-
Het falen van de Hoge Raad
Over strategieën van de Hoge Raad om herzieningsverzoeken niet toe te wijzen
Als je onterecht wordt veroordeeld voor een moord of andere zwaar misdrijf, kun je altijd nog terecht bij de Hoge Raad. Althans, op papier. De praktijk is anders, constateert wetenschapsfilosoof Ton Derksen. De Hoge Raad herziet een oordeel zelden. De bereidheid daartoe is simpelweg afwezig. Om dit te rechtvaardigen verlaat de Raad zich op strategieën die regelrecht in strijd zijn met objectieve waarheidsvinding, met het recht en met rechtvaardigheid.
Derksen trekt deze verregaande conclusie na grondige bestudering van elf herzieningsaanvragen in vijf grote moordzaken – de Butlermoord, de zaak Baybasin, de zaak Olaf Hamers, de zaak Hagemann en de Arnhemse villamoord. In alle zaken blijkt sprake van willekeur, onbegrip en kennelijke onwil. Omdat de Hoge Raad geen eerlijk oordeel over herzieningsaanvragen lijkt te willen vellen, is het volgens Derksen beter om een onafhankelijke Herzieningsraad op te tuigen, die de taak van de Hoge Raad overneemt.
Een schokkend boek over het falen van ons hoogste rechtsorgaan.
Het Financieele Dagblad
Recensie‘Willekeur, onbegrip en kennelijke onwil.
Na bestudering van elf herzieningsaanvragen in vijf grote moordzaken stelt Ton Derksen in Het falen van de Hoge Raad vast dat een onafhankelijke Herzieningsraad de taak van het huidige hoogste rechtscollege moet overnemen.’ -
Dierenrechten en maatschappelijke vooruitgang
Wie overweegt vrouwen rechten toe te kennen, kan ze net zo goed gelijk aan dieren geven, grapt Thomas Taylor vol sarcasme in 1792. Precies een eeuw later beseft de Britse emancipatiestrijder Henry Salt, dat Taylor (onbedoeld) een punt heeft: waarom zouden dieren niet eenzelfde rechtsbescherming verdienen als ieder ander wezen met belangen? Op volstrekt originele wijze werkt hij dit idee uit in dit nog altijd actuele en bijzonder goed leesbare essay.
Henry Stephens Salt (1851-1939) was een politiek geëngageerde Britse auteur. Hij pleitte voor hervorming van het onderwijs, van het gevangeniswezen, van economische instituties en van de dierhouderij. Hij was bevriend met Gandhi en Tolstoj en oefende ook op latere schrijvers (waaronder Peter Singer) veel invloed uit.Vertaling en inleiding: Jabik Veenbaas.
~
‘De eerste titel in de nieuwe “Dierenrechtenbibliotheek” werd geschreven in 1892 en is om meerdere redenen
een interessante keuze. Het is een erudiet essay, leuk geschreven. (…) Het werkt heel verfrissend om de eerste uitgesproken en weloverwogen gedachten op dit gebied tot je te laten doordringen. Salt daagt uit tot vergelijking en verduidelijking en tot bezinning op wat “vooruitgang” betekent – voor dier en mens.’ – E. Evertsen voor NDB Biblion~
‘Een meesterwerk; het blijft een van de meest lucide en overtuigende van alle boeken geschreven ter verdediging van dieren.’ -Keith Thomas, New York Review of Books
~
‘Dierenrechten en maatschappelijke vooruitgang blijft relevant omdat het veel meer is dan een incidenteel pleidooi. Het boek is bijna honderddertig jaar oud, maar het is nog volstrekt niet verouderd. Wie het leest, begrijpt dat het iets wezenlijks toevoegt aan het denken over de morele verhouding tussen mens en dier: een voortreffelijk beargumenteerde filosofische grondslag.’ -Jabik Veenbaas in de inleiding
~
‘Dit boek vormt niet voor niets het begin van de dierenrechtenbibliotheek van Uitgeverij Noordboek. Het is het eerste boek dat het idee van dierenrechten consequent probeert te doordenken. Salt laat zien dat dieren niet tot hun recht komen als ze alleen ‘de nodige zorg’ krijgen. Hun belangen moeten op een faire wijze, volgens het gelijkheidsbeginsel, worden meegewogen in de democratie. Zolang onze democratie weigert om dit te doen, is ze gemankeerd.’
-Erno Eskens, dierfilosoof en uitgever bij Noordboek -
Verdwaald in de werkelijkheid
De mens stond eeuwenlang in het centrum van een behapbaar en geborgen universum, tot Copernicus de mens uit het centrum van de kosmos verjoeg, en we uiteindelijk zelfs verbannen werden naar een uithoek van de Melkweg, een onbeduidend stipje in een onpeilbaar groot universum. Hoe meer we weten, hoe raadselachtiger de wereld blijkt. Een kosmos geregeerd door toeval, zonder plan, zonder doel. Vandaag zijn we nog steeds op zoek naar het ultieme inzicht in de fundamenten van de werkelijkheid en onze verhouding tot de kosmos. Is onze eindbestemming wel bereikbaar? Zijn we niet stilaan hopeloos verdwaald?
Hans Plets is fysicus, sterrenkundige en filosoof. In dit boek combineert hij deze drie domeinen bij zijn zoektocht naar onze kennis over de werkelijkheid en komt tot unieke inzichten op het gebied van de wetenschap, filosofie en geschiedenis.
-
Niet meer blaffen naar de maan
Zijn er tussen wetenschap, geloof en magie waterdichte schotten te plaatsen? Is er een verschil tussen een wonderbaarlijk mirakel en een te mijden toverkunstje? Is de rede enkel te vinden in de wetenschap of speelt die ook een rol in religie en magie? Hoe stond de kerk tegenover wetenschappelijke bevindingen?
Raoul Bauer gaat op zoek naar antwoorden op deze vragen en vindt ze onder meer in de geschriften van de grote wetenschappers uit de Middeleeuwen. We leren Isidorus van Sevilla kennen die een encyclopedie schreef die eeuwenlang gebruikt werd. Beda Venerabilis, dé wetenschapper bij uitstek van de achtste eeuw, onderzoekt mirakels, berekent de paasdatum en denkt na over het fenomeen van de getijden. Via de Karolingische renaissance komt Gerbert van Aurillac aan het woord, de paus-wiskundige van het ‘merkwaardige’ jaar 1000.
Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde eerder bij uitgeverij Sterck & De Vreese het boek Karel de Grote.
‘We raken nooit dichter bij het begin van alles. In die zin is in de moderne natuurkunde niet anders dan de theologie van de middeleeuwen, toen er ook heel diepzinnige vragen werden gesteld, zonder dat er antwoorden kwamen.’ – Heino Falcke, hoogleraar radioastronomie en astrodeeltjesfysica, Radboud Universiteit Nijmegen
-
De vrije wil
Kan ik doen wat ik wil? En kan ik willen wat ik wil? Wie zichzelf
kent, weet het antwoord. Natuurlijk heb ik een vrije wil en kan
ik doen wat ik wil zolang niets of niemand mij dwingt.
Toch ontkennen tal van hedendaagse wetenschappers het
bestaan van een vrije wil omdat zij menen dat de natuurwetten
het menselijk gedrag determineren. Aan die ontkenning zijn
dramatische consequenties verbonden. Welke verantwoordelijkheid
draag ik nog als mijn handelingen alleen maar de effecten
van blinde moleculaire processen zijn? Hoe zouden we de
misdadiger nog iets kunnen verwijten? Hij handelde immers
onvrijwillig. Een humane samenleving op deze basis inrichten
is onmogelijk. In het dagelijks leven blijven we hoe dan ook
kiezen en beslissen.
Over deze kwestie woedt al eeuwenlang een discussie.
Gerard Bodifee verkent de cruciale momenten die het debat
blijvend inspireerden. Zo komen onder meer de opvattingen
van Spinoza, Kant, Schopenhauer en de moderne natuurkunde
aan bod.
Ondanks al deze wijsheid en wetenschap is het wonderlijk dat
het debat nog steeds niet is beëindigd. Hebben we een vrije wil?
Het antwoord vinden we in ons dagelijks leven.Gerard Bodifee is astrofysicus, filosoof en essayist. Hij richtte het
Huis voor Filosofi e op en organiseert cursussen en lezingen in
binnen- en buitenland.