid toe, verbeterden de arbeidsomstandigheden en steeg het sociale aanzien van de beroepsgroep – maar alleen voor de mannen. Het boek maakt ook de onontkoombare man-vrouw verschillen van deze periode zichtbaar.

    De jonge levens van de zes speelden zich grotendeels af in de stad Groningen, toen een belangrijk centrum van onderwijsvernieuwing. Ze stonden in de voorhoede van de nieuwe Nederlandse school. Het boek vertelt de nauw met elkaar verweven verhalen over deze bijzondere pioniers: een idealistische dovenonderwijzer, de ontwerper van de pabo, Nederlands eerste kleuterpedagoge, een talenvirtuoos die botste op de grenzen van de tolerantie, een heel vroege carrièrevrouw, en de wegbereider van de Algemene Onderwijsbond (AOb). Ingekleurde momentopnamen van opvallende gebeurtenissen in hun bestaan – een dramatische vergadering, een liefde, een stedentripje naar Amsterdam, een onvergetelijke les – brengen de personen tot leven. Een bijzondere combinatie van feiten en fictie.

    Mineke van Essen is historisch pedagoog en emeritus hoogleraar van de Rijksuniversiteit Groningen.

     22,50
  • Hannekemaaiers en Kiepkerels

    Vanaf de Gouden Eeuw tot aan de Eerste Wereldoorlog kwamen elk voorjaar duizenden seizoenarbeiders vanuit Duitsland naar Nederland om de boeren te helpen bij de hooioogst. Ze werden hannekemaaiers, mieren of poepen genoemd. Individueel of in groepjes boden ze zich aan. Boeren in het noorden hadden gemiddeld twee tot vier hannekemaaiers aan het werk. Sommigen kwamen jaar na jaar terug bij dezelfde boer. Anderen handelden in linnenwaren. Deze ‘lapkepoepen’ vormden de basis van talloze winkels en bedrijven in kleding en textiel die nu nog steeds in Nederland aanwezig zijn.
    In Hannekemaaiers en Kiepkerels beschreef Kornelis Mulder (1916-1978) de geschiedenis, de herkomst en de invloed van deze seizoenarbeiders.

     16,90
  • Schoffies in Salland

    Schoffies in Salland

    Een geschiedenis van het Rijksopvoedingsgesticht Veldzicht 1894 - 1933
    Jasmijn Vervloet
     23,50

    Schoffies in Salland

    Vanaf 1894 duiken er in het Sallandse landschap plots grote aantallen jongens op.
    Deze schoffies gaan hier niet vrijwillig heen: ze worden voor een heropvoeding naar Balkbrug gestuurd. In het rijksopvoedingsgesticht Veldzicht wordt geprobeerd om deze jongens een ambacht aan te leren, in de hoop dat zij daarna een goede plek in de maatschappij zullen vinden. Op haar hoogtepunt wonen hier zo’n 240 jongens.

    Maar wat is een rijksopvoedingsgesticht eigenlijk? En wat doen die jongens daar dan? Hoe is Veldzicht verbonden met het omringende landschap? En wat heeft de Kolonie van Weldadigheid de Ommerschans met dit alles te maken?

    Jasmijn Vervloet neemt een duik in de geschiedenis van Veldzicht. Door de ogen van een schoffie vertelt zij het verhaal van het rijksopvoedingsgesticht en haar bewoners. Leer meer over de geschiedenis van de penitentiaire jeugdzorg, bewonder de vele foto’s die het boek rijk is of maak de architectuurhistorische rondwandeling. Kom mee naar Veldzicht!

     23,50