-
-
-
Soa het ut weest
Leeuwarden heeft een historische stadskern om zuinig op te zijn. In de eerste naoorlogse jaren leefde dat besef nog niet zo: het motto was ‘bouwen, bouwen, bouwen’ om de woningnood te lenigen. Vervolgens werd de auto als heilige koe omarmd en dreigden grachten gedempt en terpen geslecht te worden: rijden, rijden, rijden… Tot de babyboomers in opstand kwamen: niet alles hoeft plat.
Babyboomer en oud-redacteur van de Leeuwarder Courant Pieter de Groot (1946) besloot in 1997 deze en andere gebeurtenissen uit het stadsverleden in herinnering te roepen in de zaterdagkrant, met als kapstok vaak een actueel onderwerp. Van de inmiddels meer dan duizend columns liet hij er voor zijn 75ste verjaardag 75 uitzoeken. Na ruim 25 jaar blijkt niets zo vluchtig als de actualiteit en niets zo moeilijk als het voorspellen van de toekomst. -
Kunst in Games
In de bijna onbeperkte mogelijkheden om ‘uit te beelden’, historische werkelijkheden digitaal te verwezenlijken en fantasie om te zetten in werelden die zich hyperrealistisch voordoen, loopt de game voorop. Beter dan welke andere discipline ook is zij in staat mensen te betrekken en werelden te laten ervaren waarin werkelijkheid en fantasie, waarheid en fictie in elkaar vervloeien.
Games komen tot stand dankzij de bijdragen van honderden specialisten uit verschillende vakgebieden. Tezamen hebben zij de laatste decennia de game in technologisch maar ook beelden opzicht naar een uitzonderlijk hoog niveau weten te tillen.
Het boek ‘Kunst in Games’ blikt terug op vijftig jaar innovatie, maar schenkt vooral aandacht aan laatste ontwikkelingen en aan het werk van een toonaangevende kunstenaars binnen de game industrie.
-
Mijn -Mieren- Hoop
Kijk naar de bosmieren! Achilles Cools heeft een hoge mierenterp in zijn tuin en probeert binnen te dringen in dat superorganisme: een mierenvolk dat functioneert als één brein met een collectief bewustzijn. Op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten en indrukwekkende voorbeelden introduceert hij de lezer in de wereld van de mier. Je leeft mee tussen prinsessen en koninginnen, hofdames, de oermoeder, dauwmeisjes, kuddewachters en poppen die kunnen zingen. Al ver voor wij de landbouw ontdekten, hielden ze al vee. Ze houden bruidsvluchten, praten met geurcodes, kennen een SOS alarm, en vragen wachtwoorden. Hun succesverhaal steunt op een oerdegelijke sociale organisatie. Dan vraag je je toch wel af: hoe is het om een bosmierenvolk te zijn?
-
Simon Stevin (1548-1620)
Volgens Stevin is een natuurverschijnsel een wonder zolang het niet wordt doorgrond. Zodra men het natuurverschijnsel door theoretische beschouwingen of uitgevoerde of bedachte experimenten kan verklaren, is het geen wonder. Deze aanpak is de start voor een nieuwe manier om wetenschap te bedrijven. Stevin leefde in een eeuw van omwentelingen: de boekdrukkunst, de scheiding van de Nederlanden, de humanistische inzichten van Vesalius, Mercator, Dodoens … In die context ontpopte Stevin zich als een multidisciplinaire wetenschapper die bewust publiceerde in de volkstaal, het Nederduyts, om vooral de middenklasse van zijn tijd te bereiken. Hij boog zich over wiskundige problemen, maar dacht ook na over logica, legerorganisatie, omgangsvormen … Stevin publiceerde rentetabellen en verdedigde de theorie van Copernicus. Hij introduceerde in onze taal woorden zoals onder meer evenaar, omtrek, middellijn, scheikunde, evenwijdige
lijnen … -
IJzer
IJzer wordt al minstens drieduizend jaar door de mens bewerkt. In de twintigste eeuw is het klassieke handwerk steeds meer vervangen door industriële productie. In dit boek worden 21 bedrijven geportretteerd waar ijzer nog klassiek wordt bewerkt, het handwerk nog zichtbaar is en het gereedschap wordt gekoesterd. De fascinatie voor ijzer en vuur vormde de aanleiding voor dit boek.
Reyer Boxem (Hollandse Hoogte) fotografeerde de smederijen, gieterijen, slijperijen én de vakmensen. Journalist Pieter de Groot interviewde de smeden over de liefde voor hun vak.
IJZER is een hommage aan het ambacht, de mensen en het materiaal.