-
-
Martha’s labyrint
Een filmscenario waard!
‘Verschooris is een ongelooflijke speurneus die écht baanbrekend werk doet’ – Stefan Hertmans in Humo
Na de Anschluss van maart 1938 vlucht de Weens-joodse biologe Martha Geiringer, lid van de illegale Revolutionäre Sozialisten, naar België. In Gent maakt ze kennis met de arts Yvonne Fontaine, lid van de YWCA (Young Women Christian Association). De steun en opvang die Yvonne aan Martha biedt is uniek. Yvonne, talentvol en hoogopgeleid, en de vrijgevochten Martha, emancipatorisch en op zijn minst biseksueel. Een uitzonderlijk treffen, eigenzinnig en gepassioneerd.
Naar Londen, waar haar familie huist, wil Martha niet. De oorlog drijft haar naar de Filipijnen – een totale misrekening – maar het eindeloze verlangen naar onvoorwaardelijke steun brengt haar, na goede en minder goede tijden, snel bij de stormbestendige Yvonne terug. Aan de magie van het verbond komt echter een einde. Door verraad wordt Martha, nauwelijks dertig, naar Auschwitz gedeporteerd. Yvonne blijft achter, een bijzondere vrouw, een monument van dienstbaarheid.
Verzet, collaboratie, openlijk en verborgen antisemitisme, solidariteit en verklikking, vluchten en migreren, kolonisatie, pandemie en gender komen samen in deze vrouwengeschiedenis, te lezen als sensitieve non-fictie.
Marc Verschooris is geassocieerd onderzoeker bij het CEGESOMA.
-
-
Klaas Koopmans 1920-2006
In 2020 is het een eeuw geleden dat de Friese kunstschilder Klaas Koopmans werd geboren. Koopmans was een autodidact, leefde in eerste instantie van zijn werk als huisschilder, maar groeide daarna uit tot een van de belangrijkste kunstschilders van de twintigste eeuw in Fryslân.
Dit boek schetst de ontwikkeling van zijn kunstenaarschap. Vier auteurs gaan vanuit verschillende invalshoeken in op Koopmans’ plaats binnen de Friese cultuur, zijn verhouding tot het Friese expressionisme en hoe zijn werk met een psychiatrische achtergrond valt te kwalificeren. Afsluitend is er speciale aandacht voor de brieven van Koopmans in de periodes dat hij opgenomen was in psychiatrische inrichtingen.
Dit boek toont met zijn vele illustraties de kracht van Koopmans’ werk.
-
Abe
‘Abe Lenstra was een sprookje, dat je
elke dag weer aan jezelf vertelde’ (Jan Mulder)‘Abe, Abe, Abe!’ Zelfs jaren na het afscheid van Abe Lenstra
(1920-1985) als international, werd die kreet nog bij wedstrijden
van het Nederlands elftal gescandeerd. Zelden werd een voetballer
zo bewierookt als het Friese fenomeen, dat lucratieve aanbiedingen
van buitenlandse clubs achteloos terzijde schoof. Zijn verbluffende
voetbalcapaciteiten in combinatie met zijn eigenzinnige karakter
maakten dat ús Abe in de jaren veertig en vijftig van de vorige
eeuw uitgroeide tot onze Abe: een nationale held van mythische
proporties, de Johan Cruijff van zijn tijd.
In dit boek wordt het hele verhaal verteld: over het kind,
de jongvolwassene tijdens de oorlogsjaren, de voetballer,
de allround sportman, de Fries, het fenomeen én de mens
achter de mythe.
Johann Mast (Donkerbroek, 1970) is sportverslaggever en
columnist bij de Leeuwarder Courant. -
De papegaai is niet dood
Geheim agenten Albert Deweer, Albert Mélot en Albert Wouters-Gent 1944€ 27,50De papegaai is niet dood
Gent 1944
Marc Verschooris, geassocieerd onderzoeker bij het CEGESOMA, haalt drie geheim agenten voor het voetlicht: Albert Deweer, Albert Mélot en Albert Wouters. Op basis van tal van tot nu toe onbekende archiefstukken, ook familie-archieven, reconstrueert hij hun verzetsdaden. Vele nooit eerder gepubliceerde foto’s tonen de onverschrokken helden van toen.
Geheim agent Albert Mélot wordt geparachuteerd op 11 april 1944 en krijgt Gent als werkterrein. In de donkere nacht van de ‘nieuwe maan van mei’ springt ook zijn marconist, Albert Wouters, uit het vliegtuig. Een week na D-Day is het over en uit voor Mélot: de Duitsers brengen hem naar de Gentse gevangenis waar nog een ander geheim agent gevangenzit: Albert Deweer.
Het verzet wil beiden koste wat kost bevrijden. Op 15 juli 1944 wordt Mélot bevrijd uit een Duitse gevangeniswagen in de Gentse Papegaaistraat. De gevolgen van deze daad zijn dramatisch. Ongeveer 100 mensen, onder wie de familie Mélot, worden opgepakt. Een groot deel wordt in concentratiekampen vastgezet. De dodentol bedraagt ongeveer zestig personen.
Albert Deweer komt vrij door omkoping. Het geld wordt ter beschikking gesteld door een economische collaborateur die op een toekomstige clementie rekent. In oktober 1945 zal Deweer zijn ‘redder’, ter dood veroordeeld, op een spectaculaire manier uit dezelfde gevangenis halen en naar Frankrijk brengen waar hij als uitvinder geschiedenis zal schrijven.
Albert Wouters heeft minder geluk. In de eerste bevrijdingsmaand en met de radio op pad, treft hij de allerlaatste Duitsers, die hem genadeloos doden.
Met meer dan 100 foto’s, vaak niet eerder gepubliceerd